Promovendi die mantelzorg verlenen hebben vaker mentale gezondheidsklachten, maar ze trekken niet aan de bel

Nieuws | door Eva Baaren
6 januari 2021 | Promovendi die mantelzorg verlenen lopen een groter risico op mentale gezondheidsklachten, maar daarover praten zij niet met hun begeleiders. Dat blijkt uit onderzoek van Josephine Bergmans en Inge van der Weijden (Universiteit Leiden). Ze pleiten voor meer openheid en ondersteuning vanuit universiteiten. 
Foto: Pelayo Arbues

Bergmans en Van der Weijden, beiden werkzaam bij het Centrum voor Wetenschaps- en Technologiestudies, baseren hun conclusies op de resultaten van een vragenlijst en een reeks kwalitatieve interviews. Eén op de drie promovendi in Nederland geeft mantelzorg, zo blijkt uit hun artikel in het boek The Future of Doctoral Research. Dat is meer dan het landelijke aantal van één op de vier. Met een toenemende vergrijzing en stijgende zorgkosten zal het aantal mantelzorgers onder promovendi volgens de auteurs de komende jaren alleen maar verder stijgen. 

In 2019 besteedden mantelzorg-verlenende promovendi gemiddeld meer dan een halve werkdag per week aan praktische en emotionele ondersteuning van zorgbehoevende ouders, partners, vrienden of familieleden. Die ondersteuning varieert van het doen van boodschappen en de administratie tot aan hulp bij zaken als douchen, aankleden en naar het toilet gaan. 

Ongeacht het type zorg loopt elk van hen een groter risico op psychische klachten dan promovendi die zulke taken niet hebben, zeggen de onderzoekers. Dat komt omdat de tijd en emotionele energie die ze kwijt zijn aan mantelzorg wordt toegevoegd aan de grote mentale druk die ze sowieso al ervaren: 

“Promovendi zitten in een uitdagende overgangsperiode: ze worden geacht onafhankelijk te werken en moeten kunnen omgaan met de hoge eisen die het academisch leven onder grote tijdsdruk aan hen stelt”, aldus de onderzoekers. “Tegelijkertijd worden begeleiders gedwongen om steeds meer promovendi aan te nemen en ze zo efficiënt mogelijk te managen. 

De begeleider weet vaak van niks 

Om hun zorgtaken te kunnen combineren met een proefschrift werken promovendi vaker thuis, nemen ze vrije uren op, melden ze zich ziek of nemen zorgverlof. Een meerderheid (64%) van de respondenten informeert zijn of haar begeleider echter niet over het verlenen van mantelzorg. De onderzoekers vonden daarvoor drie typen argumenten: ik kan het wel alleen, ik wil niet praten over persoonlijke omstandigheden, en mijn begeleider is niet geïnteresseerd in mijn persoonlijke leven.  

Zij die hun situatie juist wel met hun begeleider bespreken, worden volgens de onderzoekers niet altijd uit de brand geholpen. Sommige respondenten geven aan dat hun begeleiders wel plichtsmatig vragen hoe het ermee gaat, maar dat empathie uitblijft. 

Andere begeleiders worden bij vertraging alsnog ongeduldig. Zo meldt een van de respondenten over een begeleider: “Ze is gefrustreerd en zegt van: ‘we hebben je negen maanden de tijd gegeven. Ik heb mijn best gedaan om begripvol te zijn. Ik snap dat je echtgenoot ziek is, maar je bent nog steeds niet klaar met schrijven.” 

Stoppen lijkt geen optie 

Voor wie van een begeleider het deksel op de neus krijgt, is het risico op mentale problemen volgens de onderzoekers nog eens extra groot: de door de promovendus ervaren werkdruk wordt hoger wanneer iemand niet tevreden is over zijn of haar begeleider. Daar komt bij dat promovendi met een mantelzorgtaak ondanks het risico op psychische klachten en vertragingen minstens net zo gemotiveerd blijven om hun proefschrift af te maken als promovendi zonder een dergelijke taak. Stoppen lijkt voor hen dus evenmin een optie. 

Ook is het risico groter voor oudere promovendi en promovendi in de geestes– en sociale wetenschappen. Zij ervaren ook zonder mantelzorg reeds de meeste werkdruk. Tussen mannelijke en vrouwelijke promovendi, die in tegenstelling tot landelijke verhoudingen (2:3), evenveel mantelzorg geven, is er alleen een verschil als het gaat over het vertrouwen in de toekomst: vrouwen schatten de kans lager in dat ze hun obstakels zullen overwinnen. Hetzelfde geldt ook voor internationale promovendi, die vanwege hun zorgen ook slaapproblemen ervaren. 

Wat nu?  

Allereerst moet er goede informatie komen, zeggen de onderzoekers. Niet iedereen is op de hoogte van het kunnen aanvragen van zorgverlof. Ook moeten promovendi, wanneer zorgverlof niet wordt toegestaan of er andere problemen op de werkvloer ontstaan, het gesprek aangaan met begeleiders, werkgevers en collega’s. Daarvoor is een veilige omgeving nodig. Als begeleiders zelf moeite hebben om empathisch te blijven, kunnen ze de mantelzorgers doorverwijzen naar de juiste loketten binnen de universiteit.  

Eén van die loketten zou volgens Bergmans en Van der Weijden de afdeling personeelszaken moeten zijn. Personeelsmanagers kunnen zorgen voor bewustwording bij werkgevers en werknemers, en voor een goede informatievoorziening over de rechten en plichten van beiden partijen 

Ook kunnen ze gesprekken tussen verschillende betrokkenen stimuleren en er daarmee voor zorgen dat de universiteit mantelzorgervriendelijk wordt. Tevens kunnen ze ervoor kiezen, zo eindigen ze hun artikel, om bij mantelzorg het promotietraject van promovendi formeel te verlengen, zoals dat nu ook gebeurt met ouderschapsverlof. 

Hoewel een onderzoek naar de invloed van mantelzorgtaken nieuw is, zijn Bergmans  en Van der Weijden niet de enigen die zich de afgelopen tijd hebben gebogen over de mentale gezondheid van in Nederland werkende doctoren in spe. Eerder dit collegejaar concludeerde ook het Promovendinetwerk Nederland dat de mentale gezondheid van promovendi, tenminste ten tijde van coronacrisis, veel te wensen overlaat. 

Daarnaast publiceerden zeven onderzoekers van het AUMC, de Universiteit Leiden en de Universiteit Utrecht afgelopen december een artikel over de oorzaken van burn-outklachtente weten slaaptekort en een gevoeld gebrek aan autonomie – bij Nederlandse geneeskundepromovendi. Ook deze auteurs raden promovendi en begeleiders aan met elkaar in gesprek te gaan, en richten zich tot personeelsmanagers met het advies om trainingen te verzorgen die hen helpen met frustraties, werkdruk en slaaptekort om te gaan. 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK