Hoe groot is het gat in de begroting van het hoger onderwijs na corona?

Analyse | de redactie
15 april 2020 | Buitenlandse universiteiten vrezen dat de nasleep van de coronacrisis een gat zal slaan in de begroting. Hoe zit het in Nederland? De onderwijsinspectie constateerde al eerder dat door een terugloop van het aantal internationale studenten de bedrijfsvoering van instellingen in gevaar kan komen.

Binnen het hoger onderwijs gaan er verschillende prognoses rond over wat deze pandemie voor impact gaat hebben op de begroting. Zeker bij universiteiten die steeds meer afhankelijk zijn van de internationale instroom lijkt de terugloop aan inkomsten onmiskenbaar.

Afhankelijkheid van internationale studenten

Internationaal is er veel onrust er verschijnen in de internationale media steeds meer berichten over de grote impact van het coronavirus op de internationalisering van het hoger onderwijs. Studenten over de hele wereld vertrokken afgelopen weken halsoverkop naar het thuisland, en het is nog maar de vraag is of zij nog wel terugkeren. Ook de werving van nieuwe studenten komt stevig onder druk te staan nu in veel landen bijeenkomsten – en dus ook studiemarkten – verboden zijn.

Uit eerste voorlopige marktonderzoeken blijkt dat 40% van de toekomstige internationale studenten overweegt om hun studieplannen voor volgend jaar te wijzigen nu het coronavirus wereldwijd om zich heen grijpt.

Het land dat hier nu direct al mee geconfronteerd wordt is Australië. Het Australische hoger onderwijs is voor een groot deel financieel afhankelijk van met name Chinese studenten. Het collegejaar in Australië start altijd in februari en daardoor is nu al een enorme afname te zien van het aantal internationale studenten. De verwachting is dat ook universiteiten in Angelsaksische landen, waarvan velen zich in het bijzonder toespitsen op internationale instroom, aanzienlijke zullen worden geraakt door de daling in mobiliteit. Britse universiteiten hebben ook al om 2 miljard pond aan leningen gevraagd aan de overheid omdat zij vrezen dat zij in financieel zwaar weer komen.

Hier in eigen land wist opmerkelijk genoeg minister Van Engelshoven onlangs nog een Kamervraag te beantwoorden uit het pre-corona tijdperk. Deze vraag ging toevalligerwijs over de groeiende afhankelijkheid van hogescholen en universiteiten van de internationale instroom. “Zijn instellingen hier niet te afhankelijk van geworden,” zo wilde de Kamer weten. In antwoord op deze vraag stelt de minister dat nu vaak nog onduidelijk is bij instellingen wat de financiële impact is van de internationalisering. “Instellingen blijken overigens vaak niet expliciet te kunnen aangeven wat de effecten zijn van de internationalisering voor hun financiële bedrijfsvoering.”

Afhankelijk van de internationale instroom

Wat de precieze effecten zijn op de financiële bedrijfsvoering van instellingen mag dan onduidelijk zijn, maar dat er instellingen zijn waar de internationale instroom van grote invloed is op de begroting staat buiten kijf. Zo gaf een aantal universiteiten onlangs bij de Inspectie van het Onderwijs aan dat zij financieel afhankelijk zijn van de internationale instroom.

De Inspectie gaat in haar rapport niet zover dat zij de internationale student als ‘cash cow’ zien, zoals sommigen beweren, maar ziet wel degelijk dat er instellingen zijn die financieel afhankelijk zijn van internationale studentenstromen. “Toch zijn de internationale studenten een belangrijke inkomstenbron, dankzij de Rijksbekostiging of het instellingscollegegeld. Daarom zien wij die afhankelijkheid wel.”

Dat er in de beschouwing destijds geen rekening is gehouden met een scenario waarin er een rigoureuze daling van de internationale instroom op zou treden blijkt uit de volgende inschatting: “Hoewel universiteiten nadrukkelijk aangeven niet te verwachten dat het zich in de praktijk zal voordoen, geven alle universiteiten aan grote negatieve effecten te voorzien bij een grotere terugloop of stop van de instroom van internationale studenten.”

Niet alleen financieel

In hetzelfde rapport wordt benadrukt dat de afhankelijkheid niet louter van financiële aard hoeft te zijn. De instelling kan ook onderwijskundige gevolgen ondervinden, zegt de Onderwijsinspectie. “Het concept van international classroom komt onder druk te staan. Verder wordt het lastiger om kwalitatief hoogwaardig wetenschappelijk personeel te behouden of te werven.”

De kans bestaat dat hierdoor uiteindelijk een neerwaartse spiraal kan ontstaan van minder goed onderwijs, een slechtere reputatie en lager in de rankings, met als gevolg nog minder aanmeldingen. “Daardoor zouden uiteindelijk financiële consequenties ontstaan die niet meer zijn op te vangen.”

De Inspectie zegt ook dat dit in het de afhankelijkheid in het bijzonder geldt voor een aantal specifieke universiteiten. Welke universiteiten dit zijn wordt niet vermeld. “Voor drie universiteiten geldt dat een eventuele grotere terugloop of stop van de internationale studenten niet alleen onderwijskundig, maar op termijn ook financieel grote gevolgen heeft. Dan is een drastische inhoudelijke herpositionering noodzakelijk voor deze drie universiteiten.”

Lange termijn effect

Omdat de financiering van instellingen trager beweegt dan de inschrijvingen zullen eventuele effecten voor de begroting niet acuut zijn. “Het leidt op afzienbare termijn niet tot mogelijke problemen met de financiële continuïteit, omdat deze instellingen een eventuele grote terugloop of stop van de instroom van internationale studenten kunnen opvangen.”

Dat er desalniettemin zorgen zijn bij universiteiten staat buiten kijf, zo bleek onder andere uit een webinar onlangs waarin Nick Bos, vicevoorzitter van de Universiteit Maastricht, stelde te verwachten dat de instroom dit jaar wel tegen zal vallen. “Je ziet dat het contractonderzoek onder druk komt te staan. Het is ook de vraag wat dit doet met de instroom van studenten in september.”

Of dit een groot effect op de instroom zal hebben dat hangt ook sterk af van de duur van deze crisis, zo zegt de vicevoorzitter van de Maastrichtse Universiteit. “Het hangt ook samen met tot wanneer de crisis speelt, maar we zullen wel heel erg goed moeten opletten met de instroom vanuit het buitenland. Wij houden er ernstig rekening mee.”

Wat betreft de voorlopige aanmeldingen zijn de eerste berichten positief, zo bevestigt de VSNU aan ScienceGuide. Ook op de Maastrichtse Universiteit lijken de gevolgen nog mee te vallen, stelde ook Bos: “We zien dat de vooraanmeldingen er goed uitzien, een deel van de vooraanmeldingen komt nog van voor de coronacrisis. In onze scenario’s kijk je natuurlijk wel naar wat er allemaal nog kan gebeuren en we denken wel degelijk dat we te maken gaan krijgen met een verminderde instroom.”

Fundamentele verandering

In ieder geval lijkt het onafwendbaar dat de internationale instroom het aankomende collegejaar terug zal lopen. Hoe dergelijke scenarios eruit zouden kunnen zien is een open vraag die in grote mate af zal hangen van hoe lang de coronacrisis aan zal houden. Eerdere uitingen van verschillende instellingen maken echter duidelijk dat een langdurige daling van de mobiliteit wel eens een zeer fundamentele verandering van strategie zouden kunnen betekenen.

Zo maakt men zich de UTwente – waar sinds dit jaar volledig in het Engels wordt gedoceerd – zich al langer zorgen over de internationale instroom. In de risicoparagraaf van het jaarverslag van 2018 die afgelopen zomer gepubliceerd werd schreef het bestuur nog dat als de targets voor internationale instroom in de toekomst niet zouden worden gehaald, dit zou zorgen voor een verlies van het marktaandeel van de universiteit en dat er minder kostendekkende collegegelden zullen zijn. De UTwente waarschuwde dat als de groei stokte voor de masterinstroom dit een serieuze impact zou kunnen hebben op de bedrijfsvoering van de universiteit.

Ook de andere technische universiteit, die van Eindhoven mikt op een hogere internationale instroom omdat dit belangrijk is voor het internationale karakter van de universiteit, zo zegt men in het jaarverslag. Ook andere universiteiten zoals die van Tilburg hebben expliciet opgenomen in hun beleid dat de instroom van internationale studenten verhoogd moet worden.

Drastische herpositionering

In het eerder genoemde rapport van de Inspectie heeft de Universiteit Maastricht al laten weten dat zij voorbereid zijn op een terugloop van het aantal internationale studenten. “Het CvB geeft aan dat zonder de instroom en deelname van internationale studenten het concept van international classroom niet kan worden voortgezet. Het zou dwingen tot een drastische inhoudelijke herpositionering van de UM. Met een substantiële hoeveelheid buitenlandse studenten is de huidige financiering van de UM in overeenkomstige mate afhankelijk van instroom van internationale studenten.”

De afgelopen jaren ontvingen de universiteiten jaar op jaar een groter student-gebonden budget. De bekostigingssystematiek is zo ontworpen dat als het totaal aantal studenten dat ingeschreven staat bij de Nederlandse instellingen groeit, ook de bijdrage per student toeneemt. Andersom geldt ook dat wanneer het totale aantal ingeschreven studenten daalt, ook het bedrag per student afneemt – een gevoelige financiële tegenvaller.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK