De lector als schakel in de duurzame transitie

Verslag | door Sicco de Knecht
19 februari 2019 | “We willen allemaal een beter klimaat achterlaten voor de volgende generatie.” Volgens lector Laura Star (Aeres Hogeschool) kunnen hogescholen, kenniscentra en het bedrijfsleven daar in samenwerking een waardevolle bijdrage aan leveren.
Foto: Alexas Fotos (CC 0)

Laura Star volgde zoals Rien Komen (vicevoorzitter) het in zijn introductie stelt de goudgroene route binnen Aeres. Ze kwam binnen als student waarna ze in het bedrijfsleven aan de slag ging en kwam vervolgens weer een paar dagen per week terug als onderzoeker op de hogeschool. “Nu draagt ze met haar lectoraat Precisievoeding en Duurzame Pluimveehouderij bij aan onze missie, en dat is onder andere het bijdragen aan de verschillende transities waar de sector voor staat.”

De klimaattransitie, de omslag in productieketens en het verbeteren van dierenwelzijn zijn daar volgens Komen onderdeel van. “Het doen van onderzoek van belang voor het verspreiden van kennis.” Dat houdt in dat het curriculum up to date is zodat studenten van de laatste ontwikkelingen in de praktijk kennisnemen. De pluimveehouderij typeert vicevoorzitter van Aeres als een technologisch hoogstaande sector waar praktijkgericht onderzoek, in nauwe samenwerking met publieke en private partners onontbeerlijk is.

Samenwerking onderwijs leidt tot samenwerking onderzoek

Dat Star als lector een belangrijke schakel is, blijkt wel uit de lopende en voorgestelde projecten die ze bespreekt in haar inaugurele rede. De samenwerking met onder andere het voederbedrijf Schothorst Feed Research (SFR), waar het zaadje ooit geplant werd met een kleine samenwerking op het gebied van onderwijs, is nu uitgegroeid tot een dubbelaanstelling.

“Dit verschaft ons in de eerste plaats een unieke toegang tot de studenten van de toekomst.” Directeur Lieuwe Roosenschoon (SFR) meldt dan ook met trots dat de eerste afgestudeerde in maart bij het bedrijf komt werken. “Bovendien kan een lector soms ook dingen roepen die wij als bedrijf dan weer niet kunnen zeggen.” Ook vormt het lectoraat een schakel met het Poultry Expertise Centre in Barneveld. “De essentiële schakel in het systeem, dat is het lectoraat.”

Minder richten op het gemiddelde

Star vergelijkt pluimvee met topsporters, en met recht. Kippen dienen om competitief te zijn dagelijks een ei te leggen, en vleeskuikens groeien in 28 dagen uit tot een kip van 3,4 kg. De energiebehoefte is dan ook 3,5 keer de zogenaamde onderhoudsbehoefte. Dat is voor dieren in de veeteelt dagelijks het geval. “Dat vergt optimale condities, in termen van licht, temperatuur en natuurlijk ook voeding, en daarin gaan we heel erg ver.”

De boodschap van Star is dat er in dit proces meer aandacht moet zijn voor de individuele vogel. “Te lang hebben wij ons gericht op het gemiddelde. Dat is zonde want het leidt tot suboptimale voeding, verspilling en vervuiling.” Dat kan inhouden dat sommige dieren te weinig en anderen juist te veel eten waardoor ze niet groeien zoals verwacht.

En dat is nogal een uitdaging. Want waar een kip in de jaren ’50 in krap 60 dagen een kilo woog was dat in 2005 al 4,2 kg. “Die tijden zijn voorbij en momenteel zijn we weer terug bij een kip die langzamer groeit, maar het blijft alsnog een forse opgave.” Alles moet optimaal zijn, evenals het voer. “We kijken tot op de aminozuren welke percentages er in het voer zitten.”

Overtollige voedingsstoffen zijn afval

En die percentages doen ertoe. “Boeren in Nederland zijn maar al te bekend met de wettelijke plafonds voor stikstof , fosfor en andere stoffen.” En alhoewel het leeuwendeel van de fosforuitstoot vanuit de rundveehouderij komt denkt Star dat het wel degelijk mogelijk is om vanuit de pluimveehouderij een bijdrage te leveren. “Onderzoek wijst uit dat hoe minder fosfor er in het voer zit, des te hoger de fosforbenutting is.”

In zekere zin overvoeren veel boeren hun kippen nu met fosfor, waardoor er veel overtollig fosfor in het milieu verdwijnt. “We geven hennen veel meer fosfor dan ze nodig hebben. Dat kan oplopen tot wel 17% te veel.” Iets vergelijkbaars geldt voor eiwitten en sommige aminozuren zoals lysine. “Ook daar zien we bijna geen verschil in productie en dat betekent dat we best wat naar beneden kunnen met het eiwitpercentage.”

Van afvalketen naar grondstoffenfabriek

Een van de speerpunten van het onderzoek van Star is hoe reststromen van andere productieprocessen kunnen worden ingezet als vervanging voor hoogwaardiger voer. Een voorbeeld van duurzamere eiwitten is het vervangen van sojaschroot, een restproduct in de sojaproductie, met zonnebloemzaad- of raapzaadschroot. “Dat sojaschroot komt helemaal uit Zuid-Amerika terwijl we hier een prima vervanging hebben.”

Lectoren van Aeres Hogeschool met Laura Star (linksvoor) en voorzitter CvB Rieke de Vlieger (rechtsvoor).

Op dat vlak ziet Star zelfs mogelijkheden voor eendenkroos, algen of insecten. “Die laatste zijn heel interessant als eiwitbron in de kippenhouderij.” In een onderzoeksproject met onder andere hogeschool Van Hall Larenstein en het bedrijf Wadudu doet het lectoraat al onderzoek naar de mogelijkheden van het bijvoeren met insecten. “De lessen die we daar leren over eiwitten en insecten bieden we ook aan in ons curriculum en we hopen daarmee ook meer studenten aan te trekken.”

Onder precisievoeding verstaat Star ook echt precisie. “Ik vind dat we toe moeten naar individuele voeding van dieren. Een programma waarbij we zo min mogelijk uitscheiden en zo min mogelijk belasting voor het milieu.” Het ideaalbeeld dat ze voor zich ziet is individuele herkenning van kippen en een individueel toegesneden dieet.

Kippen hebben wel degelijk smaak

Referent René Kwakkel van de Wageningen Universiteit kan zich goed herkennen in de rede van Star. “We raken inderdaad steeds meer af van de tabellenboekjes en we moeten toe naar precisievoeding.” Veel onderzoek wijst uit dat er wel degelijk een verschil zit tussen de behoefte aan voedsel en de respons op verschillende regimes. “Eigenlijk zou je dieren met minder hoogwaardig voedsel moeten voeren.”

Aansluitend bij Star heeft hij nog een toevoeging, namelijk dat een kip ook eigen voorkeuren heeft waar op ingespeeld kan worden. “Kippen hebben, net als mensen, wel degelijk smaak en willen hun eigen menu samenstellen.” Waar veel voederbedrijven in hebben gezet in ‘compound’ voer waarbij alles in een mix of zelfs in een brok gestopt wordt zou juist een gedifferentieerde voeding met meer keus uitkomst kunnen bieden.

Op het gebied van de gezamenlijke onderwijsactiviteiten verrast Kwakkel de zaal met een prikkelend voorstel om een double degree te beginnen, naar analogie van de academische pabo. “De laatste tien jaar hebben we een mooie instroom vanuit het hbo naar masterprogramma’s bij ons en door naar PhD.” Het onderzoek op hogeschool kan dan weer voor bachelorstudenten van de WUR interessant zijn. “We zijn in Wageningen op zoek naar denkende doeners en we willen die studenten de ruimte geven.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK