Praktijkgericht onderzoek kan helpen reflecteren op energietransitie

Verslag | door Ramon van Doorn
3 februari 2021 | Samenwerkingen tussen ondernemers en overheid zijn nodig om grote maatschappelijke problemen op te lossen. Dit verloopt echter nog weleens stroef, en daar zouden onderzoekers bij kunnen helpen.
Van links naar rechts: Rob Baan, Teun van de Keuken, Mieke Oostra en René Cuperus.

De serie ‘De Koplopers’, die in samenwerking met Regieorgaan SIA door debatcentrum De Balie wordt geproduceerd, organiseerde een programma over het afbouwen van het gebruik van aardgas. Daarvoor waren meerdere sprekers uitgenodigd, van wethouders tot aan lectoren en mensen uit het bedrijfsleven. Allemaal hebben ze hun eigen kijk op de energietransitie in Nederland, en door hun ervaringen met elkaar te delen, geven ze lucht aan nieuwe inzichten, ideeën en samenwerkingen.

Mieke Oostra, Lector Nieuwe Energie in de Stad aan Hogeschool Utrecht, was ook aanwezig. Volgens haar gaan we, als we op deze manier doorgaan, niet van het gas af vóór 2050. “Maar we weten uit het verleden dat het heel lastig is om de toekomst te voorspellen. We sluiten nu echter bij voorbaat heel veel mensen uit. Die voelen zich dus niet aangesproken, terwijl we, als we van fossiele brandstoffen af willen, iedereen nodig hebben. Iedereen zou naar eigen vermogen zijn steentje moeten bijdragen.”

René Cuperus, cultuurhistoricus, ziet hierin een grote rol weggelegd voor de tuinbouw in het Westland. “Voor hen is energie big business. Ze hebben enorme belangen bij innovatiekracht in hun energieverbruik, en daarom is het Westland zo interessant. Ze zijn eigenlijk het Silicon Valley van de glastuinbouw, of van de landbouw zelfs, van de hele wereld. Dus het belang van het Westland ligt, nog meer dan bij de producten die ze leveren, in de kennis die daar vandaan komt voor de rest van de economie.” Zo kan bijvoorbeeld de bouwsector volgens Cuperus veel leren van de tuinbouwsector.

Overheid werkt soms juist tegen duurzame ondernemers

Rob Baan is zo iemand uit de glastuinbouw die zich hiermee bezighoudt. Hij is eigenaar van glastuinbedrijf Koppert Cress in het Westland. De coronacrisis heeft, met de wereldwijde sluiting van restaurants, een flinke impact gehad op het bedrijf. Voor de crisis had Baan de ambitie om het meest duurzame glastuinbedrijf ter wereld te worden, en dit was zelfs even gelukt. “Ik heb 100% duurzaamheid gehaald”, aldus Baan.

Helaas is de afstemming tussen verschillende partijen niet altijd even goed. In het Westland zijn meerdere natuurlijke, groene warmtebronnen te vinden. Deze warmtebronnen zijn echter te heet om direct in de kas te gebruiken, maar als de warmte eerst naar de stad gaat, kan diezelfde energie daarna op de ideale temperatuur richting de kassen gaan, denkt Baan.

Die warmte moet echter wel rondgepompt worden, en daar is stroom voor nodig. Dat wordt door heffingen van de overheid echter juist dúúrder gemaakt, waar Baan ‘pislink’ over is. Het heeft hem in een jaar tijd ruim €170.000,- extra gekost. “Waarom moet ik nu extra belasting betalen over mijn groene bedrijf?”, vraagt hij zich af. “Dat is een negatieve beloning.”

Het bedrijf van Baan kon vijf hectare aan kassen het hele jaar met groene energie verwarmen, maar bedrijven die dit goede voorbeeld wilden volgen, ondervinden daar nu juist nadelen van. “Er zijn bedrijven waar zelfs geen gaslijn meer is aangelegd,” vertelt Baan, “en die zijn compleet de Sjaak. Die moeten nu veel meer aan stroom betalen dan ze van plan waren. De kostprijs van stroom is gestegen, terwijl ze al helemaal van het gas af waren.” Ironisch genoeg werd Baan’s bedrijf door de coronacrisis, die bovenop de extra belasting kwam, juist gedwongen om weer gas te gaan gebruiken.

Meer samenwerking had dit kunnen voorkomen

Oostra luistert met verbijstering naar dit verhaal. “Het is ontzettend onhandig dat dit zo uitpakt. Als overheid wil je het liefst juist stimuleren dat ondernemers opstaan en uitvinden hoe je dit grootschalig kunt doen. Het is dus heel wrang dat dit nu zo gebeurt.” Deze situatie maakt volgens Oostra goed duidelijk waarom we de energietransitie op deze manier niet vóór 2050 zullen maken. “We kunnen allemaal van tevoren weten wat we willen doen, maar we zullen toch nog tegen dingen aanlopen die we verkeerd doen.”

Oostra benadrukt dat deze fouten misschien niet gemaakt zouden zijn als overheid, bedrijven en kennisinstellingen meer zouden samenwerken. “We leven niet in een ideale wereld. We zitten in een tijd waarin de overheid heel bewust teruggetreden is uit die markt. Met name in de landbouw was de verbinding tussen overheid, kennisinstellingen en bedrijven juist heel groot, ze wisten heel goed van elkaar wat wel en niet werkt, want dat hadden ze samen bestudeerd. Sinds de jaren ’80 zijn ze echter uit elkaar gegroeid, en de overheid heeft bewust afstand genomen. Die realiseert zich dus helemaal niet wat ze hier gedaan heeft.”

Als je een fout ziet, kan je er wat aan doen

Liesbeth van Tongeren, Wethouder Duurzaamheid, Milieu en Energietransitie van Den Haag is van mening dat er wat minder negatief naar de situatie gekeken moet worden. “Als je ontdekt dat er een weeffout in het systeem zit, dan kan je er wat aan gaan doen. Ik zou met liefde meegaan naar het Binnenhof om te praten over die belasting, want wij willen vergroeners juist belonen.” Volgens Van Tongeren wil het grootste gedeelte van de gemeentes in Nederland vergroeners belonen, dus gaan die graag met dit soort fouten aan de slag.

In Den Haag zijn ze bijvoorbeeld druk bezig met het verduurzamen van woningen. Dit proces is ook op weg geholpen door het verzamelen van kennis en ervaring uit verschillende hoeken, vertelt Van Tongeren. “We halen die bouwers bij elkaar, een hypotheekadviseur, iemand die met warmtepompen werkt, en die zetten we met z’n allen in een zaaltje. We stoppen er wat geld in om de boel soepeler te laten lopen, en dan kijken we hoe we daarmee kunnen zorgen dat deze bouwer geen reeds verouderde producten oplevert, maar dat die mooie, duurzame producten van de toekomst neerzet. En die bouwers willen dat eigenlijk ook liever.”

Alle begin is moeilijk

In het proces van vergroening wordt het belang van de samenwerking tussen ondernemers en overheid duidelijk. “Iemand moet de weeffouten aanwijzen. Dan moet daar iemand naartoe rennen, vaak een wethouder, en die brengt dan mensen om de tafel om het probleem op te lossen”, aldus Van Tongeren. Baan is het hier niet helemaal mee eens, aangezien hij naar eigen zeggen bijna alle politieke partijen al een keer gesproken heeft en elke keer is weggehoond. Van Tongeren reageert daar echter op door te zeggen dat zij ermee verder aan de slag zal gaan, waardoor het probleem misschien toch opgelost kan worden.

Oostra denkt aan het eind van de avond nog steeds niet dat de energietransitie vóór 2050 gerealiseerd kan worden, maar haalt wel hoop uit de gesprekken tussen de verschillende partijen. “Alle begin is moeilijk. We hebben, denk ik, al heel veel geleerd en geïnvesteerd om goede stappen te kunnen zetten. Als we samen blijven nadenken en reflecteren op wat er allemaal fout gaat, en wat dat betekent voor het proces waarin we zitten en de producten die we maken, dan denk ik dat het wel kan.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK