“Ik word er gewoon pissig van!”

Verslag | door Sicco de Knecht
3 oktober 2018 | “Ik heb gewoon altijd het idee dat ik niet serieus genomen word.” Op de tweede Insight Out, een netwerkevent voor vrouwen in wetenschap van NWO, delen wetenschappers uit de exacte en natuurwetenschappen hun ervaringen en tips.
De deelnemers van de tweede Insight Out dag – Foto: Emilie Bourillion, via NWO Twitter

Insight Out is een dag ter promotie van de carrière van vrouwelijke wetenschappers. Een keer eerder werd deze dag georganiseerd voor de chemie, ditmaal zijn alle wetenschappers uit het domein exacte en natuurwetenschappen welkom. Met een opkomst van 150 vrouwelijke wetenschappers kan veilig worden gesteld dat er veel interesse is voor dit onderwerp.

“NWO wil diversiteit niet alleen erkennen maar ook propageren,” zo opent domeinvoorzitter Ineke Braakman de dag, “we willen de meest diverse organisatie zijn die je je kunt voorstellen.” Voor Braakman gaat die diversiteit verder dan gender maar beslaat het alle vormen van diversiteit. “En dat geldt voor zowel onze eigen medewerkers maar ook voor wie er in aanmerking komt voor een beurs.”

De kunst van het netwerken

De eerste spreker van de dag is sterrenkundige Anna Watts, zij gaat in op het belang van netwerken in de wetenschap. Aan de hand van een netwerkanalyse laat ze haar persoonlijke wetenschappelijke netwerk zien en bespreekt de opvallende uitkomst. “Wat je eigenlijk ziet is dat de mensen waarmee ik samen heb gewerkt niet per definitie de mensen zijn die in mijn vakgebied zitten.”

“De leukste artikelen die ik heb geschreven, en die overigens ook het beste geciteerd zijn, komen uit a-typische samenwerkingen.” Daarnaast zijn de wetenschappers met wie je op regelmatige basis samenwerkt niet altijd de mensen die je ook verder kunnen helpen in je carrière vertelt Watts. “Het zijn de informele netwerken waardoor ik op cruciale momenten in mijn carrière een sprong voor- of zijwaarts heb kunnen doen.”

Voglens Watts moet je voorkomen dat je verzandt in een ons-kent-ons wereldje. “Het is makkelijk om te schrijven met je voormalige promovendi en postdocs. Je kent ze en je weet wat je ongeveer kunt verwachten. Maar er gebeurt dan ook nooit iets echt nieuws.” Daar moet je volgens haar actief op handelen, voor jezelf maar ook voor collega’s voor wie je verantwoordelijk bent. “Al in een vroeg stadium moet je als begeleider je mensen stimuleren om met anderen samen te werken. We weten allemaal dat het veel beter staat op een cv als een onderzoeker niet de hele tijd met dezelfde mensen samenwerkt, daar moet je over meedenken.”

Je moet ‘nee’ leren zeggen

Na het bij tijd en wijle overweldigende verhaal over haar carrière stelt een van de aanwezigen Watts de vraag die zich bij velen aandringt: “Hoe heb jij tijd voor al dit netwerken? Wanneer slaap je eigenlijk?” Watts gaat daar serieus op in door te vertellen hoe ze toen ze net universitair docent was geworden op het randje van een burn-out terecht kwam.

“De afdeling heeft me toen in contact gebracht met een coach, een andere wetenschapper die ik bewonder.” Een jaar lang kreeg Watts coaching, wat er in haar geval op neerkwam dat ze haar leven beter leerde plannen. “Ik werkte na al die jaren nog steeds in die heftige postdoc-modus. Tachtig uur in de week werken en alles aanpakken wat je kunt.”

“Door de coaching heb ik juist geleerd om ook dingen te laten vallen. Samenwerkingen die eigenlijk niet echt leuk waren bijvoorbeeld.” Volgens Watts zit het vooral in het niet-doen van allerlei activiteiten die weinig plezier opleveren. “Niet de hele dag e-mails willen beantwoorden en bovenal: nee zeggen tegen dingen. Geen peer review of beoordeling van aanvragen meer doen als het niet past of iets oplevert.”

Andere stappen die ze heeft gezet om meer structuur aan te brengen is het plannen van een vaste dag in de week voor ‘denkwerk’. Niet alleen haarzelf maar ook haar medewerkers spoort ze aan om zo’n dag in de week te plannen. “Ik probeer van negen tot vijf te werken, en als het kan niet in het weekend. Dat kostte een jaar van herstructureren met iemand die over je schouders meekijkt, maar ik ben nu net zo productief en veel gezonder.”

“Vrouwen zijn niet te vertrouwen”

Als stem vanuit het bedrijfsleven is reliability architect Tinka Jacobs (ASML) uitgenodigd haar visie op diversiteit te geven. De laatste tijd is er meer aandacht voor de zogenaamde ‘leaking pipeline’ in de techniek; vrouwen studeren dan wel vaker af in technische vakgebieden, maar veel van hen komen uiteindelijk niet in de beroepsgroep terecht. Een belangrijke reden hiervoor is volgens Jacobs dat de het technisch beroepenveld niet erg verwelkomend is voor vrouwen.

“Dit is de eerste keer dat ik een lezing geef over mijzelf, en dit onderwerp. Als je mij vijf jaar geleden had verteld dat ik naar een netwerkbijeenkomst voor vrouwen ging dan had ik je voor gek verklaard.” Jacobs heeft inmiddels een lange geschiedenis bij ASML en vindt dat het tijd is om terug te kijken op wat ze heeft geleerd in die jaren, en dit te delen met anderen.

Volgens Jacobs is de houding die mannen aannemen tegen vrouwen wanneer mannen in de meerderheid zijn problematisch. Als voorbeeld van dit gedrag geeft Jacobs een voorbeeld vanuit haar opleiding. “Tijdens de lessen met de freesmachine was er een duidelijke regel: je moet altijd controleren of je de inbussleutel uit het apparaat hebt gehaald. Iedereen wist dat het gevaarlijk was dit te vergeten. Het stond in alle klappers. Toch heb ik in die lessen maar een ding geleerd: vrouwen zijn niet te vertrouwen.”

“De docent kwam namelijk elke les bij mij en mijn lespartner kijken of wij het wel goed hadden gedaan. En ook alleen bij ons.” Haar lespartner was ook een vrouw. “Wij waren de enige twee vrouwen in de klas, dus lag het blijkbaar voor de hand dat wij samen een duo moesten zijn.” Gedurende het vak ging het twee keer mis met de inbussleutel; beide keren door een man.

Kracht in diversiteit

Het is zoals Jacobs aan het begin al aangaf pas sinds kort dat zij zich actief met deze verschillen in houding op de werkvloer bezighoudt. “Ik heb ook lang gedacht: waar zeuren die vrouwen over, ik klim toch ook op en mijn kwaliteiten worden toch gezien?” Daarvoor was volgens haar een onbewuste strategie die ze hanteerde essentieel. “Blijkbaar is het zo dat als je je gedraagt als een man, je dan ook als man wordt gewaardeerd.”

Het inzicht dat er toch iets niet in de haak is met deze strategie kreeg ze tijdens een training Strengthfinder. “De filosofie daarachter is dat mensen floreren als je ze wijst op waar ze goed in zijn. In diverse teams komen de verschillende positieve eigenschappen van mensen naar boven. Ik ontdekte dat de karaktereigenschappen waar ik me op mijn werk voor schaamde, zoals veel praten en veel vragen stellen, veel over mijn gevoelens praten, helemaal geen slechte eigenschappen zijn.”

“Wat ik mij ook realiseerde is dat ik eigenlijk nog steeds met dezelfde tegenslagen kampte als twintig jaar geleden in die les over frezen.” Als een van drie vrouwen in haar groep van 150 man komt ze nog dagelijks vooroordelen tegen. “Dat is niet verwonderlijk in een bedrijf waar bijna alle werknemers van oudsher witte mannen zijn die aan de TU/e of de TU Delft hebben gestudeerd.”

Maar wat representatie betreft wordt de diversiteitsopdracht van ASML de laatste tijdalleen maar groter. “Wij zijn een bedrijf dat bijzonder hard groeit. Er komen maandelijks 100 tot 200 nieuwe collega’s bij. Je kunt die mensen niet meer van die technische opleidingen in Nederland plukken. ASML heeft nu 98 verschillende nationaliteiten binnen de poorten, en ook op andere vlakken worden we alleen maar meer divers.

Vanuit een positie van kracht handelen

Vanuit de zaal klinkt er veel herkenning voor in het verhaal van Jacobs. Meerdere leden uit het publiek herkennen zich in de situatie de enige vrouwelijke groepsleider of het enige vrouwelijke afdelingshoofd te zijn in een groep van mannen op middelbare leeftijd. “Wanneer je de enige bent met een andere gender dan speelt er in je achterhoofd altijd de vraag: zijn ze het nu niet met mij eens vanwege mijn idee of mijn gender,” zegt iemand uit het publiek, “ik heb gewoon altijd het idee dat ik niet serieus genomen word.”

De deelnemer voegt eraan toe dat de woede die dit in haar op doet borrelen ook nog eens heel veel energie vreet. “Ik word er gewoon pissig van. Hoe ga jij met deze gevoelens om en hoe zorg je ervoor dat je niet helemaal leeggezogen wordt door deze negatieve gedachten?”

“Als je het gevoel hebt dat er op zo’n manier over je geoordeeld wordt, ga er dan maar van uit dat het ook zo is,” geeft Jacobs terug aan deze deelnemer. “Als je twijfels hebt wat er nu werkelijk aan hand is, neem dan mensen in vertrouwen om mee te kijken en te denken. Wat je uit wilt sluiten is het gevoel dat je niet goed genoeg bent.”

“Als je dat hebt uitgesloten, en je wordt nog steeds zo bejegend, dan moet je in actie komen.” Volgens Jacobs zit er simpelweg niets anders op. “Anders raak je jezelf kwijt, je moet voor jezelf opkomen. Je moet durven zeggen: dit is wie ik ben, je hebt het ermee te doen en als je dat niet bevalt, dan ben ik weg.”

Volgens Jacobs schuilt er bijzonder veel kracht in deze keuze. Voor vrouwen in de techniek is deze strategie in het bijzonder van toepassing, zo benadrukt Jacobs in reactie op een vergelijkbare vraag uit het publiek. “Bij ASML zijn we altijd op zoek naar nieuwe mensen en weten we dat werknemers altijd elders terecht kunnen. Geef aan waar je grenzen zijn en erken het ook wanneer je een positief resultaat bereikt met deze aanpak.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK