“Juist een nieuw stelsel heeft behoefte aan goede hbo-juristen”

Verslag | door Tim Cardol
12 september 2019 | Voor even keerde Sander Dekker terug naar het onderwijs. Van 2012 tot 2017 was hij staatssecretaris van OCW. Als minister voor Rechtsbescherming ging hij nu in gesprek met studenten Sociaal Juridische Dienstverlening en HBO-Rechten van Inholland Rotterdam.
Sander Dekker Foto: Inholland

Geïnterviewd door docent Ruben Stoop (Inholland) vertelde Dekker onder meer over zijn drijfveren om de politiek in te gaan en over de plannen die hij heeft met de sociale advocatuur. Dekker moet zonder extra middelen zorgen voor een beter georganiseerd stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand, hetgeen in de advocatuur voor veel onrust zorgt.

Dekker ziet geen acuut tekort sociale advocaten

Vorige week stuurde de Orde van Advocaten een brandbrief omdat pro-deo-advocaten zo weinig betaald krijgen dat steeds meer van hen besluiten te stoppen. Bij Inholland Rotterdam tracht Dekker dat beeld te nuanceren. “Ik begrijp de zorgen, maar vooralsnog zie ik geen acuut tekort.”

Wel erkent Dekker dat het stelsel onder druk staat. “De sociale advocatuur krijgt niet de beloning die ze zouden moeten krijgen, dus ik voel wel de urgentie.” Niettemin kondigde Dekker eind vorig jaar een bezuiniging op de gesubsidieerde rechtsbijstand aan. Volgens de minister wordt er soms te snel een beroep gedaan op deze rechtsbijstand. “We moeten voorzichtig zijn om elk probleem te juridificeren.”

Niet elk conflict hoeft voor de rechter te komen

De minister van Rechtsbescherming spreekt zelf niet van een bezuiniging, maar ziet wel dat het huidige stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand “piept en kraakt” en dus aan herziening toe is. De VVD-minister vindt dat daarbij een verantwoordelijkheid ligt bij uitvoeringsorganisaties. “Ik vraag hen ook om met een menselijker oog te kijken, zodat niet alles bij de rechter hoeft te worden beslecht.”

“Veel mensen zijn niet op zoek naar een advocaat, maar naar een oplossing voor hun probleem,” zegt Dekker tegen de studenten. “Ik denk dat dat in veel gevallen sneller en eenvoudiger te regelen moet zijn. Wat niet wegneemt dat er wel altijd de mogelijkheid moet zijn om een finale beslissing voor te leggen aan een rechter.”

Meer generalisten nodig in het recht

Maar wat betekent dat voor het hoger onderwijs, en meer specifiek voor hbo-geschoolde juristen? Dekker ziet vooral kansen voor hbo-rechten. “Juist een nieuw stelsel heeft behoefte aan goede hbo-juristen met een brede blik en praktische kennis van het recht,” stelt de minister die van een van de studenten de vraag krijgt dat verder te specificeren. “Kunt u daar een specifiek voorbeeld van geven?”

Dekker zegt te denken aan een laagdrempelige plek waar burgers met hun juridische kwesties naar toe kunnen. “We hebben voor heel veel zaken loketten, maar iets gebruiksvriendelijks voor juridische hulp is er niet. We hebben veel meer generalisten nodig die juist op die manier de eerste hulp bieden.”

De minister trekt daarbij de vergelijking met de zorg. “Als je met een complex probleem zit, loop je ook niet direct bij een chirurg naar binnen. Je gaat eerst naar een huisarts die uitvraagt wat er precies aan de hand is. Pas daarna ga je als dat nodig is naar een specialist toe.”

Volgens Dekker moet de discussie over een nieuw stelsel dan ook gaan over die juridische taakverdeling. In gesprek met ScienceGuide erkent de minister daarbij dat hij in deze discussie wel wat herkent uit zijn tijd als staatssecretaris op OCW. “De discussie over hbo en wo gaat vaak over gradaties in kwaliteit, ook hier weer. Maar het zou veel meer moeten gaan over hoe beiden complementair aan elkaar kunnen zijn. Dat is in de rechtsbescherming ook het geval.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK