OCW wil dat hoger onderwijsinstellingen minder sparen en meer investeren

Nieuws | door Frans van Heest
15 oktober 2019 | Bij universiteiten en hogescholen blijft er nog te veel geld op de plank liggen vindt OCW. De instellingen moeten daarom meer gaan investeren in onderwijs.

In een Kamerbrief hebben de ministers van onderwijs Slob en Van Engelshoven laten weten dat zij zich in toenemende mate zorgen maar over de financiële reserves van onderwijsinstellingen. Deze discussie werd politiek weer urgent toen Paul van Meenen (D66) er bij de begrotingsbehandeling vorig jaar op wees dat universiteiten miljarden op de plank hadden liggen en alleen maar geld spaarden om nieuwe gebouwen te financieren. Volgens D66 konden ze veel beter op de kapitaalmarkt geld lenen om nieuwbouw te bekostigen.

Dat beeld over de eigen reserves wordt overigens niet gedeeld door de universiteiten zelf. Zowel Tim van der Hagen (TU Delft) als Martijn Ridderbos (Universiteit Leiden) bestreden eerder al het beeld over de hoge solvabiliteit van de universiteit. “Het in standhouden van de beeldvorming over het ‘vermogen op de plank’, over de ‘rijke liquiditeitspositie’ of ‘geld dat ze overhouden’ zijn misverstanden die niet bijdragen aan fundamentele oplossingen voor de knelpunten binnen de universiteiten,” schreef Ridderbos destijds op ScienceGuide.

Net als Van Meenen is ook OCW niettemin van mening dat onderwijsinstellingen te voorzichtig begroten. Tegelijkertijd waardeert men het dat onderwijsinstellingen financieel niet te scherp aan de wind zeilen, maar dit moet niet leiden tot onnodig sparen. “Het is positief dat instellingen financieel gezond zijn, maar de reserves moeten in verhouding staan tot de reële risico’s. We hebben de instellingen daarom opgeroepen minder voorzichtig te begroten en de publieke middelen zoveel mogelijk in te zetten voor het onderwijs.”

Dat de financiële reserves toenemen is al een langere zorg van OCW en de meest recente cijfers over 2018 laten zien dat dit probleem eerder is toegenomen dan afgenomen. Eind vorig jaar heeft OCW al laten weten dat instellingen meer geld uit moeten geven en daartoe ook bereid zijn. “Dat is positief.” Schrijven de bewindslieden aan de Kamer. “We zien echter ook dat het resultaat dat instellingen realiseren in veel sectoren nog ver afligt van het resultaat dat ze zelf begroot hadden.”

Respect voor autonomie instellingen

In overleg met de Onderwijsinspectie is OCW bezig om nieuwe signaleringswaarden vast te stellen voor onderwijsinstellingen. Deze moeten naar beneden worden bijgesteld om te voorkomen dat instellingen onnodig geld oppotten. De beide ministers laten dan ook weten dat als uit de ramingen van de instellingen blijkt dat ze van plan zijn meer geld uit te geven dan er binnenkomt dat dit ook een indicatie is dat instellingen hun reserves willen aanspreken.

Wanneer in de brief specifiek wordt ingegaan op het hoger onderwijs, wordt uiteengezet dat hogescholen en universiteiten zeer autonoom zijn in hun financiële keuzes. “Wij respecteren die autonomie en streven naar maatwerk in het toezicht. De grote vrijheid van de instellingen gaat wat ons betreft gepaard met het in het openbaar en transparant afleggen van verantwoording.”

Sinds 2014 wordt er met de sector gesproken over de reserves van de instellingen. En met resultaat. De hogescholen hebben in 2016 en 2017 gezamenlijk negatief exploitatieresultaten geboekt, er ging meer geld uit dan erin kwam, echter in 2018 kwam er €113 meer binnen dan begroot. Bij  universiteiten dalen de exploitatieresultaten wel al een aantal jaren, laat OCW weten.

Stevige rol voor medezeggenschap

Bij het terugdringen van de reserves hebben de Raden van Toezicht en de medezeggenschap een nadrukkelijke rol. “Het voeren van gesprekken met bestuurders en toezichthouders om hen aan te moedigen geen onnodige reserves op te bouwen. Ook de medezeggenschap kan via het instemmingsrecht op de hoofdlijnen van de begroting een belangrijke rol spelen in het scherp houden van bestuurders op het gebied van de opbouw van reserves. De medezeggenschap vertegenwoordigt immers op instellingsniveau de docenten, onderzoekers en studenten die gebaat zijn bij het uitgeven en niet onnodig oppotten van de middelen die instellingen ontvangen.”

Ook kunnen instellingen schatkistbankieren, waarbij ze tegen gunstige voorwaarden geld kunnen lenen bij het ministerie van Financiën. Dit moet volgens OCW ook eenvoudiger worden. “Op dit moment maakt een aantal instellingen in het hoger onderwijs al gebruik van schatkistbankieren. Ook onderzoeken we hoe of, en zo ja hoe, we schatkistbankieren aantrekkelijker kunnen maken voor hoger onderwijsinstellingen.”

OCW gaat daarnaast de voorspelbaarheid van de begroting vergoten. Nu horen instellingen pas aan het eind van het jaar of zij al dan niet extra geld krijgen van OCW. “We hebben onlangs de verhouding tussen de vaste en variabele elementen in de bekostiging aangepast. We staan daarnaast in nauw contact met de VH en VSNU om de rijksbegroting en de gevolgen voor individuele instellingen te duiden. Op deze manier is het voor instellingen mogelijk om tijdig een realistische inschatting van hun definitieve bekostiging te maken en exploitatieresultaten als gevolg van bijstellingen van de bekostiging te beperken.”

Weerbarstige realiteit

Inzoomend op de specifieke begrotingen van hogescholen en universiteiten blijkt dat sinds 2015 hogescholen in 2018 een positief exploitatieresultaat hebben behaald van €113 miljoen. Ook heeft men naar de continuiteitsparagraven gekeken en daaruit blijkt dat hogescholen de komende jaren verwachten dat zij flink zullen investeren en de reserves ook zullen afnemen. Universiteiten houden ook meer over dan begroot in 2018 maar minder dan hogescholen namelijk €67 miljoen terwijl begroot was een tekort van €-51 miljoen.

In het slot van de brief wijzen de bewindslieden erop dat zij blij zijn dat voor de komende jaren instellingen meer hopen uit te geven dan er binnenkomt, maar de praktijk heeft laten zien dat deze voorspellingen niet altijd uitkomen. “We weten dat de realiteit weerbarstig is. Ook dit jaar blijkt het moeilijk om het voorspelde resultaat te realiseren. Er blijft dus werk aan de winkel, en daarvoor kijken we vooral naar de instellingen zelf. Het is nu zaak dat zij de voorgenomen resultaten realiseren. We hopen dat terug te zien in de cijfers over 2019, die in de zomer van 2020 beschikbaar zijn.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK