“De waarde van internationalisering wordt soms wat te eenzijdig bekeken”

Er kleven veel ethische aspecten aan internationalisering, stelt Adinda van Gaalen

Verslag | door Tim Cardol
16 april 2019 | Promovenda Adinda van Gaalen (UGent) bemerkt steeds meer aandacht voor de ethische aspecten van internationalisering. Dat is ook nodig, want om meerwaarde te hebben komt er nogal wat kijken bij internationalisering in het hoger onderwijs.

Adinda van Gaalen promoveert aan de Universiteit Gent op het onderwerp internationaliseringsstrategieën in het hoger onderwijs. Op bezoek bij de Hanzehogeschool laat zij zien dat er nogal wat aspecten van internationalisering bij instellingen onderbelicht blijven.

Ethische aspecten van internationalisering

Er wordt door instellingen werk gemaakt om internationalisering echt in te bedden in de organisatie. Van Gaalen bemerkt een toenemende aandacht voor de ethische aspecten van internationalisering. “De nog bestaande blinde vlekken zijn een resultaat uit het verleden die nu door diverse instellingen worden aangepakt. Dat dat nog niet bij alle instellingen actief of openlijk gebeurt is een kwestie van tijd.”

“De waarde van internationalisering wordt soms wat te eenzijdig bekeken,” stelt Van Gaalen. De voorbije jaren is er veel aandacht voor het naar Nederland halen van talent om arbeidsmarkttekorten hier op te vangen. “Maar ik denk dat we als we naar internationalisering kijken vanuit een meer maatschappelijke blik, we ook de verplichting hebben na te denken over wat dat betekent voor de landen waar die studenten vandaan komen.”

In Nederland is de meerderheid van de inkomende studenten afkomstig Duitsland, zo blijkt uit cijfers van Nuffic. Toch komen ook uit landen als Roemenië, Polen en Bulgarije jaarlijks relatief veel studenten. Volgens Van Gaalen heeft Nederland ten aanzien van deze landen een verantwoordelijkheid.

Met name in kleinere landen kan het vertrek van studenten namelijk voor een braindrain zorgen. “De economische rationale is heel zichtbaar geworden in het nationale internationaliseringsbeleid de voorbije jaren. Het gaat veelal om inkomsten binnenhalen en het stimuleren van onze kenniseconomie. Ik denk dat als je onderwijs als publiek goed beschouwt, dat het om meer moet gaan dan dat.”

Bewuste keuzes maken bij internationalisering

Het is voor instellingen belangrijk om na te denken over welke internationale partnerschappen je aangaat. Op de Universiteit Gent waar Van Gaalen promoveert is sinds enkele jaren een speciale commissie in het leven geroepen die moet toezien de keuzes die de universiteit maakt op het gebied van internationale samenwerking. De Gentse universiteit neemt institutionele samenwerkingen met buitenlandse partners nauwgezet onder de loep nemen op het gebied van onder meer mensenrechten.

Universitaire mensenrechten

Van Gaalen kijkt in haar onderzoek naar welke overwegingen universiteiten en hogescholen hebben in de besluitvorming tot het wel of niet samenwerken met instellingen uit het buitenland. “Wil ik wel samenwerken met deze partners als ik weet dat de academische vrijheid niet goed geborgd is?”

Internationalisering vraagt goede begeleiding

Van Gaalen houdt zich als beleidsadviseur van Nuffic bezig met de overwegingen die Nederlandse instellingen hebben om te internationaliseren. “Ik denk dat internationalisering enorm waardevol is, maar dat sommige vormen waardevoller kunnen zijn dan andere. Er wordt vaak gesteld dat internationalisering per definitie meerwaarde heeft. Maar onderzoek laat zien dat als je studenten niet of onvoldoende begeleidt dat er nauwelijks interculturele competenties worden ontwikkeld.”

Volgens Van Gaalen moet je als onderwijsinstelling de diversiteit die er binnen de studentenpopulatie is zo goed mogelijk benutten in het onderwijs. Maar diezelfde diversiteit zorgt tegelijkertijd ook voor uitdagingen in de communicatie met en dienstverlening aan studenten.

Zo komt het voor dat de rijkheid van culturen die naar Nederlandse instellingen toekomen onbenut blijft, omdat de nadruk in het onderwijs ligt op het Engels en daarmee vaak ook op Angelsaksische literatuur. En dat terwijl het juist van meerwaarde kan zijn om ook Chinese en Spaanse studenten de ruimte te geven.

“Juist die diversiteit zou gestimuleerd moeten worden. Er zijn heel veel verschillende nationaliteiten en het is niet makkelijk om die allemaal te bedienen. Je zou die diversiteit als een pluspunt willen zien, maar het wordt soms juist als een probleem ervaren.”

Leermodules

Op de Hanzehogeschool wordt geprobeerd om alle docenten uit te rusten met de juiste middelen om in een internationale context les te geven. Op initiatief van Els van der Werf zijn leermodules ontwikkeld om de docenten op niet alleen op taal en interculturele competenties bij te spijkeren, maar ook om hun kennis van de internationale dimensie van het werkveld te vergroten.

Dat is niet alleen van waarde voor docenten in de internationale opleidingen, denkt Van der Werf. “Natuurlijk gaan ook genoeg mensen straks aan het werk in Veendam of Stadskanaal, maar ook daar wordt de omgeving steeds multicultureler. Dan is het goed als je die bagage hebt.”

Ervoor zorgen dat docenten ook daadwerkelijk de leermodules die nu ontwikkeld zijn gaan volgen, is overigens nog geen sinecure. “Het is wel een beetje missiewerk,” zegt Van der Werf. “Mensen onderschrijven het belang ervan, maar het is geen verplichting en de geboden ruimte voor bijscholing is beperkt.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK