Bussemaker: meer geld voor TU’s is een echo van kennis, kunde, kassa

Nieuws | door Frans van Heest
25 november 2019 | Jet Bussemaker, hoogleraar aan de Universiteit Leiden, vindt de herverdeling van Van Rijn ten gunste van technische universiteiten een echo van het kabinet Rutte-I. Zij stelt dat daar een doorgeschoten focus was op kennis, kunde, kassa.

Onlangs werd op de Universiteit Leiden het wetenschapsfestival Connecting Social Sciences gehouden. Daar werd gediscussieerd over hoe de sociale wetenschappen zich moeten verhouden tot maatschappelijke vraagstukken. Onderzoekers, alumni en studenten gingen in gesprek over de uitwisseling van wetenschap en praktijk. De inleiding van de middag werd verzorgd door Jet Bussemaker, hoogleraar ‘Beleid, wetenschap en maatschappelijke impact, in het bijzonder in de zorg’.

De tijd van de emancipatie van de wetenschap

Bussemaker stelt dat de wetenschap sinds de jaren negentig is afgedreven van de samenleving. Dat was wel anders toen zij nog scholier was. Ze heeft in Oegstgeest, in de buurt van Leiden, op de middelbare school gezeten. “Toen was er een heel ander debat over wetenschap in de samenleving. Het was de tijd van de emancipatie van wetenschap. Er waren heel veel debatten over hoe de wetenschap de samenleving kon verbeteren.”

De oud-OCW-minister memoreerde dat de jaren tachtig de periode was van de emancipatie van de wetenschap ten gunste van de samenleving. “Het was een tijd waarin er een hele intensieve interactie was tussen de samenleving en de wetenschap. Dat zag je terug in sociale bewegingen, zoals de vrouwenbeweging, homobeweging en milieugroeperingen. Zij verzamelden veel kennis vanuit de universiteit.”

Steeds meer aandacht voor fundamentele wetenschap

Toen Bussemaker zelf aan de universiteit ging werken veranderde de positie van de wetenschap in de samenleving. “Er is inmiddels veel veranderd in de academie, de politiek en natuurlijk in de samenleving. Toen ik in de jaren negentig werkte aan de universiteit was er een beweging in de universiteit die zich steeds meer afwendde van de samenleving. En was er steeds meer aandacht voor fundamentele wetenschap.”

Sinds de eeuwwisseling is dit proces ook nog in een stroomversnelling gekomen door het nieuwe bestuursmodel op universiteiten. “Aan het begin van deze eeuw zagen we dat er veel aandacht kwam voor het ‘new public management.’ We zagen dat universiteiten geleid werden door dit new public management en er steeds meer aandacht kwam voor rendementsdenken. Kennis die voortkwam van universiteiten moest vooral bijdragen aan de kenniseconomie.”

Een heel beperkte blik op wetenschap

Toen Bussemaker in 2012 minister van OCW werd was dit debat nog heel dominant, zeker bij haar voorgangers in Rutte-I. “Toen ik in 2012 begon als minister werd het debat over wetenschap heel erg gedomineerd door het credo: kennis, kunde, kassa. Dat was ook zeker het idee van mijn voorganger en zijn collega-ministers in dat kabinet. Dat is naar mijn idee een heel beperkte blik op wat wetenschap zou moeten zijn, ook in relatie tot de samenleving. Wetenschap is geen geldmachine.”

Maar dit discours zien we volgens Bussemaker nu ook weer terug in het huidige debat over de herverdeling van de Commissie Van Rijn ten gunste van de technische universiteiten. “In die tijd werd ook aan de technische universiteiten gevraagd om vooral te groeien. Het recente debat over meer geld naar technische universiteiten is nog steeds een echo van die hele discussie over kennis, kunde en kassa.”

In haar tijd op het ministerie heeft Bussemaker naar eigen zeggen zich altijd gekant tegen dit beeld van de wetenschap. “Ik prefereer maatschappelijke impact, dat doe ik nu ook als hoogleraar in Leiden. Dat is veel breder en ik kijk daarmee naar veel meer perspectieven. Het moet wetenschap voor wetenschap zijn, wetenschap voor de samenleving en wetenschap voor meer concurrentievermogen. De een is niet beter dan de ander, je moet die drie in verhouding zien.”

Een uitvloeisel van die drietrapsraket is de Nationale Wetenschapsagenda die zij samen met Sander Dekker in 2015 startte. “We hebben voor de Nationale Wetenschapsagenda heel veel debatten gevoerd met burgers, zij konden wetenschappelijke vragen stellen die door de wetenschap worden beantwoord.”

“Nu ik hoogleraar ben in Leiden probeer ik in de praktijk te brengen wat ik als beleid geformuleerd heb als minister,” zei Bussemaker. “Ik ben nu bezig met preventiebeleid rondom roken. Zo ben ik bezig met trainingen op scholen voor jongeren in het beroepsonderwijs, omdat wij weten dat die veel meer roken dan andere jongeren. Dat gedrag kun je niet veranderen met alleen informatieprogramma’s waarin uitgelegd wordt hoe slecht roken voor je is. Dus we moeten meer samenwerken op deze faculteit met andere onderzoekers om bijvoorbeeld te achterhalen wat de invloed is van het puberbrein. En dat in relatie tot scholen, de sociale achtergrond en de leefstijl van deze jongeren.”

Politici die kritiek uiten op het RIVM

Maar er is nog een andere uitdaging, zegt Bussemaker. De wetenschap wordt steeds minder vertrouwd. “Wereldwijd hoor je steeds vaker dat wetenschap ook maar een mening is. Het is moeilijk om als wetenschapper daarmee om te gaan. Dit is niet iets dat alleen speelt in de VS, maar ook recent hier in Nederland. Met boeren die provinciehuizen blokkeerden, maar ook parlementsleden die kritiek uitten op het RIVM. Een heel belangrijk kennisinstituut hier in Nederland. Het is voor ons als wetenschappers heel moeilijk om hier op de juiste manier mee om te gaan.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK