Klasse doet ertoe in de academische wereld

Nieuws | door Michiel Bakker
24 februari 2022 | Sociale klasse doet ertoe, ook in het hoger onderwijs en de wetenschap. Zo luidt de boodschap bij de eerste publieke bijeenkomst van het Class-Conscious Academics Network (CCAN) van de Universiteit Utrecht. Als studenten uit de lagere klassen instromen in het hoger onderwijs, beginnen ze op grote achterstand, legt working class academic Mick Matthys uit. Dat heeft alles te maken met kapitaal.
Studenten uit de werkende klasse
“Slechts een paar procent van de hoogleraren in Nederland is afkomstig uit een lagere klasse.” Beeld: Jami (Wiki Ed) (CC-BY-SA-4.0)

Het netwerk van klassebewuste academici is opgezet onder de Equality, Diversity & Inclusion-paraplu van de Universiteit Utrecht. Studenten uit de werkende klasse zijn namelijk zwaar ondervertegenwoordigd binnen de academie. Jeroen Rijnders, docent filosofie aan de Universiteit Utrecht en de initiator van het CCAN, weet uit eigen ervaring welke mechanismen daaraan bijdragen.  

Neerkijken op werkende klasse 

“Studeren aan de universiteit was iets dat ik niet eens overwoog toen ik jong was”, zegt Rijnders. “Mijn ouders hadden weinig geld, alleen de middelbare school afgerond en geen kennis van wetenschap. Toen ik als timmerman werkte, begon ik plezier te krijgen in leren. Daarom heb ik eerst een kunstopleiding gevolgd en halverwege mijn twintiger jaren ben ik naar de universiteit gegaan.” 

Hij was dan wel op een universiteit beland, toch had hij niet minder dan eerst het gevoel daar niet thuis te horen, vertelt de filosofiedocent. “Ik hoorde niet tussen mensen uit rijkere en beter opgeleide familie; ik deelde hun cultuur niet, ik sprak hun taal niet, ik wist niet wat zij wisten, ik kende niet wie zij kenden en ik wist niet hoe het eraan toeging op de universiteit. Daarenboven had ik het gevoel dat mijn afkomst als minderwaardig werd beschouwd; de universiteit voelde niet alleen als een vreemde maar ook als een vijandige omgeving waarin ik voortdurend moest bewijzen dat ik er thuishoorde. Hoe ik dat moest doen, dat moest ik zelf uitzoeken.” 

Perspectief werkende klasse mist in academisch onderzoek 

De rol van klasse in de academie is breder dan eerstegeneratiestudenten en studenten uit de werkende klasse, benadrukt Rijnders. Ook culturele achtergrondkenmerken spelen een belangrijke rol in de vorming van identiteit – en de kenmerken zijn divers. “Bij de een gaat het vooral om armoede, bij de ander vooral over een gebrek aan onderwijs, een dialect, een huidskleur of een migratieachtergrond. Echter, allen delen ze deze klasse-gerelateerde ervaringen, en gezamenlijk zorgen die ervoor dat mensen uit lagere klassen zwaar ondervertegenwoordigd zijn binnen de academie – niet alleen onder studenten, maar meer en meer naarmate men de hiërarchische ladder bestijgt. Slechts een paar procent van de hoogleraren in Nederland is afkomstig uit een lagere klasse.” 

Bij inschrijving ga je akkoord met onze privacy-voorwaarden. Deze voorwaarden zijn hier te lezen.

Het CCAN vindt dat dit moet veranderen; niet alleen vanuit het opzicht van rechtvaardigheid en kansengelijkheid, ook met het oog op de kwaliteit van wetenschappelijk onderzoek, waarin nu het perspectief van deze groepen ontbreekt.  

Rijnders ging daarom binnen de Universiteit Utrecht op zoek naar studenten en academici die zijn ervaringen delen. “Daarbij viel op dat mensen zonder een achtergrond in een lagere klasse zeer uitgesproken waren over het bestaan van klasseverschillen in Nederland; volgens hen bestaan die niet. Wie daar wel over spreekt, verspreidt communistische ideologie en heeft zich vanalles ingebeeld. Mensen die wél uit een lagere klasse afkomstig zijn waren juist heel blij dat ze daarover eindelijk met iemand konden praten.” 

Houding ouders uit werkende klasse vaak weinig ambitieus 

Bij de publieke lancering van het CCAN dat uit deze gesprekken van Rijnders is voortgekomgen spreekt Mick Matthys, Universitair Docent bij de Universiteit Utrecht en een echte working-class academic. Hij schreef de boeken Doorzetters en Rennen in de buitenbocht over academici uit de werkende klasse. Voor zijn boek Doorzetters ondervroeg hij veertig academici over de invloed van hun afkomst op hun leven en hun carrière. “Mijn eigen afkomst en leven gaf de inspiratie daarvoor”, aldus Matthys. 

Tijdens de bijeenkomst deelt hij enkele belangrijke bevindingen die verklaren waarom studenten en academici uit de werkende klasse het moeilijker hebben op de universiteit. Zo blijkt dat de houding van ouders belangrijk is voor het succes van studenten, maar dat de houding van ouders uit de werkende klasse vaak niet erg ambitieus is en weinig stimulerend. Daarnaast is hun stimulans vaak beperkt tot wat zij kennen. “Tijdens mijn onderzoek sprak ik een arts wiens vader in de mijnen werkte en zijn zoon stimuleerde om, als hij dan ging studeren, voor een technische opleiding te kiezen, want daar droegen ze tenminste ook helmen. Die helmen, daar vond hij erkenning in.” 

Kennis van cultuur zorgt voor sociale differentie 

Daarnaast hebben veel studenten of academici uit de werkende klasse van huis uit minder of geen kennis van ‘hogere’ cultuur meegekregen. Ze zijn bijvoorbeeld slecht bekend met literatuur of schilderkunst, terwijl juist dergelijke culturele uitingen een rol spelen in sociale differentie. Die achterstand zorgt ervoor dat studenten uit de werkende klasse vaak het gevoel krijgen dat de universiteit niet voor hun soort mensen is, legt Matthys uit.  

Zo vertelden veel van de academici die hij sprak dat ze tijdens sollicitatiegesprekken het gevoel hadden niet op hun professionele capaciteiten beoordeeld te zijn maar op sociale en culturele criteria. “Een arts vertelde mij dat hij met een genootschap van artsen dineerde, als een soort sollicitatiegesprek. Daarbij werd veel gesproken over wijn, terwijl hijzelf niets van wijn wist. Veel van mijn gespreksgenoten vertelden iets soortgelijks, namelijk dat ze de codes niet kenden en niet wisten hoe ze zich moesten bewegen in die kringen.” 

Voorkeur voor functioneren op tweede plan 

Ook de ambities van studenten en academici uit de werkende klasse verschillen van die van hun studiegenoten en collega’s met een andere afkomst, vertelt Matthys. Studenten of academici uit de werkende klasse zijn vaak juist niet ambitieus. Ze willen wel goed zijn in hun werk, maar hebben vaak niet de ambitie om een leidinggevende functie te vervullen. Ze hebben een voorkeur voor functioneren op het ‘tweede plan’, als expert achter de schermen. Ze kunnen wel leren om ambitieus en zelfverzekerd te zijn, maar het is voor de meeste van hen minder natuurlijk.” 

“Wie uit de werkende klasse komt, zal heel veel aanpassingsvermogen nodig hebben en veel frustratie moeten kunnen verduren.”

Hoewel Matthys zelf uiteindelijk Universitair Docent werd, was ook hij niet ambitieus toen hij op de eerste spurt van de academische ladder stond, vertelt hij. “Toen ik begon bij de Universiteit Utrecht, begon op dezelfde dag iemand die uit een nogal rijke familie kwam. Toen ik vroeg wat hij zou gaan doen, vertelde hij dat hij over een tijdje hoogleraar wilde zijn. Ik was verbijsterd; dat was niets voor mij, ik was niet in staat om dat voor me te zien.” 

Je moet veel frustratie kunnen verduren 

De achterstanden van studenten en academici uit de werkende klasse laten zich, geheel binnen het jargon, vertalen naar een gebrek aan kapitaal. De meesten van hen missen sociaal kapitaal, oftewel het hebben van een goed netwerk en daarvan gebruik weten te maken, en cultureel kapitaal, oftewel het kennen van de sociale gebruiken en rituelen.  

Wie zich vanuit de werkende klasse een plaats wil verschaffen binnen de academie, moet grote aanpassingsvaardigheden hebben, kunnen omgaan met heel veel frustratie, voor zichzelf een strategie kunnen bedenken om succes te hebben en leren om ambitieus te zijn. Wie uit de hogere klassen komt, kan leunen op dat kapitaal; wie uit de lagere klassen komt, is aangewezen op ‘identiteitskapitaal’. “Dat is de vaardigheid om een tekort aan sociaal of cultureel kapitaal goed te maken”, aldus Matthys. Hoe minder sociaal en cultureel kapitaal iemand heeft, hoe meer identiteitskapitaal diegene nodig heeft. 

Ondersteuning voor studenten uit werkende klasse 

Working class studenten van de Universiteit Utrecht kunnen nu in ieder geval terecht bij mensen met soortgelijke achtergronden en verhalen. “We willen in de eerste plaats een gemeenschap oprichten waarin studenten en academici uit de werkende klasse elkaar kunnen ontmoeten, hun ervaringen kunnen delen en zich beter kunnen thuisvoelen op de universiteit”, vertelt Rijnders. “Daarnaast willen we ondersteuning bieden aan studenten, evenementen organiseren en ons inzetten voor het opnemen van ‘klasse’ in de inclusie- en diversiteitsagenda van de universiteit.” 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK