Kamer kritisch op wetsvoorstel voor coronatoegangsbewijs in hoger onderwijs

Nieuws | de redactie
1 december 2021 | Waarom negeert de regering de signalen van de koepels in het hoger onderwijs? Waarom draait de regering ten aanzien van de medezeggenschap? En waarom worden de basismaatregelen niet eerst goed toegepast? De Tweede Kamer stelt kritische vragen bij het wetsvoorstel waarmee het demissionaire kabinet coronatoegangsbewijzen in het hoger onderwijs wil verplichten.
Lisa Westerveld (GroenLinks) tijdens het debat waarin ze samen met Jan Paternotte (D66) een motie indiende die het kabinet nu wil terugdraaien.

Het plan van het demissionaire kabinet om coronatoegangsbewijzen in het hoger onderwijs te verplichten en het instemmingsrecht van de medezeggenschap daarbij te doen vervallen, stuit op veel vragen en weerstand in de Kamer. Partijen stellen vooral vragen bij de effectiviteit en de praktische haalbaarheid van de plannen. Daarnaast vraagt men zich af of het kabinet zorgvuldig en grondig handelt. 

Kunnen we niet eerst de basismaatregelen hanteren? 

Allereerst leven er bij Kamerleden vragen over de effectiviteit van het verplichten van een coronatoegangsbewijs in het hoger onderwijs. “Als het coronatoegangsbewijs wordt ingezet op het mbo en ho, hoeveel besmettingen en ziekenhuisopnames verwacht de regering te kunnen voorkomen met de inzet van het coronatoegangsbewijs?”, vragen de leden van de GroenLinks-fractie.  

Tevens vragen zij of er ook andere manieren dan de invoering van het coronatoegangsbewijs zijn waarop onderwijsinstellingen open kunnen blijven – “zoals het implementeren van de basismaatregelen, waardoor alle studenten afstand houden en in goed geventileerde ruimtes zitten?” Daarnaast wil GroenLinks de verzekering krijgen dat er in het hoger onderwijs, mocht het coronatoegangsbewijs daar worden verplicht, nooit sprake zal zijn van een 2G-beleid. Testen moet volgens GroenLinks altijd een mogelijkheid blijven. 

Tweedeling is in onderwijs veel concreter dan in de kroeg 

Naast de twijfelachtige epidemiologische effecten zal de invoering van een coronatoegangsbewijs ook niet-beoogde gevolgen hebben, waarschuwt de SGP-fractie. “Deze leden constateren dat door studentenorganisaties de vrees is uitgesproken voor een zichtbare tweedeling in het onderwijs. De inzet van het coronatoegangsbewijs krijgt in het onderwijs namelijk veel concreter zichtbaarheid dan in anoniemere situaties in onder meer de horeca of culturele instellingen. Is het risico van deze tweespalt voor de regering de moeite waard als de opbrengst van de maatregel twijfelachtig of naar verwachting beperkt zal zijn?” 

In de toelichting op het wetsvoorstel staat dat de invoering van het coronatoegangsbewijs ervoor kan zorgen dat de anderhalve meter afstand kan worden losgelaten – die tot de basismaatregelen tegen het coronavirus behoort. De SP-fractie vindt dat daarom een vreemde uitspraak. Daarnaast wordt geschreven dat alternatief onderwijs voor studenten zonder coronatoegangsbewijs ook fysiek kan plaatsvinden. “Als het alternatieve onderwijs zonder coronatoegangsbewijs-plicht in fysieke vorm kan plaatsvinden, dan kan dat toch gewoon het reguliere onderwijs zijn?”, aldus de SP-fractie. 

Elke twee of drie weken beslissen over noodzaak 

Vanuit de coalitiepartijen wordt vooral benadrukt dat het coronatoegangsbewijs alleen verplicht moet worden als de epidemiologische situatie daartoe noopt om het onderwijs fysiek mogelijk te maken. Verder vraagt de fractie van de ChristenUnie welke maatregelen nog aan de invoering van het coronatoegangsbewijs voorafgaan, vraagt de D66-fractie naar de effecten van het verplichte coronatoegangsbewijs op docenten, en wil de VVD-fractie verzekerd krijgen dat na invoering van de verplichting elke twee of drie weken wordt bekeken of een coronatoegangsbewijs in het hoger onderwijs nog noodzakelijk is.  

Bij inschrijving ga je akkoord met onze privacy-voorwaarden. Deze voorwaarden zijn hier te lezen.

Tevens wijst de CDA-fractie op de mogelijkheid dat sommige studenten zich na invoering van het coronatoegangsbewijs vrijwel dagelijks zullen moeten laten testen. “Een alternatief hiervoor kan volgens het OMT zijn dat studenten (zonder coronatoegangsbewijs) zich tweemaal per week verplicht laten testen, dan wel gebruik maken van zelftesten onder directe supervisie. (…) Wordt het door het OMT genoemde alternatief ook overwogen?”, aldus de christendemocraten. 

Moeten docenten ineens twee vormen van onderwijs aanbieden? 

Ook bij de praktische haalbaarheid van het wetsvoorstel worden veel vragen gesteld. Zo wil de SP-fractie weten hoe onderwijsinstellingen worden geacht om de coronatoegangsbewijzen van studenten te controleren. “Komt er extra budget voor het aantrekken van personeel om de coronatoegangsbewijs-plicht te controleren? Zo nee, hoe stelt de regering dan voor dat er gehandhaafd wordt?”, vragen zij.  

Daarnaast willen de socialisten weten hoe het alternatieve onderwijs voor studenten zonder coronatoegangsbewijs moet worden opgetuigd. “Moeten scholen extra docenten aantrekken om alternatief onderwijs aan te bieden? Of verwacht de regering dat docenten met slechts een zeer korte voorbereidingstijd ineens twee verschillende vormen van onderwijs tegelijkertijd kunnen aanbieden? Wat denkt de regering dat een dergelijke werksituatie doet voor het draagvlak en de uitvoerbaarheid van de coronatoegangsbewijs-plicht?” 

Ook de GroenLinks-fractie hekelt de onduidelijkheid rondom de beoogde praktische uitvoering van het wetsvoorstel. Dat kent namelijk geen uitvoeringsaspecten, maar kan hoger onderwijsinstellingen wel verplichten tot het controleren op coronatoegangsbewijzen – zonder dat de instellingen zelf en hun medezeggenschap daartegen iets kunnen inbrengen. “Zonder een toelichting op deze uitvoeringsaspecten is het voor de leden van de factie van GroenLinks moeilijk te beoordelen of het onderliggende voorstel wel uitvoerbaar is”, laten zij optekenen.  

Waarom negeert de regering deze signalen? 

Ook de bezwaren vanuit de VSNU, de Vereniging Hogescholen en individuele onderwijsinstellingen, die zich de afgelopen weken vaak lieten horen, worden door meerdere fracties aangehaald. “De leden van de SGP-fractie constateren dat vanuit de praktijk van het onderwijs massieve signalen komen dat het uitvoeren van fysiek en digitaal onderwijs in de situatie van een verplicht coronatoegangsbewijs niet fatsoenlijk uitvoerbaar is en tot grote problemen voor de kwaliteit gaat leiden. Waarom negeert de regering deze signalen en riskeert zij daarmee welbewust de schade voor studenten die zij zegt te willen voorkomen?”, drukt de SGP-fractie op de zere plek. 

Ook DENK en de ChristenUnie vragen het demissionaire kabinet te reageren op het standpunt van de VSNU en de Vereniging Hogescholen. “Deze leden vragen de regering hierop te reflecteren en te vragen hoe de regering het zeer verontrustende geluid dat het aannemelijk is dat de inzet van het coronatoegangsbewijs zal leiden tot studievertraging bij een deel van de studenten zonder coronatoegangsbewijs mee zal nemen in de nadere uitwerking van de ministeriële regeling”, aldus de fractie van de ChristenUnie. 

Locatie van testfaciliteiten en reistijd voor studenten 

Verder stellen de coalitiepartijen enkele praktische vragen. Zo wil D66 weten of onderwijsinstellingen zelf moeten zorgen voor testlocaties, en zo niet, of deze testlocaties dan in de directe nabijheid van de onderwijslocaties komen. De ChristenUnie voegt zich in hetzelfde spoor door het kabinet te vragen om rekening te houden met de reistijd die met het testen gepaard kan gaan en de kosten die dat met zich meebrengt voor studenten. 

De VVD-fractie wijst erop dat het coronatoegangsbewijs niet verplicht is bij toetsen en examens en het begeleiden van kwetsbare studenten. “Hoe moeten onderwijsinstellingen daar mee omgaan en aan welke maatregelen dan wel regels wordt dan gedacht om dat wel veilig te laten plaatsvinden?”, willen de liberalen weten. Die vragen tevens of een coronatoegangsbewijs ook zou moeten gelden voor studie- en studentenverenigingen die gebruikmaken van ruimtes van onderwijsinstellingen.  

D66 en GroenLinks zoeken redding in dezelfde hoek 

Dat de medezeggenschap van hoger onderwijsinstellingen instemmingsrecht heeft op maatregelen zoals de invoering van een verplicht coronatoegangsbewijs komt doordat Jan Paternotte (D66) en Lisa Westerveld (GroenLinks) daartoe opriepen in een motie die de steun kreeg van de Kamer. Nu het demissionaire kabinet het instemmingsrecht van de medezeggenschap met dit wetsvoorstel wil schrappen, zoeken de fracties van D66 en GroenLinks hun redding in dezelfde hoek: een versnelde procedure. 

Zo wil de D66-fractie weten of het binnen de huidige wetgeving mogelijk is om nu al de instemming van de medezeggenschap te vragen voor het beleid dat misschien zal worden gevoerd. “Is de regering voornemens om een concept ministeriële regeling op te stellen, zodat onderwijsinstellingen zich nu al kunnen voorbereiden op de eventuele inzet van het coronatoegangsbewijs?”, vragen zij daarom. 

Juist als het ertoe doet wordt medezeggenschap bij grofvuil gezet 

Waar het om de medezeggenschap gaat, tapt de SP uit een vuriger vaatje. “Tijdens het wetgevingsoverleg waar dit amendement is aangenomen stelde de regering nog dat zij er vertrouwen in had dat medezeggenschap geborgd zou worden bij eventuele instelling van beperkingen in het onderwijs”, laat de SP-fractie optekenen. “(…) Deze leden constateren dat de regering hier een flinke draai in haar standpunt maakt. Waarom draait de regering hier? Vertrouwt de regering niet meer in de samenwerking met het onderwijs?” 

Daarnaast wil de SP-fractie weten of de regering overwogen heeft om eerst in gesprek te gaan met hoger onderwijsinstellingen en zodoende te ontdekken of het consulteren van de medezeggenschap kan worden versneld.  

Ook vanuit de rechtse hoek klinkt kritiek op het plan van het demissionaire kabinet om het instemmingsrecht van de medezeggenschap te schrappen. “Instemming is onontbeerlijk voor het draagvlak van dergelijke maatregelen. Daarom moeten, ook als er haast geboden is, de medezeggenschapsraden meegenomen worden in het besluitvormingsproces”, aldus de PVV-fractie. De leden van de JA21-fractie zeggen zelfs hoogst verbaasd te zijn. “Welke betekenis blijft er nog over van medezeggenschap, wat is nog de waarde van medezeggenschap, als het instemmingsrecht in situaties waarin het er werkelijk op aankomt, zonder pardon bij het grofvuil kan worden gezet?”, vragen zij. 

Geef die vaccins aan oudere mensen 

Zelfs Caroline van der Plas van de BBB maakt zich zorgen over de betrokkenheid van de medezeggenschap. “Het lid van de BBB-fractie wil absoluut voorkomen dat de inzet van coronatoegangsbewijzen ten koste gaat van de huidige onderwijsbegroting. Straks worden de medezeggenschapspartners geconfronteerd met bezuinigingen, veroorzaakt door maatregelen waar ze geen medezeggenschap in gehad hebben”, laat zij optekenen. 

Tenslotte stelt de PVV voor om de coronavaccinaties die nu worden gezet bij studenten die dat alleen doen omdat ze fysiek onderwijs willen, juist te besteden aan ouderen en mensen in risicogroepen – “zodat voorkomen kan worden dat oudere risicogroepers opnieuw wekenlang uit angst voor een ernstig verloop van covid in zelfisolatie moeten leven.” 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK