De krimp bij de lerarenopleidingen is in Amsterdam het grootst

Nieuws | door Frans van Heest
31 januari 2019 | Het aantal studenten dat in Amsterdam de lerarenopleiding volgt is met bijna 9% afgenomen de afgelopen vijf jaar. Ook is de instroom van eerstejaarsstudenten met 24% afgenomen.
Foto: Kennisland, CC-BY
Foto: Kennisland, CC-BY

Amsterdam heeft net als andere delen van Nederland te maken met een tekort aan leraren. Om te kunnen bepalen op welke manier de gemeente hier iets in kan betekenen heeft de afdeling Onderwijs, Jeugd en Zorg (OJZ) samen met Onderzoek, Informatie en Statistiek (OIS) de huidige situatie wat betreft Amsterdamse docenten in beeld gebracht. Er is een factsheet gemaakt die zich specifiek richt op de lerarenopleidingen in de stad. Het percentage van de studenten is vergeleken met de drie andere grote steden van de G4, Den Haag, Utrecht en Rotterdam.

In Amsterdam zijn er acht (deel)instellingen waar studenten een docentenopleiding kunnen volgen. Het gaat om Hogeschool van Amsterdam(HvA), Hogeschool iPabo, Hogeschool Inholland, Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten, Vrije Universiteit, UvA, Hanzehogeschool Groningen en de Hogeschool Utrecht. De vestiging van de Hanzehogeschool Groningen biedt een opleiding aan tot docent theater onderwijs en op de vestiging van de Hogeschool Utrecht wordt een opleiding tot docent speciaal onderwijs aangeboden.

Daling van studenten in docentenopleidingen

Het aantal Amsterdamse studenten dat een docentenopleiding volgt is de afgelopen vijf jaar gedaald; van 8.400 studenten in 2013, naar 7.650 studenten in 2017 (-8,6%). Deze daling is vooral te zien bij opleidingen om docent in het primair en speciaal onderwijs te worden, deze opleidingen zijn met 25% gedaald. Het aantal Amsterdamse studenten dat een opleiding volgt tot leraar voortgezet onderwijs en beroepsgerichte vakken is in de afgelopen vijf jaar licht gedaald met ongeveer 200 studenten (-3,6%). Deze daling is vooral te zien bij de mannelijke studenten.

In Utrecht (-6%) en Den-Haag (-7,3%)is ook een daling te zien van het aantal studenten die een docentenopleiding volgen in de afgelopen vijf jaar, vooral voor opleidingen tot leraar in het primair en speciaal onderwijs. Voor Utrechtse studenten is dit aantal met 19% gedaald en voor Haagse studenten met ongeveer 25%. Het aantal Rotterdamse studenten dat een opleiding als leraar in het primair en speciaal onderwijs volgt is ook gedaald met ongeveer 10%, echter is het aantal Rotterdamse studenten dat een opleiding volgt tot leraar voortgezet onderwijs en beroepsgerichte vakken met ruim een kwart gestegen.

In tegenstelling tot de Amsterdamse studenten, is het aantal studenten in heel Nederland dat een opleiding volgt tot leraar voortgezet onderwijs en beroepsgerichte vakken redelijk stabiel gebleven.”

Instroom loopt terug

De instroom bij de lerarenopleidingen in de hoofdstad daalt ook zo laat de gemeente weten. “De instroom van Amsterdamse eerstejaars studenten die een docentenopleiding volgen is de afgelopen vijf jaar ook flink gedaald; van 3.500 studenten in 2013, naar 2.700 studenten in 2017 (- 24%). Bij de Pabo is de daling onder vrouwen nog wel het meest opmerkelijk. -39%.”

Daarnaast is er ook een sterke daling (-20%) te zien bij de instroom van Amsterdamse eerstejaars studenten die een opleiding volgen tot leraar in het voortgezet onderwijs en beroepsgerichte vakken, vooral bij de mannen (-26%).

Ook landelijk is het aantal eerstejaars studenten het sterkst gedaald voor opleidingen tot leraar in het primair onderwijs en speciaalonderwijs. Deze daling vond plaatst in 2015 met ruim 2.800 eerstejaars studenten minder dan in 2013 en 2014. In tegenstelling tot Amsterdamse studenten, is de landelijk daling van eerstejaars studenten die een opleiding volgen tot leraar in het voortgezet onderwijs en beroepsgerichte vakken minder sterk; dit is in de afgelopen vijf jaar met 10% gedaald en in Amsterdam is dit 20%.

In Amsterdam is er de afgelopen vijf jaar 24% minder instroom in de lerarenopleiding in de andere G4 steden is de daling van de instroom iets minder sterk. In Utrecht is dit de afgelopen vijf jaar gedaald met 19% en in Den Haag met 15%. In Rotterdam is de daling met 12% het minst sterk van de G4 steden. Voor de andere G4 steden geldt ook dat de daling het sterkst is voor lerarenopleidingen in het primair onderwijs en speciaal onderwijs.

Aantal gediplomeerden stabiliseert

Toch is er ook nog relatief goed nieuws na deze sombere cijfers. Hoewel het aantal ingeschreven Amsterdamse studenten aan lerarenopleidingen flink is afgenomen, is het aantal gediplomeerden dat in Amsterdam woont de afgelopen vijf jaar redelijk stabiel gebleven. De meeste studenten behalen hun diploma binnen vijf tot acht jaar na inschrijving. Hierdoor is het effect van de verminderde instroom op het aantal gediplomeerden nog niet zichtbaar. Per jaar halen gemiddeld 150 studenten een diploma om les te geven in het primair onderwijs of speciaal onderwijs.

Verder halen gemiddeld 420 studenten een diploma “leraar voorgezet onderwijs en beroepsgerichte vakken”. In 2016 lag het aantal gediplomeerden relatief iets hoger dan de andere jaren. In de andere G4 steden is het aantal gediplomeerden in de afgelopen vijf jaar ook redelijk stabiel gebleven.

Diversiteit in de lerarenopleidingen neemt toe

De gemeente heeft ook gekeken naar de diversiteit van de studentenpopulatie. “De diversiteit naar migratieachtergrond is het grootst voor opleidingen tot leraar in het

voortgezet onderwijs en beroepsgerichte vakken; in 2017 heeft ongeveer een derde van de

Amsterdamse studenten aan de lerarenopleiding een westerse of niet-westerse migratieachtergrond. De opleidingen tot leraar in het primair onderwijs en speciaal onderwijs zijn minder divers (24%).

De diversiteit in de lerarenopleiding is zelf licht toegenomen meldt de gemeente. “In de

afgelopen vijf jaar is het percentage Amsterdamse studenten aan lerarenopleidingen met een niet-westerse migratieachtergrond licht toegenomen; van 20% in 2013 naar 23% in 2017. Deze stijging in aantal studenten met een niet-westerse migratieachtergrond heeft vooral plaatsgevonden bij de opleidingen tot leraar in het voortgezet onderwijs en beroepsgerichte vakken. In vergelijking met de andere vier grote steden scoort Amsterdam op dit punt wel hoger alleen Rotterdam kent nog meer studenten in de lerarenopleiding met een migratieachtergrond.

Wel is de uitval groter onder deze groep noteert de gemeente. “Wat opvalt, is dat de diversiteit van studenten die een diploma hebben gehaald lager ligt dan de totale groep studenten. Gedurende de opleiding vallen er dus studenten uit met een migratieachtergrond, waardoor de diversiteit van de gediplomeerden lager is dan het aantal ingeschreven studenten.”

Relatief oude studentenpopulatie

Wat tevens opvalt is dat Amsterdam een relatief oudere studentenpopulatie heeft bij de lerarenopleidingen. “In 2017 is 56% van de Amsterdamse studenten jonger dan 26 jaar en 16% is tussen de 26 en 30 jaar. Ruim 28% van de Amsterdamse studenten is ouder dan 30 jaar. Vergeleken met de landelijke verdeling heeft Amsterdam relatief minder jonge studenten en meer oude studenten aan docentenopleiding.”

Een verklaring hiervoor is dat relatief meer studenten in Amsterdam een deeltijdopleiding volgen aan de lerarenopleiding. “Gerelateerd hieraan zien we dat er in Amsterdam ook vaker een deeltijdopleiding wordt gevolgd dan in Nederland. Dit is in de afgelopen vijf jaar stabiel gebleven en nauwelijks veranderd. De leeftijd van een student hangt in heel Nederland samen met het type onderwijs dat wordt gevolgd: oudere studenten volgen vaker een deeltijdopleiding.”

Foto: Kennisland, CC-BY


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK