Rol van managers in het hbo en mbo cruciaal voor onderwijsinnovaties

Nieuws | de redactie
10 juni 2020 | De rol van de manager is cruciaal voor de mate waarin docenten in het hbo en mbo innovatie in het onderwijs toepassen. Dit blijkt uit een studie van de Universiteit Maastricht en Zuyd Hogeschool.

Onderzoekers van de Universiteit Maastricht en Zuyd Hogeschool komen tot de conclusie dat innovatie in het onderwijs voor een belangrijk deel afhangt van de mate waarin docenten afwisseling van taken hebben, ondersteuning van het management krijgen, en blootgesteld worden aan innovatie in het onderwijs. Daarbij is het van belang dat docenten deelnemen in netwerken om op die manier informeel van elkaar te leren. Het is volgens hen cruciaal om ervoor te zorgen dat innovaties duurzaam blijven bestaan in het hoger onderwijs.

Het onderwijs wordt vaak bekritiseerd voor het gebrek aan innovatie. Als het gaat om het stimuleren van onderwijs dat een bijdrage levert aan de arbeidsmarkt, is het onderwijs eveneens vaak de gebeten hond. Het beroepsonderwijs zou onvoldoende toegerust zijn om in de behoeften van de arbeidsmarkt te voorzien. Dit als gevolg van verouderde, statische curricula die slecht uitgeruste afgestudeerden opleveren.

Om met deze problemen om te gaan moeten er in het beroepsonderwijs in het mbo en hbo nieuwe onderwijsstrategieën worden ontwikkeld. Dit vereist van docenten dat zij zich een innovatie werkhouding aanmeten. Dit kan door docenten een actieve rol te laten spelen in de ontwikkeling en implementatie van onderwijsinnovaties, zo stellen de onderzoekers.

Drie elementen zijn belangrijk voor innovatie

Een breed scala aan eerdere onderzoeken suggereert dat werknemers, waaronder docenten, gestimuleerd en begeleid moeten worden door hun manager om tot innovatie te komen. De onderzoekers stellen dat zij het onderwijsmanagement cruciaal achten voor het realiseren van duurzame implementatie van onderwijsinnovaties, en hebben onderzocht hoe taakvariatie, managementondersteuning en blootstelling aan innovatie bijdragen aan het innoverend handelen van docenten.

Om dit te onderzoeken is er gekeken naar docenten in het mbo en hbo van vier verschillende instellingen in Nederland. De onderzoekers selecteerden deze instellingen op basis van hun strategische plannen waarin zij op een positieve manier gericht zijn op onderwijsinnovatie. In totaal hebben 458 docenten de enquête ingevuld. Waarvan 184 uit het hbo en 274 uit het mbo.

Managementondersteuning van cruciaal belang

Van de drie genoemde variabelen blijken vooral managementondersteuning en blootstelling aan innovatie een bijzonder belangrijke rol spelen in de mate waarin docenten in het beroepsonderwijs ook een innovatieve werkhouding laten zien. Docenten die worden aangemoedigd om innovatief onderwijs te verzorgen, en hen de kans geven om nieuwe ideeën uit te proberen, zijn ook meer geneigd om een innovatieve werkhouding aan te nemen.

Daarom is het belangrijk dat docenten deelnemen in netwerken waarin deze innovatie wordt gestimuleerd. Het aanmoedigen van dit soort type van informeel leren is cruciaal voor het verbeteren van het vermogen om te innoveren en het helpt ook bij het omgaan met de dynamiek en veranderingen in het onderwijs.

De onderzoekers benadrukken dat het deelnemen aan netwerken waarin innovatie een belangrijke rol speelt van cruciaal belang is voor initiatieven, participatie, promotie en realisatie van nieuwe initiatieven. Het stimuleren van deelname aan dit soort netwerken en daarmee het aanmoedigen van informeel leren is cruciaal voor het verbeteren van het vermogen om te innoveren en het vermogen om te gaan met veranderingen en dynamiek in het onderwijs.

Vrouwen zijn creatiever dan mannen

Vrouwen scoren gemiddeld positiever op innovatief werkgedrag dan mannen. Ook blijkt dat de meer ervaren docenten hoger scoren op innovatief gedrag. Hierdoor zijn ze beter in staan om ‘out of the box’ te denken bij de problemen waarmee ze geconfronteerd worden.

Ook het onderwijsniveau van de docent speelt een rol. Des te hoger de opleiding van de docent in combinatie met een hoog aantal arbeidsuren leidt, des te hoger de scores op het gebied van een innovatieve werkhouding. Dit onderstreept het belang van meer ervaren docenten opnemen in teams die werken aan onderwijsinnovatie. Om een innovatie van het onderwijs in te laten bedden in de organisatie is een breed sociaal netwerk binnen die organisatie noodzakelijk.

Docenten in het hbo kunnen conceptueler denken

Docenten in het hbo zijn beter in staat om innovatie in het onderwijs te implementeren dan hun docenten in het mbo. Een mogelijke verklaring is dat docenten in het hbo meer vertrouwd zijn met conceptuele modellen en daarom beter uitgerust om onderwijsinnovaties meer duurzaam te implementeren. Om een idee te implementeren is het ook belangrijk om daar een protocollen voor te ontwikkelen, dat vereist een bepaalde mate van abstract denken.

In de conclusie schrijven de onderzoekers dat de resultaten laten zien dat managers een ondersteunende werkomgeving moeten creëren. Waarin docenten zich vrij voelen om nieuwe ideeën te ontwikkelen en te bespreken en ook moeten docenten de kans krijgen om deel te nemen aan innovatieve projecten. Managers moeten ook de juiste randvoorwaarden bieden, zoals tijd, en middelen om die innovaties ook daadwerkelijk te realiseren.

Autonoom en betrokken

Tot slot is het belangrijk dat docenten in het beroepsonderwijs het geloof in eigen kunnen hebben met betrekking tot innovatief onderwijs verzorgen. Dat is een belangrijke voorspeller in de mate waarin zij ook innovatief zijn.

Daarom is het raadzaam om als beroepsonderwijs te investeren in een innovatief klimaat waarin docenten autonoom, bekwaam en betrokken voelen bij innovatie in het onderwijs. Managers moeten op een duidelijke en consistente manier over innovatie communiceren met hun onderwijsteams en een sterke relatie opbouwen met docenten en deze ook onderhouden.

Daardoor zullen docenten zich meer betrokken voelen bij innovaties en deze ook sneller implementeren in het onderwijs. Ook moeten managers bij het samenstellen van een onderwijsteam hier rekening mee houden. De onderzoekers zeggen dat uit hun onderzoek duidelijk wordt dat docenten met verschillende profielen nodig zijn in verschillende fasen van het innovatieproces. De meer ervaren docenten zijn essentieel in de creatieve fase en deze docenten zijn ook cruciaal om innovatie duurzaam te implementeren.

Docenten zullen zich alleen maar sneller moeten aanpassen

Resumerend zeggen de Limburgse onderzoekers dat docenten dat de behoefte aan innovatie in het onderwijs alleen maar zal toenemen. Dit omdat de arbeidsmarkt snel verandert. Docenten worden in toenemende mate geconfronteerd en uitgedaagd door herontwerp van het onderwijs, curriculumherziening, het gebruik van ICT als didactische tool.

Deze veranderingen zullen alleen slagen als docenten over de innovatieve instelling en competenties beschikken die nodig zijn om veranderingen in hun werk om te gaan. Maar het spreekt niet voor zich dat docenten deze competenties bezitten.

Literatuurverwijzingen

When innovation in education works: stimulating teachers' innovative work behaviour

P. Lambriex-Schmitz, M.R. Van der Klink, S. Beausaert, M. Bijker, M. Segers. International Journal of Training and Development. Vol. 24, Issue 2. (2020)


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK