“Er zijn hier weinig kennisintensieve bedrijven”

Verslag | door Tim Cardol
28 februari 2019 | Of het nu op het gebied van klimaat en milieu, of simpelweg het imago in politiek in samenleving betreft, de agrarische industrie heeft te maken met grote uitdagingen. Samen met kennisinstellingen wordt er gezocht naar nieuwe kansen en oplossingen. In de agriculturele sector is dat lastiger dan in de techniek. "Je hebt te maken met heel veel kleine bedrijven."

In het stadion van PEC Zwolle zijn zaterdagavond ondernemers, gemeentes en kennisinstellingen bijeengekomen om in gesprek te gaan over samenwerking en innovatie in de agrifoodsector. De bijeenkomst is een initiatief van Kennispoort Regio Zwolle en een aantal gemeenten in de directe regio.

Rieke de Vlieger, voorzitter van Aeres Hogeschool, gaat in gesprek met een aantal ondernemers die zich ieder op eigen wijze inzetten voor het verbeteren van de sector. “We staan voor heel veel uitdagingen waar ondernemers samen met studenten en onderzoekers oplossingen voor kunnen vinden.”

Niemand wil een vliegveld in zijn achtertuin

Een van die ondernemers is Rob ter Haar. Ter Haar heeft in 2016 in Flevoland zeventig boeren verenigd in Stichting de Lelystadse Boer. Aanleiding: de komst van Lelystad Airport. Ter Haar ziet nog altijd weinig in het vliegveld. “Iedereen gaat met het vliegtuig, maar niemand wil een vliegveld in zijn achtertuin.”

Toch ziet hij dat de groei van het vliegveld onvermijdelijk is. Een werkbezoek van de stichting aan Bremen leerde dat er ook kansen liggen. “Je kan wel samenwerken.” En dus opereert de stichting nu als volwaardig gespreks- en samenwerkingspartner van het vliegveld. “Als er dan zaken opgeknapt moeten worden, is het toch mooi als de buurman het doet.”

En zo zorgen de Lelystadse boeren nu onder meer voor het onderhoud van de directe omgeving van het vliegveld en worden er producten geleverd aan het restaurant op Lelystad Airport. Een ander project moet er voor zorgen dat het gemaaide gras ook weer gebruikt wordt om weer verpakkingsmaterialen van te maken. Op die manier moet de landbouw in de omgeving ook een bijdrage leveren aan de verduurzaming.

Alternatief voor Fipronil

Akkerbouwer Geert Lindenhols is zich de laatste jaren meer en meer gaan toeleggen op het verbouwen van koolzaad. Een van de toepassingen voor koolzaadolie heeft hij gevonden in een middel tegen de bij kippenboeren beruchte bloedluis. Die luis werd in bekend door de Fipronil-affaire, genoemd naar de insecticide die, als het in grote hoeveelheden in eieren voorkomt, schadelijk voor mensen kan zijn.

“Fipronil maakt zo veel meer dingen kapot,” zegt Lindenhols die daarom op basis van koolzaadolie een alternatief ontwikkelt. “Het moet niet in het ei terug te vinden zijn, het is menswaardig en er komt geen chemie aan te pas,” zo zegt hij zelf. Samen met studenten van Terra Meppel, een agrarische (v)mbo-instelling, wordt het middel nu in proefopstellingen getest. Toch speelt de Fipronil-crisis nog door in de huidige ontwikkelingen. “Ik ben verplicht het middel te registreren maar de instanties willen er graag drie jaar over doen om het middel te testen en dat kost ons bovendien 3,5 ton,” zegt Lindenhols die niettemin hoopt het product uiteindelijk wel in productie te kunnen nemen.

Bedrijven en onderwijs met elkaar verbinden

Werken met plantaardige producten als koolzaadolie is ook voor André Jansen van The Green East de uitdaging. Hij is zelf geen boer, maar in Raalte biedt hij agrarische ondernemers de mogelijkheid om de verbinden aan te gaan met het onderwijs om te komen tot vernieuwende landbouw. “Er zijn hier weinig kennisintensieve bedrijven, ik denk dat daar veel te winnen valt.”

Een voorbeeld van circulair ondernemen is het opwaarderen van eendenkroos dat uit de sloten wordt gewonnen. Daar is eiwit uit te halen dat bijvoorbeeld als vervanger van soja gebruikt kan worden. “We zijn samen met de Wageningen Universiteit aan het kijken hoe we op die manier het gebruik van dierlijke eiwitten kunnen terugdringen,” zegt Jansen die in Raalte een plek ontwikkelt waar studenten en jonge ondernemers hun ideeën kunnen uitproberen en mogelijk tot nieuwe bedrijvigheid kunnen komen.

Kennispoort Regio Zwolle is de organisatie die er voor moet zorgen dat die jonge mensen en de agrarische ondernemer elkaar weten te vinden. “Het is niet zoals in de technieksector dat je als onderwijsinstelling in gesprek kan met een of twee grote bedrijven,” vertelt Aeres-bestuurder De Vlieger aan ScienceGuide. “Het gaat om heel veel kleine ondernemers, dus dat is moeilijker te organiseren.”

Aeres heeft een docent van de hogeschool vrijgemaakt om ook in Kennispoort te werken. Op die manier moeten studenten, maar ook docenten en onderzoekers zelf de verbinding vinden met het werkveld in de regio. “We zijn de tweede exporteur van agrarische producten ter wereld,” zegt Petra van den Hengel van Kennispoort. “We zijn heel innovatief, het gaat er om dat we die kennis verspreiden en partijen verbinden om ook meer bedrijvigheid te stimuleren.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK