Het neoliberalisme binnen de universiteit heeft de verengelsing versterkt

Nieuws | de redactie
3 november 2021 | De verengelsing van het Nederlandse hoger onderwijs valt alleen te begrijpen vanuit het neoliberale perspectief. Daarnaast wordt kritiek op verengelsing nauwelijks serieus genomen door universiteitsbestuurders, zeggen onderzoekers van de Universiteit Maastricht.
Foto: Ruud Lubbers en Margaret Thatcher. Tatcher wordt gezien als een van de grondleggers van het neoliberalisme

In een bundel over verengelsing van het hoger onderwijs in verschillende Europese landen hebben Robert Wilkinson en René Gabriels, twee onderzoekers van de Universiteit Maastricht, een bijdrage geschreven. De Maastrichtse onderzoekers hebben gekeken naar drie belanghebbenden in de discussie over de verengelsing van het Nederlandse hoger onderwijs, namelijk de critici in het publieke debat, universiteitsbestuurders, en studenten die het Engelstalige onderwijs volgen.  

Wetgever geen sta in de weg 

In hun artikel schrijven zij dat Nederland een van de Europese landen is waarin de verengelsing van het hoger onderwijs het meest evident is. Het percentage bachelor- en master-opleidingen in het Engels is het hoogste van Europa. Dit komt door de combinatie van een globale trend van neoliberalisering van het hoger onderwijs, universiteitsbestuurders die niet naar critici luisteren, en een wetgever, in dit geval OCW, die de universiteiten geen strobreed in de weg legt wanneer zij de verengelsing verder willen doorvoeren.   

Universiteiten voelen zich vanaf het eind van de vorige eeuw genoodzaakt om te internationaliseren, mede vanwege het feit dat ook het Nederlandse nationale beleid werd gedomineerd door globalisering. Zo hebben universiteiten de afgelopen twintig jaar op grote schaal internationale studenten geworven voor zowel de bachelor- als master-opleidingen, schrijven de onderzoeker – met als gevolg dat het aantal internationale studenten de afgelopen veertien jaar is verdubbeld.   

Verengelsing uitgebreid na Verdrag van Maastricht  

De verengelsing van het Nederlandse hoger onderwijs is een langdurige trend, zeggen de onderzoekers uit Maastricht. Gastdocenten uit het buitenland gaven al veel langer colleges in het Engels, maar aan het begin van de jaren negentig waren het vooral de technische universiteiten die delen van studies in het Engels aanboden. De verengelsing in Maastricht werd vooral gestimuleerd door het Verdrag van Maastricht in 1992. Niet alleen bij de Universiteit Maastricht, ook bij andere Nederlandse universiteiten leidde dit verdrag tot een toename van het Engelstalige onderwijs. 

Voor het onderzoek hebben de Maastrichtse wetenschappers 237 studenten middels een enquête bevraagd op hun ervaringen met verengelsing. Ook hebben de onderzoekers naar de jaarverslagen van universiteiten gekeken om te achterhalen hoe universiteiten omgaan met de kritiek op verengelsing, en hebben zij kranten onderzocht op het maatschappelijke debat over verengelsing. 

Uit het onderzoek naar het krantencorpus blijkt dat er pas vanaf 2018 een serieuze maatschappelijke discussie over verengelsing is ontstaan. Deze discussie werd aangewakkerd door Beter Onderwijs Nederland (BON), een vakvereniging van docenten die bezorgd is over de kwaliteit van het onderwijs.  

De rechter stelde universiteiten in het gelijk 

Volgens BON zou de verengelsing de taalvaardigheid van studenten aantasten. Als sluitstuk van hun kritiek hebben ze de universiteiten van Maastricht en Twente voor de rechter gedaagd omdat BON van mening was dat zij zich niet aan de wet hielden. De rechter stelde echter de universiteiten in het gelijk, hoewel in de uitspraak wel werd aangegeven dat universiteiten de noodzaak van het Engelstalige onderwijs explicieter moesten aantonen. 

Met betrekking tot de jaarverslagen van universiteiten zeggen de onderzoekers bij voorbaat al dat dit boekwerken zijn die voortkomen uit het New Public Management. Kennelijk wil een overheid, net als een aandeelhouder van een beursgenoteerd bedrijf, inzicht hebben in de financiële en beleidsmatige cijfers van een instelling met harde afrekenbare doelen. Deze jaarverslagen zijn het toonbeeld van de onderdanigheid van universiteiten aan de wetten van het New Public Management, schrijven Wilkinson en Gabriels. 

Waar het hun bevindingen met betrekking tot het taalbeleid betreft, valt volgens de onderzoekers op dat zes van de dertien onderzochte universiteiten het taalbeleid niet eens noemen in hun jaarverslag. Het gaat om de Erasmus Universiteit, de TU Delft, de Universiteit Utrecht, De Universiteit van Tilburg, de Universiteit van Amsterdam en Wageningen University of Research.  

Universiteiten willen het taalbeleid niet veranderen 

De overige universiteiten verwijzen in hun jaarverslag veelal naar het belang van de International Classroom, maar komen wat betreft het taalbeleid meestal niet verder dan dat onderwerp. Kortom, universiteiten lijken niet voornemens om het taalbeleid in essentie te gaan veranderen, aldus de onderzoekers; integendeel, universiteiten willen juist doorgaan op de ingeslagen weg.   

Uit de enquête onder studenten blijkt dat 60 procent van hen van mening is dat het gebruik van meer dan alleen Engelstalige literatuur de kwaliteit van het onderwijs zou kunnen verbeteren. De meerderheid van de ondervraagde studenten is daarnaast van mening dat het Nederlands als academische taal zal verdwijnen vanwege het gebruik van het Engels in de academie.  

Ook is bijna twee derde van zowel de Nederlandstalige als de Engelstalige ondervraagde studenten van mening dat het nuttig is om Nederlandstalige cursussen aan te bieden in het bachelor- en master-onderwijs. 

De controverse gaat vooral over het kwaliteitsverlies   

In de uitgebreide conclusie van het onderzoek schrijven de onderzoekers dat de verengelsing van het Nederlandse hoger onderwijs niet verengd kan worden tot de toename van het aantal Engelstalige programma’s. De controverse gaat vooral over het kwaliteitsverlies van het onderwijs vanwege een vermeend tekort aan taalvaardigheid en het toenemende gebruik van bronnen uit de Engelstalige wereld, wat weer ten koste gaat van bronnen uit andere culturen. Ook de achteruitgang van het Nederlands als academische taal wordt als problematisch gezien. 

De critici op de verengelsing van het Nederlandse hoger onderwijs worden door universiteitsbestuurders echter nauwelijks serieus genomen, schrijven de onderzoekers op basis van de analyse van de jaarverslagen. Universiteiten moeten voldoen aan het landelijke taalbeleid vanuit de overheid, maar dat biedt dermate veel ruimte dat universiteitsbestuurders genoeg discretionaire bevoegdheid hebben om het taalbeleid naar eigen inzicht vorm te geven. Zo kunnen de universiteiten van Maastricht en Twente hun vergaande verengelsing met de wet in de hand prima legitimeren. 

Dit fenomeen verspreidt zich sinds de jaren tachtig 

Dat universiteitsbestuurders de verengelsing zo doorzetten is goed te begrijpen vanuit het perspectief van het neoliberalisme en de impact daarvan op de academische wereld, aldus de onderzoekers. Dit fenomeen verspreidt zich sinds de jaren tachtig over de wereld en houdt niet alleen in deregulering en flexibilisering van de markt in, maar zorgde ook voor een deregulering bij de overheid. 

Ook universiteiten bleven niet gevrijwaard van dit New Public Mangement. In het hoger onderwijs is er een wereldwijde markt ontstaan waarbinnen universiteiten meer rendement uit het onderwijs en onderzoek willen halen. Rankings zijn daarbij de belangrijkste graadmeter geworden van succes. Dit systeem van rankings heeft de verengelsing van het hoger onderwijs grotendeels gecultiveerd, aangezien het aantal Engelstalige programma’s voor bepaalde rankings een indicator is om al dan niet hoog te scoren. Daarnaast is er alleen nog maar focus op de Engelstalige High Impact Journals, waarmee de prikkel om in een andere taal dan het Engels te publiceren sterk is verminderd. 

Elite-studenten profiteren van verengelsing 

Het New Public Mangement werkt uitstekend voor universiteitsbestuurders en studenten die bewust kiezen voor de uitgangspunten van het NPM, schrijven de onderzoekers. Uit het onderzoek van de twee Maastrichtse onderzoekers blijkt dat de studenten die bewust kiezen voor een Engelstalig programma vaak behoren tot de elite van de Nederlandse studenten, aangezien hun ouders veelal hoogopgeleid zijn. Hoewel studenten niet klagen over de verengelsing, zijn zij zich terdege bewust van de impact hiervan op de cultuur. Volgens een meerderheid van de studenten wordt de kwaliteit van het onderwijs niet negatief beïnvloed door de Engelse taal, maar resulteert het wel in een Anglo-Amerikaanse culturele dominantie.   

De meeste studenten zijn daarnaast van mening dat het Engelstalige onderwijs schadelijke gevolgen heeft voor de Nederlandse cultuur. Daarnaast zorgt het voor problemen zoals de verdringing van studenten die niet voor een Engelstalige maar voor een Nederlandstalige opleiding willen kiezen. Er is volgens de onderzoekers meer onderzoek nodig naar de mogelijkheden van zowel Nederlandse als internationale studenten om voor een Nederlandstalige opleiding te kiezen.  

Minister heeft verengelsing alleen maar gemakkelijker gemaakt  

De minister van OCW zei bij de opening van het academisch jaar in 2019 nog  dat het voor haar als cultuurminister belangrijk is dat studenten zich goed kunnen uitspreken in het Nederlands. Toch heeft zij na deze uitspraak een wet gemaakt die het eigenlijk alleen maar makkelijker maakt voor universiteiten om het onderwijs aan te bieden in het Engels, schrijven de onderzoekers.  

Daarnaast maken veel burgers zich zorgen over de toekomst van het Nederlands als academische taal en de impact hiervan op de Nederlandse cultuur. Onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau uit 2019 toonde aan dat de meerderheid van de Nederlanders de taal als belangrijkste element van de cultuur ziet.  

De onderzoekers besluiten dat zowel universiteiten als de wetgever er geen belang bij hebben om de toename van de verengelsing te politiseren. Er moet echter wel worden geluisterd naar de critici die vinden dat wetenschappelijke kennis niet een handelswaar is, maar een gemeenschappelijk goed dat ook in het Nederlands moet worden aangeboden.  


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK