Het onderwijs is product en proces geworden

Nieuws | door Michiel Bakker
4 maart 2021 | Het onderwijs een speelveld van producten en processen geworden, zeggen Kamerleden Renske Leijten en Pieter Omtzigt tijdens een gesprek bij Hogeschool Saxion. Zij roepen studenten op om middels daadkracht en betrokkenheid toekomstige misstanden binnen het Nederlandse overheidsapparaat tegen te gaan.
Renske Leijten en Pieter Omtzigt tijdens de uitzending van Buitenhof op 20 december 2020.

Gisterenmiddag dacht men bij Hogeschool Saxion na over het thema ‘De staat van onze verzorgingsstaat’. Daartoe waren de Kamerleden Renske Leijten (SP) en Pieter Omtzigt (CDA) uitgenodigd om in gesprek te gaan met elkaar, de online aanwezige studenten en Willeke Slingerland, lector Weerbare Democratie bij Saxion.  

Het openbaar bestuur is hijgerig geworden 

Voordat de aanwezigen het gesprek aangingen, vertelde Anka Mulder, voorzitter van het College van Bestuur van Saxion, waarom dit thema zo belangrijk is. “Ik denk dat veel mensen herkennen dat er een soort hijgerigheid in het openbaar bestuur en de politiek zit, terwijl de relatie tussen burger en overheid veel meer is dan hijgerigheid, snel acteren en alleen denken aan de korte termijn. Goed bestuur gaat om de menselijke maat. Het kost geld, het vraagt om tijd om goed na te denken. Ik denk dat deze twee politici dat weer goed op de kaart hebben gezet“, aldus de Saxion-bestuurder.  

“Er gaat wel degelijk iets fout in de relatie tussen overheid en burger”, stelt ook Slingerland. “Op papier hebben we veel dingen goed geregeld, maar informeel wordt de democratie, de rechtstaat en de verzorgingsstaat steeds meer uitgehold.” Ze voegt daaraan toe dat niet alleen politici en bestuurders maar ook docenten en studenten de taak hebben om na te denken over oplossingen. 

Macht en tegenmacht werken in Nederland niet goed 

Als Omtzigt als eerste van de twee Kamerleden het woord krijgt, illustreert hij naar voorbeeld van het toeslagenschandaal dat er twee dingen mis zijn in de relatie tussen de Nederlandse overheid en de burgers. “In de eerste plaats blijken alle checks and balances van de rechtsstaat niet te functioneren. De Tweede Kamer zág het heel lang niet, en toen we het wél zagen kregen we de stukken niet. Ook bij de rechtbank hield de Staat de stukken achter, en wanneer de Staat de stukken niet achterhield stelde de afdeling bestuursrecht van de Raad van State de overheid bijna altijd in het gelijk. De ombudsman was één van de weinigen die het wel zag, maar zijn rapport werd genegeerd, benoemt Omtzigt enkele van de vele misstanden. 

Het tweede onderdeel van het probleem ligt volgens Omtzigt in het feit dat de Nederlandse overheid grote delen van de rapporten uit het toeslagenschandaal geheim kon houden nadat het schandaal boven water kwam. “De grondwet werkt dus niet. Wij kregen rapporten niet, Kamervragen werden niet beantwoord, er werd structureel tegen ons gelogen. Als we als Kamer niet de goede informatie hebben, kunnen we ook niet de juiste wetten en beleidsmaatregelen aannemen en invoeren. 

De informatievoorziening en –huishouding moet beter 

Zowel de verhouding tussen overheid en burger als de openbaarheid van ambtelijke stukken vragen om reparatie. Het eerste gedeelte zou volgens Omtzigt verholpen kunnen verbeterd kunnen worden met de oprichting van een Grondwettelijk Hof. Ook moeten de kiezers over de kandidatuur van Kamerleden gaan, zodat die daarvoor niet afhankelijk zijn van hun partij, en moeten inspecties niet binnen het machtsveld van ministers vallen. Wat betreft het tweede gedeelte moeten Kamerleden de regering kunnen dwingen om stukken openbaar te maken. “Dan moet je naar het Grondwettelijk Hof kunnen stappen en de stukken binnen twee dagen in Kamer hebben. Zodat je de regering kunt controleren.” 

Wanneer een student iets opmerkt over de manier waarop de overheid met de stukken omgaat, bekritiseert Omtzigt ook de informatiehuishouding van de overheid een zorg die al eerder op ScienceGuide werd geuit. “Het is een zooitje. Het is zo’n rotzooi dat topambtenaren en bewindspersonen gewoon geen duidelijk beeld hadden van wat er mis was. Als we die informatiehuishouding niet op orde krijgen, hebben we de garantie dat dit soort schandalen opnieuw voorkomen. We hebben een premier die met droge ogen aangeeft dat hij geen gespreksverslagen bijhoudt. Heeft hij wel door wat dat betekent?, aldus een onverminderd verbijsterde Omtzigt.  

Een burger is voor de overheid proces of product geworden 

Ook Renske Leijten meent dat er iets mis is in de relatie tussen de Nederlandse overheid en de bevolking. “Ik denk niet dat het vooropgezet is, maar dat het sluipenderwijs binnen is gekomen en dat het heel sterk samenhangt met een neoliberale blik op de samenleving”, zegt Leijten. Zij staaft dit met de ‘indicatiegekte’ in de zorg. “Als je thuiszorg nodig hebt, moet je dat ieder jaar opnieuw aantonen. Als je een been mist, moet je ieder jaar opnieuw een invalidenparkeerkaart aanvragen. Dat been groeit echt niet opnieuw aan.” Die gang van zaken leidt tot veel bureaucratie en ruis waarvan niet alleen verpleegkundigen maar ook lagergeplaatste ambtenaren last hebben.  

“Ik heb lang zitten bedenken hoe dit toch komt,” vertelt Leijten, “en volgens mij heeft het te maken met het idee dat alles een proces en een product is geworden. Zodra iets een product is, moet het nauwkeurig worden afgemeten en moet een persoon precies binnen dat kader passen. Ook is veel een proces geworden. In de parlementaire ondervragingscommissie naar aanleiding van het toeslagenschandaal heb ik vaak gezien dat alles procesmatig wel klopte, maar de inhoud en de uitkomst van het proces bleven buiten beeld. Door alles een proces en een product te maken, misken je de organisatie van de overheid.” 

Automatisering mag niet leiden tot bezuinigen op mensen 

Omdat een persoon door de overheid wordt gezien als een proces of een product, is de menselijke maat uit de relatie verdwenen, betoogt Leijten. Als we die menselijkheid weer terug willen krijgen, vraagt dit volgens haar om een herziening van de ‘processen en producten’ van de overheid en een hernieuwd vertrouwen in professionals zoals zorgverleners en ambtenaren. “Als je dingen kunt automatiseren, mag je dat nooit gebruiken om te bezuinigen op mensen. Als een burger de weg weet in automatische processen heeft die geen hulp nodig, maar juist voor de uitzonderingen moet je bijvoorbeeld zorgen dat er een kantoor is waar je binnen kunt lopen om je vragen te stellen.” 

Achter het huidige handelen van de overheid zit de houding dat iemand altijd eerst moet aantonen dat hulp of bijstand noodzakelijk is, zegt Leijten in antwoord op een vraag vanuit het publiek. Pas daarna wordt die hulp gegeven. “Dat heeft te maken met het idee ‘als je de overheid nodig hebt voor je geluk, dan moeten we zorgen dat je geen profiteur bent’. Daar moeten vanaf”, bepleit ze. “De overheid moet er voor iedereen zijn, en een persoon moet niet worden gezien als een ‘gebruiker’ of een ‘kostenpost’.” 

Omtzigt mist Nederlands burgerschapsonderwijs 

Ook de rol van het onderwijs in het oplossen van dit probleem komt ter sprake. “Ik mis het Nederlandse burgerschapsonderwijs”, zegt Omtzigt. Hoewel Slingerland die term wat belegen vindt, zegt ze dat men het bij Saxion erg belangrijk vindt om studenten zodanig toe te rusten dat ze goed kunnen participeren in onze samenleving.  

Leijten heeft echter moeite met de aanname die daaronder ligt, namelijk dat iedereen ook kán participeren. “Er is een hoogopgeleide politieke en bestuurlijke elite die het goed heeft en de regels maakt voor mensen die dat niet hebben. Natuurlijk is er een rol voor het onderwijs wanneer je hoort dat een groot gedeelte van de jongeren functioneel analfabeet is. Maar je moet ook uit die ivoren toren komen en geworteld zijn in de samenleving.” 

Volgens Omtzigt geldt ook voor het onderwijs wat door Leijten over de overheid werd gezegd. “Het onderwijs is ook een proces en een product geworden. Burgerschapsonderwijs kan een wat belegen term zijn, maar je moet toch toegerust worden om te kunnen functioneren in de samenleving en te begrijpen dat je soms een keer ‘nee’ moet zeggen. Dat je als ambtenaar of als iemand die bij een bedrijft werkt een verantwoordelijkheid richting de samenleving hebt. Daar praten we niet meer over.” 

Wanneer de politici tot slot wordt gevraagd hoe studenten zich als burgers goed kunnen informeren, pleit Leijten voor daadkracht. “Ga erop af. Trap niet in zondebokpolitiek, maar ga erop af als er iets aan de hand is.” Omtzigt roept de studenten op om zich goed te informeren. “Geloof niet dat die verkiezingsspotjes van tien seconden je informeren over wat er werkelijk nodig is in Nederland. De problemen die we in Nederland hebben zijn complex en veelzijdig. Politiek is taai, wees je daarvan bewust. En pak de taak die er voor jou ligt in je eigen omgeving.” 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK