Regeringspartijen willen strenger toezicht op aanpak kennisveiligheid door universiteiten

Nieuws | de redactie
16 september 2022 | Kennisinstellingen zijn opgeroepen om al hun geledingen te onderwerpen aan een risicoanalyse betreffende kennisveiligheid. Universiteitsbestuurders vinden dat soms overdreven, wat de VVD en het CDA niet geruststelt. Zij roepen op om niet alleen de uitkomst maar ook de aanpak van de risicoanalyses door universiteiten te onderwerpen aan een externe audit. De minister heeft daar oren naar.
Hatte van der Woude, Kamerlid voor de VVD, tijdens het tweeminutendebat over kennisveiligheid bij kennisinstellingen.

Kennisinstellingen moeten niet zelf gaan ‘freestylen’ met de vorm en inhoud van de analyses ten bate van kennisveiligheid, vindt VVD-Kamerlid Hatte van der Woude. De maatregelen die de minister heeft genomen moeten juist goed en vanuit expertise worden uitgevoerd. Dat zei ze onlangs tijdens een tweeminutendebat over de kennisveiligheid bij Nederlandse kennisinstellingen. Die uitspraak deed Van der Woude mede omdat ze gehoord heeft “van een instelling die het kennelijk allemaal maar onzin vond.” 

Kritiek van Letschert kreeg weinig tegengeluid 

De maatregelen van minister Dijkgraaf, die universiteitsbestuurders heeft gesommeerd om al hun afdelingen aan een risicoanalyse omtrent kennisveiligheid te onderwerpen, vindt Rianne Letschert namelijk te ver gaan, zo zei de bestuursvoorzitter van de Universiteit Maastricht onlangs. Dat was tegen het zere been van Van der Woude, die zich op Twitter al liet gelden. Tijdens het debat vroeg ze de minister om uitleg op de uitspraken van Letschert, te meer omdat het volgens Van der Woude helemaal niet de bedoeling is om zelf élke wetenschapper te bevragen op kennisveiligheid. “Waarom doe je dat? Zo moet het niet”, aldus de VVD’er. 

Daarnaast viel het Van der Woude op dat Letschert weinig tegengeluid kreeg van andere universiteitsbestuurders en UNL. Gezien de lastige taak van het borgen van kennisveiligheid geeft dat haar weinig vertrouwen, vertelde ze. “Decanen zijn professionals en autonome mensen. Die zou je echt even moeten overtuigen van het nut om dit te doen. Als je je als bestuurder dan zo uitlaat over het beleid, dan gaat het echt heel, heel moeilijk worden.” 

Onderwerp ook uitvoering risicoanalyse aan externe audit 

Om een goede uitvoering van de risicoanalyses te borgen diende ze samen met CDA-Kamerlid Harry van der Molen een motie in. Daarmee verzoeken de regeringspartijen de minister om de risicoanalyse op een systematische wijze te laten uitvoeren en een risicoclassificatie van internationale relaties en samenwerkingsverbanden te maken. Daarnaast is eerder afgesproken dat de analyses door instellingen aan een externe audit onderworpen zullen worden. Ook de aanpak van instellingen moet nu aan die audit worden onderworpen, aldus de VVD en het CDA, want voorvallen uit het verleden tonen aan dat instellingen zelf niet altijd goed inschatten wat risicovol is en wat niet.  

Bij inschrijving ga je akkoord met onze privacy-voorwaarden. Deze voorwaarden zijn hier te lezen.

De wekelijkse nieuwsbrief is nog korte tijd gratis te ontvangen. De voorwaarden vindt u hier.

Ze roepen de minister op om “op basis daarvan samen met kennisinstellingen en externe experts te kijken welke aanvullende maatregelen nodig zijn om de risicoanalyse aan te scherpen.” 

Ook het FvD, dat normaliter niet vooraan staat bij onderwijsdebatten, diende een motie in.  Daarin wordt de regering opgeroepen “om Chinese studenten en onderzoekers op Nederlandse universiteiten te weren uit alle gevoelige kennisdomeinen.” Deze motie werd ontraden. 

Maatregelen rond kennisveiligheid

In zijn reactie op Van der Woude wees de minister op de implementatie van de Nationale leidraad kennisveiligheid en het daarbij behorende loket dan instellingen met vragen over kennisveiligheid moet bijstaan. Daarmee wordt gewerkt aan het bewustzijn binnen de kennisinstellingen, meent de minister. Van der Woude’s zorg ligt echter in het feit dat instellingen zélf naar dat loket moeten gaan. Als instellingen immers zelf niet onderkennen dat een samenwerking mogelijk risicovol is, zal het loket ook niet om advies worden gevraagd. 

Daarnaast wees de minister op een toetsingskader waarmee beoordeeld kan worden onder welke voorwaarden onderzoekers uit derde landen in Nederland kunnen werken. Dat kader wordt momenteel ontwikkeld; eind dit jaar hoort de Kamer er meer over. 

In zijn reflectie op de uitspraken van Letschert gaf Dijkgraaf aan dat hij niet schrikt van wat kritiek en dat er zijns inziens geen sprake is van overprotocollering. “Met deze instrumenten creëren we echt meer bewustzijn en meer overzicht. We weten dat risico’s niet alleen zitten in voorspelbare hoeken, maar soms ook in onverwachte hoeken. Daarom is het belangrijk dat we in de volle breedte die risicoanalyse doen.” Daarnaast heeft contact met Letschert hem geleerd dat de Universiteit Maastricht de risicoanalyses gewoon uitvoert. Er is dus geen sprake van tegenwerking, aldus de minister. 

De motie van Van der Woude en Van der Molen kreeg overigens oordeel Kamer. “Ik kan me erin vinden dat deze motie eraan toevoegt dat er sprake moet zijn van een risicoclassificatie, zodat inzichtelijk is waar directe maatregelen nodig zijn”, aldus de minister. Ook het doorlichten van de door instellingen gehanteerde aanpak vond hij een goed plan. 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK