Beweging universiteiten naar praktijkgericht onderzoek bedreigt hogescholen

Nieuws | de redactie
24 september 2021 | Nu universiteiten en grote onderzoeksorganisaties steeds vaker maatschappelijk relevant onderzoek willen doen, verschuift hun aandacht naar praktijkgericht onderzoek. Dat kan een bedreiging zijn voor het praktijkgericht onderzoek van hogescholen, die het daarnaast met minder geld en onderzoekscapaciteit moeten stellen, bleek tijdens een bijeenkomst van de HBO Thematafel KIA Maatschappelijk Verdienvermogen.
“We hoopten dat er honderd miljoen extra zou komen voor onderzoek in het hbo, maar dat blijkt nu niet het geval te zijn in de nieuwe Rijksbegroting.” Beeld: elsefoundation.org.

De HBO Thematafel KIA Maatschappelijk Verdienvermogen is één van de thematafels waaraan onderzoekers, bestuurders en beleidsmakers uit het hbo met elkaar nadenken, spreken en afstemmen over bepaalde thema’s. Het thema ‘maatschappelijk verdienvermogen’ komt voort uit één van de zes landelijke Kennis en Innovatie Agenda’s (KIA’s) waarbij de Vereniging Hogescholen en Regieorgaan SIA zich hebben aangesloten. Deze KIA richt zich op zowel het efficiënt en effectief bijdragen aan de oplossingen van grote maatschappelijke vraagstukken als het versterken van het verdienvermogen.  

De bijbehorende HBO Thematafel wordt getrokken door Bert Verveld en Joeri Steenhoven, respectievelijk bestuursvoorzitter van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten en bestuurder van de Hogeschool Leiden. Vanuit Regieorgaan SIA wordt de thematafel ondersteund door senior programma-manager Johannes van der Vos.  

Te weinig financiering om maximale impact te bereiken 

Tijdens de online bijeenkomst met onderzoekers, beleidsmakers en bestuurders vanuit het hele land bleek men van mening dat de toegenomen aandacht voor sociale impact bij onderwijs- en onderzoeksinstellingen grote kansen biedt voor het hbo. Ook onder studenten en maatschappelijke partners leeft het doel van sociale impact steeds meer. “Daar maken hogescholen nog te weinig gebruik van, terwijl het juist een grote kans biedt om daarin sturend te zijn”, aldus één van de aanwezigen.  

Er zijn echter meerdere omstandigheden die het hogescholen moeilijk maken deze kansen te verzilveren. Zo moeten hogescholen het vaak doen met een beperkte onderzoekscapaciteit en een bekostigingsmodel dat een langdurige aanpak van onderzoek hindert. Volgens coördinatoren vallen de onderzoekslijnen nu ten prooi aan grilligheid, ingegeven door financiële en politieke prikkels, waardoor het moeilijker is om op langere termijn een verschil te maken.  

“De subsidiestructuur is gebaseerd op hoe het in de academie werkt”, merkt een andere aanwezige op. “Je moet al van tevoren een heel plan hebben met milestones en dergelijke, terwijl het praktijkgericht onderzoek veel flexibeler is. Het zou dus wenselijk kunnen zijn om de inrichting van de subsidiestructuur minder academisch te maken; als het zo blijft, kan dat een bedreiging zijn.” 

Bert Verveld sluit zich bij deze opmerkingen aan. “De basisfinanciering van ons onderzoek is zodanig dat het ons moeite kost om de impact te realiseren de we willen realiseren”, erkent hij. “We hoopten dat er honderd miljoen extra zou komen voor onderzoek in het hbo, maar dat blijkt nu niet het geval te zijn in de nieuwe Rijksbegroting. We zullen tot volgend jaar moeten wachten.  

Kleiner, maar geen Calimero 

De beperkingen wat betreft de onderzoekscapaciteiten en de bekostiging hebben ook tot gevolg dat de concurrentiepositie van het hbo ten aanzien van universiteiten en organisaties zoals TNO (Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek) verslechtert. Vanuit de wens om maatschappelijk relevant te zijn, verschuiven ook die partijen, met doorgaans veel meer middelen en onderzoekscapaciteit tot hun beschikking, hun aandacht naar het praktijkgericht onderzoek. Door de aanwezigen uit het hbo wordt dit als een bedreiging gezien. 

“Er zijn andere kapers op de kust,” bevestigt Johannes van der Vos, “vanuit Regieorgaan SIA zien we de concurrentie van andere partijen, zoals de universiteiten en TNO, toenemen. Zij beginnen zich ook steeds meer te richten op wat wij als praktijkgericht onderzoek en praktijkgerichte innovatie zien.” 

Het hbo moet echter waken voor een Calimero-houding wanneer de vergelijking met de universiteiten wordt gemaakt, meent een andere deelnemer. “We zijn ons niet altijd bewust van het goud dat we in handen hebben. Wij hebben misschien niet de wetenschappelijke publicaties die men in de academie wel heeft, maar wij hebben enorm veel voorbeelden waarmee we de waarde van ons onderzoek kunnen aantonen.” 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK