Haal studenten vóór de zomer weer naar school

Nieuws | door Michiel Bakker
15 maart 2021 | Bij veel studenten is de rek eruit, concluderen onderzoekers van Hogeschool Inholland. Zij onderzochten de ervaringen van studenten met het onderwijs in coronatijd. Daaruit blijkt dat sommige studenten hun motivatie verliezen, minder plezier hebben in hun studie en lagere studieresultaten behalen. Daarnaast wijzen de onderzoekers erop dat niet alleen studenten het moeilijk hebben; ook docenten kampen met eenzaamheid en stress.
“Er zou mij veel aan gelegen zijn als we vóór de zomer de band met studenten weer kunnen herstellen. Anders raken sommige studenten nog verder buiten beeld”, zegt Rutger Kappe. Beeld: Seth Dickens.

Op 16 maart is het precies een jaar geleden dat het hoger onderwijs noodgedwongen de deuren sloot. Onlangs publiceerden onderzoekers van Hogeschool Inholland een onderzoeksrapport naar de bevinden van studenten tijdens de coronacrisis. ScienceGuide sprak zowel een aantal van de betrokken onderzoekers als twee studenten die aan het onderzoek hebben meegewerkt. 

Meld u hier aan voor de ScienceGuide Nieuwsbrief 

 

Wat missen studenten het meest? 

Een jaar aan omschakelen, uitvinden, aanpassen en afstandsonderwijs. Wat ik het meest mis? Je merkt nu hoeveel leuker het is wanneer je samen in de les zit. Wij hadden een heel hechte groep vrienden in de klas, maar je merkt dat je elkaar nu toch minder spreekt wanneer je elkaar alleen online ziet, vertelt Jessela van Soerland, derdejaars student HR bij Inholland. 

Ook Marjon Zoer, vierdejaars student Social Work, herkent dit. “Op school kwam ik vaak mensen tegen die ik al kende uit eerdere jaren. Het contact met die grote groep mensen waarmee je wel goed overweg kunt, maar ook weer niet zodanig dat je hen buitenom school sprak. Bij mijn opleiding kon je ook altijd even de lerarenkamer binnenlopen. Dat soort dingen mis ik nu het meest.” Marjon is momenteel bezig met afstuderen. Nu ze haar studiegenoten minder ziet, heeft ze vaker het gevoel dat ze er alleen voor staat. “Je mist nu het gevoel dat je het samen gaat flikken, of de extra motivatie wanneer je hoort dat iemand anders al veel verder is. Dat soort kleine dingen.” 

Vrees voor lagere waarde coronadiploma 

Jessela vertelt dat het veel van haar klasgenoten niet gelukt is om een stageplek te vinden. Hoewel het haar wel is gelukt, betekent dat niet dat ze geen hinder ondervindt van het onderwijs op afstand. “In mijn opleiding zijn bijvoorbeeld gesprekstrainingen heel belangrijk. Die vinden nu echter allemaal online plaats, en dat is toch anders dan wanneer je echt tegenover iemand zit“, vertelt ze. Ik ben dus bang dat ik daarin straks een achterstand heb.”  

Daarnaast maakt Jessela zich lichtelijk zorgen over de waarde van haar diploma. “Straks zien bedrijven dat iemand is afgestudeerd in 2023. Diegene heeft dus in coronatijd gestudeerd. Hebben bedrijven dan het gevoel dat wij minder goed zijn dan studenten uit eerdere lichtingen? Gaan wij daarom straks thuiszitten? Dat is toch een zorg die een hele generatie studenten aangaat. 

Docenten doen hun best om contact te leggen 

De beide studenten geven aan veel waardering te hebben voor die moeite die docenten doen om het contact met studenten te onderhouden. “Ik heb twee docenten die op een bepaalde manier toch hun betrokkenheid kunnen tonen, ook via de onlineverbinding“, vertelt Marjon. “Ik merk dat ze me erbij willen houden. Daar ben ik wel heel blij mee. 

Tegelijkertijd is er soms nog wel verbetering mogelijk in de communicatie tussen docenten en studenten. “Mijn leraren vroegen vaak om even een mailtje te sturen wanneer er iets was. Dat is een goed initiatief, maar dan moeten ze wel reageren”, zegt Marjon. “Alleen al door wél binnen een dag een mailtje terug te krijgen zou ik meer betrokkenheid voelen. Jessela doet tijdens haar stageperiode soortgelijke ervaringen op. Ook zij geeft aan dat het contact met docenten, hoewel die hun best doen terwijl ze het al erg druk hebben, wat lastiger verloopt dan vóór het afstandsonderwijs.  

Eenzame studenten zakken langzaam weg 

Studenten verlangen vooral naar duidelijkheid, zeggen Jessela en Marjon. Zo krijgen ze liever duidelijke en rechtlijnige instructies dan de vrijheid om dingen in te leveren wanneer ze maar willen. “Dan heb je namelijk geen stok achter de deur”, glimlacht Marjon. “Vorig jaar maart, toen veel klasgenoten geen stage konden lopen, werd ons aangeraden om alvast aan een andere opdracht te beginnen. Daar werd echter geen inleverdatum aan gekoppeld; sommige medestudenten hebben het nog steeds niet af.” 

Daarnaast wijzen Jessela en Marjon erop dat sommige studenten het moeilijker vinden om te blijven participeren in het onderwijs en ritme te geven aan hun dag. “Natuurlijk is Inholland er voor onderwijs,” zegt Jessela, “maar het gaat ook om persoonlijke ontwikkeling. Zeker in deze tijd moeten we aandacht besteden aan studenten die alleen zijn. Op school zag je zulke mensen nog in de klas, maar nu niet. Je hebt het amper door, maar die mensen verdrinken echt.” 

De hogeschool heeft daarom verschillende initiatieven om studenten te helpen die kampen met eenzaamheid of studieproblemen. Zo is het Student Succescentrum, een ontmoetingsplek voor studenten die te maken hebben met moeilijkheden, volledig online bereikbaar. Daar worden ze door andere studenten gehoord en geholpen met studievaardigheden zoals plannen en feedback geven, maar ook met ontspannende en sociale activiteiten. 

De rek is eruit 

Ook onderzoekers van Hogeschool Inholland weten dat er veel studenten zijn die het zwaar hebben. In het onlangs gepubliceerde onderzoeksrapport doen ze verslag van de ervaringen van studenten sinds afgelopen zomer. De onderzoeksdata zijn verzameld middels 50 interviews met studenten, en sommige resultaten geven reden tot zorg. ‘De rek is eruit’, kopt de eerste vaststelling veelbetekenend. 

 “In principe hadden we deze uitkomsten verwacht”, zegt onderzoeker Linda Adrichem. Bij Inholland doet men namelijk al langer onderzoek naar studentenwelzijn, ook voordat de coronacrisis aanbrak. “Eigenlijk zagen we ook voor de crisis al signalen dat we aan de slag moesten met het studentenwelzijn”, vertelt Rutger Kappe, lector Studiesucces bij Inholland. “En toen kwam corona. Uit deelname aan een groot internationaal welzijnsonderzoek bleek dat het studentenwelzijn ten opzichte van de periode vóór corona afnam, wat voor ons reden was om ook kwalitatief onderzoek te doen. Dat hebben we eerst een keer in mei gedaan, en nu hebben we dat herhaald.”  

Adrichem legt uit dat de houding van veel studenten in mei nog anders was dan nu. “Toen dacht men: ‘dit duurt niet zo lang, even de schouders eronder en dan komt het wel weer goed’. Maar nu zien ze dat het lang duurt. Ze zijn moe en ze zijn het zat.” Waar de eerste lockdown voor velen nog als een avontuur voelde, was dat tijdens de tweede lockdown ook anders, merkte Machteld de Jong. Zij is als lector Diversiteit bij Inholland betrokken bij het onderzoek naar studentenwelzijn. “Bij de tweede lockdown begon het echt ernstig worden.” 

Verbondenheid en welzijn nemen af 

Het gaat de onderzoekers echter te ver om te concluderen dat het studentenwelzijn nu lager is dan in mei, aangezien de aard het kwalitatief onderzoek een dergelijk generieke conclusie niet toestaat. “Maar we vermoeden het wel”, zegt Adrichem. “Waar studenten in de zomer nog wel energie hadden en op zoek waren naar oplossingen, zijn ze nu moe. Ze verlangen naar school en meer contact.” Om daarover meer zekerheid te krijgen zullen de onderzoekers halverwege mei een kwantitatieve studie uitvoeren. 

Uit eerder onderzoek weet men al dat een sociale en academische binding een goede buffer vormt tegen welzijnsklachten, eenzaamheid en stress, zegt Kappe. “We zien echter dat die buffer langzaam slinkt omdat de verbondenheid afneemt. Dus ook van daaruit kun je verwachten dat het welzijn er niet beter op wordt.” Ter illustratie van de behoefte aan contact vertelt Adrichem dat veel studenten het erg fijn vonden om alleen al geïnterviewd te worden. “Ik werd zelfs regelmatig bedankt dat ik tijd nam om even naar hen te luisteren.”  

“Het onderzoek laat dus op meerdere manieren heel mooi zien dat onderwijs veel meer is dan alleen lesgeven”, zegt De Jong. “Vooral voor kwetsbare studenten. Het sociale contact binnen een hogeschool, de praatjes bij het koffieautomaat, dát is waar studenten zich gelukkig en goed door gaan voelen. Natuurlijk kun je ook online veel contact hebben, maar dat is niet hetzelfde.” 

Coronacrisis vergroot problemen bij opleidingen 

Wanneer er te lang onvoldoende aandacht is voor het welzijn van kwetsbare studenten, kunnen die tijdens het online onderwijs gaandeweg buiten het blikveld van docenten en begeleiders raken. Tegelijkertijd geldt dat het contact tussen docenten en studenten moeilijker te herstellen is naarmate het is verwaterd, vertelt Kappe. “Als dat eenmaal gaat glijden is het moeilijk te stoppen. Terugkijkend hadden we daarom misschien al eerder aandacht moeten vragen voor deze problematiek, maar docenten hadden het natuurlijk al druk met de transitie naar het online verzorgen van hun onderwijs.” 

De onderzoekers hopen dat de buiten beeld geraakte studenten snel in beeld komen zodra het hoger onderwijs heropend wordt. Tot die tijd probeert men binnen Inholland op verschillende manieren om toch met studenten in contact te blijven. Daarbij komt het vaak aan op de creativiteit van de docenten en mentoren, vertellen de onderzoekers. “Gelukkig zien we ook bij grote opleidingen dat docenten en mentoren er middels creatieve initiatieven en het inzetten van studenten in slagen de contacten te onderhouden.” 

“We zien dat opleidingen die vóór de crisis al goed contact hadden met studenten, waaronder ook grotere opleidingen, het nu ook beter doen”, licht Kappe toe. “Opleidingen waarbij het contact al aan de magere kant was hebben er nu nog meer moeite mee. Problemen vergroten zich in deze tijd, en hoe groter ze zijn, hoe harder we moeten werken om ze aan te pakken.”  

Docenten hebben het even zwaar als studenten 

Hoewel de onderzoekers een grote rol voor docenten zien wanneer het om het welzijn van studenten gaat, beseffen ze dat veel docenten zelf ook met problemen te maken hebben. “Veel docenten ervaren hetzelfde als studenten: eenzaamheid”, vertelt De Jong. “Ook veel docenten worstelen met de situatie. Hun ruimte om open te staan voor de behoeften van studenten is dus ook kleiner dan in een normale situatie. Veel docenten zijn moe en murw.” 

Daar komt nog bij dat interactie en persoonlijk contact, wat in een klaslokaal vaak organisch ontstaat, in een online omgeving om bewuste organisatie vraagt. “Normaal gesproken kost dat weinig inspanning. Als je nu die formele en academische binding wilt organiseren, kost dat tijd en energie”, legt Kappe uit. “Voor docenten die dat moelijker vinden, die zelf ook al stress hebben en eenzaam zijn, is dat best een opgave.” 

Herstel contact met studenten vóór de zomer 

Zowel studenten als docenten kunnen positieve vooruitzichten dus goed gebruiken. De onderzoekers hebben echter verschillende gedachten over het perspectief voor het hoger onderwijs. “Als er maar een stip op de horizon is,” gelooft De Jong, “dan weten studenten hoe lang ze nog moeten. Als er gecommuniceerd wordt dat het onderwijs vanaf 1 september weer helemaal fysiek kan, dan gaan mensen weer helemaal opleven. Dat weet ik zeker.”  

Adrichem en Kappe zijn voorzichtiger. “Als ik de verhalen hoor en naar de resultaten kijk, dan vind ik september nog lang duren”, zegt Kappe. “We geven nu voorrang aan eerstejaars en kwetsbare studenten, en terecht. Maar er zou mij veel aan gelegen zijn als ook de andere studenten weer tenminste ten dele naar school kunnen, en als we vóór de zomer de band met studenten weer kunnen herstellen. Anders raken sommige studenten nog verder buiten beeld.” 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK