Alle leraren moeten academisch zijn geschoold in strijd tegen slechte leesvaardigheid

Nieuws | door Frans van Heest
29 september 2020 | De sleutel om de dramatische leesvaardigheid van Nederlandse leerlingen het hoofd te bieden ligt bij de pabo maak die dan ook academisch, zeggen wetenschappers tegen de Tweede Kamer.
Minister Van Engelshoven bij de diplomauitreiking van de pabo bij de Hogeschool Rotterdam

Onlangs was er een hoorzitting in de Kamer naar aanleiding van de recente cijfers van de OESO waaruit bleek dat 24% van de 15-jarigen in Nederland functioneel analfabeet is. Wetenschappers waren in de Kamer uitgenodigd om te praten over deze verontrustende cijfers. Volgens veel deskundigen uit het veld ligt de oplossing voor het verbeteren van het leesonderwijs bij de pabo.

Het is net als met de discussie over voetbal

Aan het begin van de hoorzitting zei Paul van Meenen, Kamerlid bij D66, dat de discussie over leesvaardigheid nog wel het meest lijkt op de discussie over voetbal. “Dit is typisch een onderwerp dat een beetje te vergelijken is met voetbal”, zegt Van Meenen. “We denken er allemaal wel verstand van te hebben, we hebben er allemaal emoties bij, maar gelukkig hebben we nu mensen in huis die er echt iets van weten.”

Joyce Gubbels, orthopedagoog en senior onderzoeker bij Expertisecentrum Nederlands, legde de Kamer uit wat de nieuwste cijfers van de OESO nu precies betekenen. “Om mee te kunnen draaien in de Nederlandse maatschappij heb je minimaal taalniveau 2 nodig”, zegt Gubbels. “Dat betekent dat je de hoofdgedachte van een tekst kunt vinden, en dat je conclusies kan trekken uit een simpele tekst. Dat loopt nog door tot niveau 6: het evalueren van teksten en bronnen vergelijken. 24% van de vijftienjarigen haalt dus niveau 2 niet.”

Marita Eskes, senior onderwijsadviseur primair onderwijs taal en lezen en didactisch handelen, legde uit waarom lezen zo belangrijk is en dat dit ook iets vraagt van de lerarenopleidingen. “Leren lezen is de belangrijkste taak van het onderwijs”, zegt Eskes. “De kwaliteit van de leerkracht doet er dus toe, maar ook die van de toekomstige leerkrachten. Ik denk dat het ook goed is om te kijken hoe we die opleiden.”

Dit hoeft allemaal geen extra geld te kosten

Vanuit de Kamer kwam de vraag wat er nu precies moet gebeuren bij de lerarenopleidingen. Anna Bosman, hoogleraar orthopedagogiek aan de Radboud Universiteit Nijmegen, probeerde in de eerste plaats de politiek gerust te stellen. “Dit hoeft helemaal geen extra geld te kosten”, zegt Bosman. “Het gaat erom dat de leerkrachten goed opgeleid worden. Dat betekent dus dat op de pabo het onderwijs in orde gemaakt moet worden: Daar zit nu het probleem.”

“De politiek moet er ook op toezien dat in de eerste twee jaar van de basisschool – in groep drie en vier – aandacht besteed wordt aan leesvaardigheden”, vervolgt ze. “Als je in de basis kunt lezen, spellen en rekenen, dan kun je daarna alles doen wat je wilt. Van burgerschap tot duurzaamheid: Dat kun je dan allemaal verwerken in die teksten.”

Op de pabo moet het gebeuren

En de sleutelrol ligt bij de pabo’s, zegt de Nijmeegse hoogleraar. “Als je niet kan fietsen, ga dan ook niet fietsen. Als je fietsen onder de knie hebt dan kun je van alles, dan ligt de wereld voor je open. Dat kost ook geen extra geld. Maar op die pabo’s moet het gebeuren. Daar moet het duidelijk worden hoe dat leesonderwijs eruit moet zien. En we weten ook precies hoe het moet.”

Volgens Bosman is er met betrekking tot het leesonderwijs nog te veel vrijblijvendheid bij scholen. “Ik ben erg voor vrijheid”, zegt ze. “Het is altijd fijn als je zelf mag bepalen hoe je iets doet. Maar als ik denk aan geneeskunde dan zeggen we toch ook niet: bedenk het zelf maar? Daar zijn hele duidelijke voorschriften. Dat is precies wat er in het onderwijs wel mag. Ik vind dat de politiek nou eens moet zeggen: nee dat doen we niet meer!”

Kinderen zijn juist slechter gaan lezen

Ewald Vervaet, ontwikkelingspsycholoog van Werk en Steungroep kleuteronderwijs, vindt dat kinderen veel te vroeg in aanraking komen met lezen. “De overheid en de pabo’s hebben om allerlei redenen het leesbeleid vervroegd”, zegt Vervaet. “Zo eisen ze nu dat kinderen in groep 1 al 10 letters moeten kennen. Dit heeft slechts negatieve effecten. Er is geen kind eerder of beter door gaan lezen: Ze zijn daardoor juist allemaal slechter gaan lezen. Kinderen die in de kleuterfase voor een taak staan die boven hun mentale vermogens ligt, zorgt ervoor dat ze er afkeer van krijgen. Dat werkt de hele schoolcarrière door.”

Volgens de Vervaet heeft dat ook effect op het plezier in naar school gaan. “Hun gevoel van eigenwaarde wordt aangetast, omdat ze voortdurend moeten laten zien wat ze niet kunnen. Kinderen gaan maar om twee redenen graag naar school: om nieuwe dingen te leren en je leerkrachten te laten zien wat je kunt.”

Rudmer Heerema, Kamerlid voor de VVD wilde toch vooral expliciet weten wat er nu precies bij de pabo’s moet gebeuren. “We hebben het vandaag ook gehad over de belangrijke rol van docenten”, zegt Heerema. “Maar wat moeten we nu doen, hoe kunnen we naar uw idee interveniëren in die pabo?”

Pabo-studenten zijn een vrucht van twintig jaar taalonderwijs

Els Stronks, hoogleraar Vroegmoderne Nederlandse letterkunde, Universiteit Utrecht, legde de Kamer uit dat die pabo-studenten ook een vrucht zijn van het taalonderwijs van de afgelopen twintig jaar. “Op die pabo zitten studenten die uit het onderwijs komen dat we al een jaar of twintig hebben”, zegt Stronks. “Die zijn opgegroeid met een bepaalde manier van naar teksten kijken. Als je daar iets wil veranderen dan zal daar een extra investering nodig zijn.”

De meest eenvoudige manier om het leesonderwijs te verbeteren is ingrijpen bij de pabo, zegt Stronks. “De studenten willen zelf ook hele goede tips krijgen welke boeken zij nu moeten lezen”, zegt ze. “Dat is iets wat pabo-studenten zelf niet meer kunnen, omdat zij zelf die ervaring niet meer hebben. We zitten in een cyclus waar we een ingreep moeten doen bij de pabo. Dat is de snelste manier om hieruit te komen. Want zij gaan over drie of vier jaar voor de klas staan. Als je daar iets verbetert kun je eigenlijk heel snel écht iets veranderen.”

Maak het niveau hoger van de pabo

UvA-hoogleraar Van der Leij, herhaalde zijn oproep om de pabo academisch te maken: “Je hebt natuurlijk de universitaire pabo en bij de Radboud Universiteit hebben we zelfs een zuivere universitaire pabo, zonder het hbo. Maak het niveau hoger en maak daarmee de integratie tussen praktijk en wetenschap. Dat is van essentieel belang.”

Van der Leij stoort zich eraan dat de pabo nu nog te vaak geen punt van discussie is. “Bij al het onderzoek naar het leesonderwijs blijft die pabo altijd buiten beschouwing. Er wordt altijd gezegd ‘daar moeten we iets aan doen’, maar er gebeurt nooit iets.”

De hoogleraar pleit er dan ook voor om voor het Finse model te kiezen. “Met andere woorden: die pabo, die moet je verheffen. Kijk naar het Finse model. Iedereen die met kinderen te maken heeft van peuterspeelzaalleidster tot wetenschappelijk onderwijs, moet universitair opgeleid zijn. Dat is de redding, ook voor onze maatschappij.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK