Minister is niet bezorgd over misbruik ADHD-medicatie

Nieuws | de redactie
17 april 2020 | Minister Van Engelshoven ziet geen aanwijzingen voor misbruik van ADHD-medicatie onder studenten. Onderzoek onder Amsterdamse hulpverleners wees eerder uit dat er sprake was van oneigenlijk gebruik van dergelijke medicatie onder studenten maar de minister vindt dit onvoldoende bewezen.
Studentenartsen Amsterdam

Begin februari berichtte ScienceGuide over het toenemende gebruik van ADHD-medicatie onder studenten. Uit onderzoek onder studentenartsen, psychologen en studentendecanen in Amsterdam werd duidelijk dat zij merken dat steeds meer studenten gebruikmaken van medicatie die het brein stimuleert om beter te kunnen studeren. Gebruik van dergelijke medicatie, zonder dat een arts deze voorschrijft, is niet zonder risico. Zo kan het leiden tot hartklachten ontstaan en kan de medicatie ook andere verslavingen teweegbrengen zoals van alcohol.

Geen directe link

Voor het CDA was dit aanleiding om Kamervragen te stellen. De partij wilde van de minister weten of zij de opvatting van de onderzoekers deelt dat door het leenstelsel en de toegenomen prestatiedruk steeds meer studenten overgaan op dergelijke medicatie. De minister relativeert in haar antwoorden de uitkomsten van het onderzoek.

“Het genoemde onderzoek is kwalitatief en gebaseerd op gesprekken met een beperkte groep experts in Amsterdam.” Zo schrijft de minister in antwoorden op de vragen. “Een directe link tussen toenemende prestatiedruk en het leenstelsel wordt in dit onderzoek niet aangetoond. Mentale druk onder studenten wordt door verschillende factoren veroorzaakt.”

Wel geeft de minister aan dat er momenteel een onderzoek loopt van het RIVM naar prestatiedruk bij studenten. Door de coronacrisis is dit onderzoek met een jaar uitgesteld naar het voorjaar van 2021. In dit onderzoek wordt er ook in samenwerking met verslavingszorg gekeken naar het middelengebruik onder studenten. Daarin zal ook gekeken worden naar het gebruik van ADHD-medicatie onder studenten.

Meningen van professionals

De minister geeft bovendien aan te twijfelen aan de representativiteit van het onderzoek. “Aan de basis van het onderzoek van de Universiteit van Amsterdam liggen de ervaringen en meningen van professionals werkzaam in Amsterdam. Hieruit kan worden opgemaakt dat het vooral gaat over de studenten uit die regio en kan op basis hiervan niet worden vastgesteld dat het onderzoek representatief is voor alle studenten in Nederland.”

Uit het Amsterdamse onderzoek bleek ook dat dergelijke medicatie vaak wordt voorgeschreven door artsen, zonder dat daar een gedegen diagnose aan voorafgaat. Ook in dit beeld herkent de minister zich niet. “Huisartsen werken volgens strikte richtlijnen en die zij hanteren bij hun diagnostiek en behandeling. Richtlijnen zijn voor professionals een belangrijk richtsnoer op basis waarvan zij handelen en beoordeeld worden op onder andere het leveren van kwalitatief goede zorg. Het voorschrijven van ADHD-medicatie aan patiënten zonder ADHD, met het doel de prestaties verhogen, is een niet-medische toepassing, die niet tot de taken van de huisarts behoort.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK