Hoe komen we betaalbaar van het gas af?

Verslag | door Sicco de Knecht
11 oktober 2019 | Bij HAN Unexpected buigen studenten, docenten en het bedrijfsleven zich over de vraag hoe Nederland de energietransitie mogelijk gaat maken. “Wat ik wel zie is dat we veel te weinig samen doen”.
Lector Loek Nieuwenhuis bij HAN Unexpected – Foto: ScienceGuide

Lector beroepspedagogiek Loek Nieuwenhuis (HAN) mag met zijn keynote de aftrap geven van deze tweede editie van HAN Unexpected. De bijeenkomst die erop is gericht studenten, werknemers, ondernemers, ambtenaren en alumni samen te brengen is volgens hem een goed voorbeeld van hoe je komt tot ontwikkeling van de beroepspraktijk.

Nieuwenhuis schreef mee aan de missie van de HAN waarin deze verbinding een primaire rol speelt. “In onze missie van de HAN is verwoord dat we van goede regionale hogeschool naar een regionaal kennisinstituut willen ontwikkelen.” Inmiddels kent de HAN zes Centers of Expertise en rond de 50 lectoraten, schat Nieuwenhuis, dus daarmee is de hogeschool al aardig op weg.

Werken in de driehoek

Een van de uitdagingen die deze dag voorligt, is er een die ook vele burgers bezighoudt: de energietransitie. Nieuwenhuis: “Wij worden geacht gasloos te bouwen, en we worden gevraagd om daar onze portemonnee voor te trekken.” Dat is een forse uitdaging, te meer omdat het opleiden van vakmensen achterblijft bij de enorme vraag vanuit de markt. “Laat ik het zo zeggen, de installateur van de zonnepanelen kan mij niet vertellen hoeveel panelen ik op het dak moet hebben.”

Niet alleen is het een grote technische opgave, ook maatschappelijk en psychologisch is het een uitdaging om de bevolking mee te krijgen in deze enorme operatie. “In Nederland moeten we van het gas af, en 20 kilometer verderop in Duitsland, krijg je subsidie om over te stappen naar gas. Leg dat maar eens uit. Dat is een complex sociaal vraagstuk”.

“Als onderwijspsycholoog heb ik daar wel ideeën over, terwijl ik een van die mensen ben die volgens mevrouw Thijssen niet zo nodig zijn.” Nieuwenhuis plaatst daarmee een kanttekening bij de toespraak die directeur van Alliander Ingrid Thijssen hield bij de jaaropening van de HAN. Zij wierp daar een flinke knuppel in het hoenderhok door te stellen dat investeren in vakgebieden als de psychologie geen prioriteit heeft gezien de grote vraag naar technisch geschoold personeel.

Vergezichten staan in de weg

Om te praten over de transitie zijn die middag verschillende sprekers van binnen en buiten de hogeschool gekomen naar UnExpected. Volgens Jeroen Hatenboer van het kennisplatform stichting Pioneering wil in deze kwestie vooral meer richting om de complexiteit hanteerbaar te maken. “We maken het onszelf wel heel moeilijk.” Als lid van het Expertteam Wonen van het Ministerie van Binnenlandse Zaken constateert hij dat er vooral einddoelen worden gesteld en geen tussentijdse doelen.

“Dat compliceert de zaak onnodig. Het beeld bij een gasloos huis is voor iedereen namelijk anders, en de opties zijn ook heel divers.” Wanneer overheid, ondernemer, opleider en onderzoeker een ander beeld hebben bij het eindproduct zijn de besluitvaardigheid en actiebereidheid navenant kleiner.

Architect Arjen Weijer sluit zich bij die constatering aan. “Het tempo ligt nog steeds te laag, en dat komt omdat we niet weten hoe het in de toekomst eruit gaat zien.” Dergelijke transities gaan dan ook beter als ze stapsgewijs ingevoerd worden dan met een grote sprong. “Zeker in dit veld zijn innovaties aan de orde van de dag, wie weet wat we over tien jaar kunnen.” Een massale investering in een enkele oplossing zou dan wel eens precies mis kunnen schieten.

Onderwijs en arbeidsmarkt

In een van de parallelsessies wordt gesproken over de rol van het onderwijs in de transitie. Instituutsdirecteur Built Environment Frank Spuij (HAN) leidt deze sessie met medewerkers uit mbo en hbo en het werkveld. Hij zit namens de Vereniging Hogescholen aan de Sectortafel Gebouwde Omgeving en ziet de transitie als een belangrijk onderwerp op de human capital agenda.

De aanpak met een sectortafel vindt hij een goede. “Partijen praten echt met elkaar, van de mbo’s tot aan de technische universiteiten, maar ook netbeheerders en Bouwend Nederland.” De eerste uitdaging in dit proces was volgens hem dat partijen hun beeld van elkaar moesten bijstellen. “Je hebt toch vooroordelen en gedachten bij wat bijvoorbeeld een netbeheerder wil en doet, daar moet je eerst echt goed kennis voor maken om dat bij te stellen.”

Spuij kan vanuit de overleggen die hij heeft gevoerd bevestigen dat het gasloos maken van Nederland niet in één klap zal kunnen. “Dat is denk ik niet de goede opzet. Wat ik wel zie is dat we veel te weinig samen doen.” Hij geeft hierbij het voorbeeld van een kabelmaatschappij en de energiemaatschappij die soms letterlijk binnen een tijdspanne van een maand twee keer de stoep openbreken om een kabel te trekken. “Dat heeft allerlei redenen, maar daar kunnen we echt wat aan doen om beter samen te werken.”

Voor zulke innovaties is ook een zeker inzicht en overzicht nodig, met een onderzoekend oog. “Wij zouden als hbo-instelling bijvoorbeeld een wijk kunnen adopteren, en daar onze technische en sociale expertise op los kunnen laten.” Het onderzoek op dit thema moet in samenwerking met mbo en wo. “We zullen steeds meer samen moeten werken en er is een ding dat we zeker weten, studenten zullen tot 2050 gegarandeerd een baan krijgen in dit veld.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK