BON verliest rechtszaak over verengelsing

Nieuws | door Frans van Heest
6 juli 2018 | De vordering van Beter Onderwijs Nederland tegen de universiteiten van Maastricht en Twente zijn door de rechter afgewezen.

Volgens de rechtbank Midden Nederland is onvoldoende gebleken dat de universiteiten in strijd met de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW) handelen. De WHW stelt dat hoger onderwijs zich mede op “de bevordering van de uitdrukkingsvaardigheid in het Nederlands” moet richten, handelen.

BON en universiteiten vinden elkaar niet in de rechtszaal

De universiteiten hebben volgens de rechter tijdens de zitting voldoende gemotiveerd waarom ze daarvan afwijken. De rechter zegt dat de universiteiten goed beargumenteerd hebben waarom zij de bacheloropleiding Psychologie, die werd aangedragen als specifieke casus, in het Engels aanbieden. De universiteiten vinden dat de Engelstalige opleiding goed is voor de kwaliteit van het onderwijs, zeker gezien het internationale karakter van het vakgebied.

BON is weinig concreet

De rechter vindt dat BON onvoldoende heeft beargumenteerd dat de twee universiteiten zich niet aan de wet houden. “De voorzieningenrecher stelt vast dat BON in haar dagvaarding uitvoerig is ingegaan op de in haar ogen bestaande grote nadelen en risco’s die kleven aan de voortschrijdende ‘verengelsing’ aan de universiteiten in Nederland in brede zin, maar dat zij haar standpunt dat specifiek UM en UT artikel 7.2 WHW overtreden met de bacheloropleidingen Psychologie slechts in enkele alinea’s summier en weinig concreet heeft onderbouwd.

Kort gezegd stelt BON in de dagvaarding dat beide universiteiten in hun Gedragscodes de noodzaak voor het Engelstalig maken van deze bachelors niet hebben aangetoond. UM en UT hebben hier uitvoerig verweer tegen gevoerd en verwezen naar de hierboven samengevat weergegeven documenten en argumenten.

Taalbeleid overlaten aan de instellingen  

De rechter geeft aan dat er momenteel al door de Onderwijsinspectie onderzoek wordt gedaan naar deze gedragscodes op alle universiteiten. Daarom zou het voorbarig zijn om zich er nu al inhoudelijk over uit te spreken. “Omdat dit onderzoek nog niet is afgerond en de resultaten ervan dus nog niet bekend zijn en zich bovendien uitstrekt over alle universiteiten van Nederland en niet alleen UM en UT, vindt de voorzieningenrechter het niet opportuun om in dit stadium op de resultaten van dit onderzoek en de mogelijk daaraan te verbinden gevolgen vooruit te lopen, door het treffen van een vérstrekkende voorziening zoals het gevorderde verbod.”

Tot slot zegt de rechter dat die niet inhoudelijk gaat over het Engels op universiteiten, maar dat met in achtneming van de wet de onderwijsinstellingen hier zelf over gaan. “Het is niet aan de voorzieningenrechter om in het debat een standpunt in te nemen over het belang van Nederlandstalig onderwijs voor de kwaliteit van het hoger onderwijs of over de vraag of Nederlandse universiteiten in het algemeen al dan niet te ver, of zonder noodzaak doorschieten in hun bereidheid om Engelstalige opleidingen aan te bieden ten koste van Nederlandstalige opleidingen.”

“Het is primair aan de onderwijsinstellingen zelf om hierop met inachtneming van de geldende wettelijke kaders beleid te voeren, het is aan de verantwoordelijke toezichthouder en de Minister om daarop toe te zien en aan de wetgever om zo nodig nadere wet- of regelgeving vast te stellen die recht doet aan alle actuele omstandigheden en betrokken belangen.”

Nu BON in het ongelijk is gesteld zullen zij ook op moeten draaien voor de proceskosten.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK