Onderscheid tussen hbo en wo is onhoudbaar

Nieuws | door Frans van Heest
4 juli 2018 | De strikte scheiding tussen hbo en wo is op termijn onhoudbaar, zegt Saxion-voorzitter Anka Mulder. Jan Anthonie Bruijn vindt dit ook en wil weg van het Calimero-gevoel. Het binaire stelsel moet worden opengebroken.
Anka Mulder – Foto: ScienceWorks

Dit najaar gaan de VSNU en de Vereniging Hogescholen met elkaar in overleg over de toekomst van het binaire stelsel. Bij het symposium over de Regionale Impact van Hogescholen dat georganiseerd werd op de HvA ging men daarover in gesprek. Anka Mulder die sinds januari voorzitter is van Saxion Hogeschool deed al vast een schot voor de boeg en stelde dat het binaire stelsel in Nederland op termijn onhoudbaar is. Ook omdat het in internationaal perspectief niet herkenbaar is.

Bovendien kunnen, zo stelt Mulder, door het versterken van het hbo-onderzoek weer meer vwo’ers verleid worden om aan een hogeschool te komen studeren. Vanuit politiek-bestuurlijke hoek reageerde Jan Anthonie Bruijn. Hij is het als VVD-senator in de Eerste Kamer, toezichthouder in het hbo en wetenschapper aan het Leids Universitair Medisch Centrum eens met de constatering van het oud CvB-lid van de TU Delft. Wel is hij bang dat het nog wel even zal duren voordat Nederland het binaire stelsel helemaal achter zich zal laten.

Sterke relatie met het bedrijfsleven

Anka Mulder mocht een keynote geven en kwam met een aantal observaties over haar eerste half jaar als voorzitter van Saxion. “Ik ben natuurlijk kakelvers in het hbo, maar ik heb het in ieder geval waanzinnig naar mijn zin. Ik zou graag een aantal observaties willen geven over Saxion zelf. Als ik naar Saxion kijk dan zie ik een solide hogeschool. Daar staat mijn hogeschool ook om bekend. Goed onderwijs, een prima gekozen strategisch speerpunt, met living technology. Studenten worden ook met voldoende technische kennis toekomstbestendig opgeleid.”

Ook ziet zij dat een aantal dingen op Saxion beter zijn geregeld dan bij haar oude werkgever, de universiteit. “Wat mij ook echt is opgevallen is de excellente relatie met het bedrijfsleven in de regio, maar ook met de ROC’s, de Universiteit Twente, de provincie en de gemeente. Dat is echt beter geregeld dan ik gewend was bij de universiteit.”

De nieuwe hbo-bestuurder ziet ook nog wel een aantal ontwikkelpunten op haar hogeschool en dan gaat het met name over de onderzoekshouding van het personeel. “Onderzoek zit niet overal in het DNA van de hogeschool. Bij een aantal academici zit het wel helemaal in het DNA, maar in de ondersteuning is dit nog onvoldoende het geval. Ook bij een aantal academici kan dit echt nog beter. Dat merk je bijvoorbeeld in allerlei soorten van communicatie, of de KPI’s, die gaan allemaal over onderwijs.”

Niet langer een alternatief voor vwo’ers

Een andere verrassing voor Mulder was het gebrek aan vwo’ers op haar instelling. “Het eerste dat mij is opgevallen is dat het hbo geen serieus alternatief meer is voor vwo’ers. Dat is voor u misschien gesneden koek, maar voor mij is dat nieuw. Toen ik jong was, was het hbo wel een serieus alternatief voor studenten met een vwo-diploma.”

Los van haar specifieke instelling ziet zij ook dat het hbo-onderzoek in Nederland eigenlijk een vreemde eend in de bijt is in internationaal opzicht. “Als je in de landen om ons heen kijkt dan zie je dat hogescholen, of hogeschool-achtigen, zich richting universiteiten hebben kunnen doorontwikkelen. In Nederland is dat niet het geval, dat zie je wel bij de polytechnics, de zogenaamde New University’s in Groot-Brittannië, maar ook bij de Hochschule in Duitsland. Deze instellingen doen gewoon onderzoek en daar lopen ook hoogleraren rond. In Nederland is dat niet het geval. Wij houden strikt vast aan het binaire stelsel met een sterke scheiding tussen hogescholen en universiteiten. Ik denk eigenlijk dat die strikte scheiding in de toekomst onhoudbaar zal zijn.”

Een voorbeeld van die scheiding ziet de oude universiteitsbestuurder bij de zogenaamde derde cyclus. Dat is de cyclus na het bacheloronderwijs en de masterfase, die bestaat uit promoties en onderzoek.  “Er is een element in die derde cyclus waar mij dat eigenlijk het meest van verbaast. Dat zijn de professional doctorates oftewel het ‘Pd-traject’. Ik ken het van mijn verleden bij de universiteit, het zijn trajecten van 2 jaar, het eerste jaar doe je onderzoek aan de universiteit en het tweede jaar doe je onderzoek in het bedrijf.”

Universiteiten lukt het niet om dit van de grond te krijgen, hier ligt dus een mooie taak voor het hbo. “Dit traject is nauwelijks een succes binnen universiteiten. Alleen de TU Eindhoven heeft een aanzienlijk aantal Pd’s. De TU Delft een handjevol en Wageningen geen enkele, net als de UTwente. Het is ook heel logisch, alleen als je naar het woord kijkt ‘professional doctorate‘, dan is dat juist een logisch derde cyclus-traject voor hogescholen.”

Tweede en derde geldstroom in hbo peanuts

Ook heeft Mulder met enige verbazing gekeken naar het bedrag dat gemoeid is met het hbo-onderzoek. “Als je kijkt naar het geld voor onderzoek uit de tweede en de derde geldstroom, dan is dat bij Saxion 3% van de omzet, dat is echt peanuts.”

In dat kader had de nieuwe Saxion-voorzitter laatst een interessant artikel gelezen. “Nu is er een instituut die dit onlangs heel helder heeft uitgelegd. Beter kan ik het niet uitleggen en dat is gedaan door het Rathenau Instituut. Die hebben een aantal weken geleden ook een opinieartikel geschreven in ScienceGuide. Dat moet u echt even lezen want dat is bijzonder leerzaam. Het Rathenau constateert dat we overspannen universiteiten hebben. Die moeten veel te veel. Ik herken dat, ik heb 15 jaar bij universiteit gewerkt, daar heerst onder wetenschappers echt een enorme werkdruk. Die is hoger dan aan de hogescholen. Wetenschappers moeten namelijk alles: ze moeten fundamenteel onderzoek doen, moeten managen, moeten in een examencommissie zitten en moeten steeds meer studenten opleiden dan in het verleden. Daarnaast moeten ze ook nog kennis naar de markt brengen. En dat gaat niet.”

Mulder deelde ook de mening van het Rathenau dat hier een mooie taak is weggelegd voor hogescholen. “Het Rathenau constateert ook dat wij onderzoekspotentieel laten liggen. Dat is bij de TO2-instituten, maar ook zeker bij de hogescholen. Een andere constatering van het Rathenau is dat een aantal hogescholen zich zouden moeten doorontwikkelen naar echte Universities of Applied Sciences. Men zegt: ‘differentieer in het stelsel. Niet elke hogeschool zal het kunnen of willen, maar een aantal daarvan moeten echt die ruimte krijgen om zich verder te kunnen ontwikkelen.”’

Daarnaast werd door Mulder ook de retorische vraag opgeworpen dat de financiering voor het hbo-onderzoek ver achterblijft. “Het Rathenau noemt ook nog een aantal cijfers, daar moet u zelf maar conclusies uit trekken. Universiteiten ontvangen gezamenlijk €3,5 mld. aan onderzoeksmiddelen voor 14 universiteiten. De zeven universitair medisch centra ontvangen ook nog eens €1 mld. De 37 hogescholen ontvangen in totaal € 217 mln. voor onderzoek. Ik wil niets over die getallen zeggen verder.”

Volgens de Saxion-voorzitter is het daarom onontbeerlijk om het hbo-onderzoek in Nederland meer middelen te geven. “Ik denk dat we hogescholen meer ruimte moeten geven omdat wij ons als Nederland beter kunnen positioneren in het hele internationale onderzoeksveld. Op die manier kunnen we ook meer onderzoeksmiddelen uit Brussel krijgen. Ik denk ook dat we de universiteiten daarmee kunnen ontlasten.”

Anka Mulder stelt dat dit ook nodig is om zo voor vwo’ers weer een goed alternatief te zijn. “Het gaat er om dat hogescholen weer de ruimte krijgen om zich verder te ontwikkelen. Dan ben je in de toekomst ook weer een aantrekkelijk alternatief voor vwo’ers. Zodat die niet en masse kiezen voor die overbevolkte universiteiten, maar dat een aantal daarvan gewoon weer kiest voor een hogeschool.”

Steun het onderzoek in het hbo en stel eisen

Mulder bracht aan het eind van de keynote nog een aantal punten op waarvan zij hoopte dat die nog later in de discussie zouden terugkomen. “Ik heb twee wensen voor het hogeschool-onderzoek. Wens 1 is: erken het onderzoekspotentieel van het hbo. Punt 2: stel gerust kwaliteitseisen aan het hbo-onderzoek, eisen rondom actieve steun van het MKB en erken ook dat niet elke hogeschool onderzoek kan of wil doen. Dan komt nu het allerbelangrijkste: steun hogescholen die deze rol willen oppakken. Dus er moet serieuze onderzoeksfinanciering komen voor hogescholen en er moet een doorontwikkeling komen van het derde cyclussysteem ook voor hogescholen. Waarbij in ieder geval professional doctorates mogelijk moeten zijn. Ik zeg dit omdat we alleen op deze manier maximaal kunnen bijdragen aan de regio.”

Aan het eind van deze keynote reageerde Jan Anthonie Bruijn als hoogleraar immunopathologie aan het LUMC op het verhaal van Anka Mulder. “Ik ben zelf al een jaar of 30 onderzoeker aan de universiteit op het gebied van nierziektes. Ik heb een keer in mijn leven een patent aangevraagd en dat is een totaal fiasco geworden. Wij zijn op de universiteit niet ingericht op het doen van praktijkgericht onderzoek, dat kunnen wij niet.”

Bruijn is er dan ook sterk van overtuigd dat een doorontwikkeling van het hbo-onderzoek noodzakelijk is. “Ik werk ook bij hogescholen en daar kunnen ze dat wel. Ik ben het dan ook zeer eens dat Nederland zit te wachten op een verdere doorontwikkeling van die nog rudimentaire brug tussen fundamenteel onderzoek en de toepassing. In mijn kennisgebied is dat heel duidelijk een ontbrekende factor en daar is grote behoefte aan. We moeten het ook doen vanwege de economische en maatschappelijke noodzaak.”

Ook deelde Bruijn de oproep van de Saxion-voorzitter om het binaire stelsel in Nederland achter ons te laten.  “Het is eigenlijk heel jammer dat we het binaire stelsel hebben. Als je dat huidige stelsel helemaal achter je zou kunnen laten – dat zal nog wel even duren in Nederdorp –  dan zou dat wel erg mooi zijn. Dat is hier in Amsterdam ook geprobeerd op bestuurlijk niveau. Helaas is dat niet gelukt, want ik vond het wel een hele mooie stap in de goede richting. Namelijk het achter je laten van de scheiding, die zowel in het onderzoek als het onderwijs heel belemmerend werkt. Ik zou het wel heel mooi vinden als we in ‘Nederdorp’ dat onderscheid en Calimero-gevoel niet meer zouden hebben.”

Geen concurrentie gewenst

Mulder benadrukte tot slot nog maar eens dat het haar niet gaat om concurrentie tussen universiteiten en hogescholen. “Ik heb 15 jaar met veel plezier aan de universiteit gewerkt, het gaat mij niet om concurrentie tussen die twee, daar gaat het mij absoluut niet om. Ik vind het ook nog eens een non-discussie.”

De Saxion-voorzitter ziet juist een enorme meerwaarde in samenwerking. “Waar het mij meer om gaat is het punt wat Jan Anthonie Bruijn adresseert. Als je een systeem hebt, dan kan het nooit gaan om het systeem zelf. Je moet kijken wat goed is voor Nederland, wat goed is voor studenten en ook voor wetenschappers die aan universiteiten werken. Die misschien nu veel te veel studenten hebben. Je moet kijken welke activiteit een logische plek heeft. Zo moet je het systeem benaderen. Ik denk dat het juist tijd is voor samenwerking tussen universiteiten en hogescholen. Ik denk dat het nu tijd is om het systeem dat wij hebben gecreëerd en dat internationaal helemaal niet herkenbaar is, omdat systeem onder de loep te nemen.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK