Vrouwen in de wetenschap worden gediscrimineerd

Hoewel mannen hier ook mee te maken hebben en er last van ondervinden, is dat bij vrouwen ernstiger, zo blijkt uit een onderzoek in opdracht van OCW. Dat werd ingesteld naar aanleiding van een Kamermotie van Kirsten van den Hul (PvdA) en Lisa Westerveld (GroenLinks). Factoren die de negatieve ervaringen van bijvoorbeeld de werkdruk of de baanonzekerheid versterken zijn de organisatiecultuur en de persoonlijke relaties met anderen binnen de organisatie.
Vrouwen hebben extra last van competitie
De belangrijkste reden om de wetenschap te verlaten voor zowel mannen als vrouwen is een behoefte de balans terug te vinden tussen werk en privé. Wat voor vrouwen een extra versterkend effect heeft op het verlaten van de wetenschap, is de hoge mate van competitie en de daaruit voortvloeiende werkgewoonten. De negatieve invloed van overwerk, hoewel breed benoemd in de enquête door zowel mannen als vrouwen, wordt door de geïnterviewde vrouwen vaak benoemd in de context van deze mannelijke norm: (mannelijke) collega’s die ver buiten standaard werktijden e-mails sturen of werk verwachten.
Door de hoge competitie in de sector en de nauwe beoordelingssystematiek ontstaan er scheve verhoudingen in de status van succesvolle wetenschappers in hogere functies en de wetenschappers onder hen.
Politieke spelletjes
Voorbeelden van de scheve verhoudingen zijn de hoge mate van hiërarchie, politieke spelletjes, de geobserveerde noodzaak om persoonlijke omstandigheden thuis te laten en indien nodig ten koste van anderen competitief te zijn, zeggen de onderzoekers. Hoewel er geen directe verklaring is voor het feit dat vrouwen met tijdelijke contracten deze factoren vaker benoemen, is het aannemelijk dat ze zich bewuster zijn van deze cultuuraspecten, ofwel omdat ze er vaker mee in aanraking komen ofwel omdat de vraag of ze in de wetenschap willen blijven deze factoren relevanter maakt.
Vrouwen met een vast contract voelen zich zekerder en durven vaker een stempel te drukken op de eigen organisatie. Het rapport laat ook zien dat zwangerschapsdiscriminatie zelden als zodanig wordt herkend, hoewel meer dan een kwart van de werkende en werkzoekende vrouwen met een kind zegt dat hun zwangerschap en moederschap een negatieve impact heeft op hun werk in de wetenschap.
Vrouwen zijn kwetsbaarder voor ongelijke behandeling
Vrouwen met tijdelijke contracten zijn daarom ook kwetsbaarder voor ongelijke behandeling en discriminatie. Zij benoemen, vergeleken met vrouwen met een vaste aanstelling vaker de organisatiecultuur en de onderzoekscultuur in negatieve zin, specifiek in de context van zwangerschap of het hebben van kinderen.
Er is hier een interactie tussen factoren zichtbaar: de sectorale eigenschappen van hoge werkdruk en hoge mate van competitiviteit in combinatie met de maatschappelijke trend dat vrouwen vaak meer zorggerelateerde verantwoordelijkheden dragen. Deze combinatie kan ertoe leiden dat het gemiddeld genomen moeilijker is voor vrouwen om te blijven en groeien in de wetenschap. Het verhogen van het aantal vaste contracten zou het voor vrouwen aantrekkelijker maken om in de wetenschap te blijven, zo zeggen de onderzoekers.
Het stigma valt weg
Om het tij van discriminatie van vrouwen in de wetenschap te keren komen de onderzoekers met een aantal beleidsvoorstellen. Zo moet er meer ouderschapsverlof komen voor zowel mannen als vrouwen. Als mannen ook meer ouderschapsverlof kunnen opnemen dan valt het stigma van de vrouw als primaire zorgdrager weg en wordt de basis voor die discriminatie weggenomen.
Andere beleidsvoorstellen zijn om de competitie in de wetenschap in te perken, het aanpassen van de evaluatiesystematiek waar momenteel veel aandacht is voor publiceren en het aantal tijdelijke contracten fors inperken.
Tijdelijke contracten blijven toenemen
Uit recent beantwoorde Kamervragen blijkt echter dat het aantal tijdelijke contracten alleen maar toeneemt, ondanks allerlei afspraken in cao’s van de afgelopen jaren.
Begeleiding en leiderschap is tevens essentieel in de aanpak vak de verslechterde werkcultuur in de wetenschap. Een andere voorgestelde maatregel is om meer senior mannelijke leidinggevenden te koppelen aan jongere vrouwelijke wetenschappers, zodat die beter begrijpen waar een jonge vrouw in de wetenschap tegen aan loopt en daarin kan helpen.
Veel wetenschappers ervaren het gebrek aan transparantie over de beoordeling en promoties binnen instellingen ook als problematisch. Wanneer de beoordelingscriteria, de samenstelling van beoordelingscommissies en het beoordelingsproces zelf explicieter en systematischer worden ingericht, vergroot dit de transparantie van het proces. Ook transparantie over loonniveaus en loonsverhogingen is een vaak genoemde maatregel – in zowel literatuur als in de gevoerde gesprekken – om inzichtelijk te maken waar verschillen bestaan tussen wetenschappelijke medewerkers.
Meest Gelezen
Bekostiging per student in het hbo en wo gaat dalen
De student als consument maakt vrouwelijke docenten extra kwetsbaar
NS onderzoekt financiële prikkels om studenten uit de spits te weren
Dijkgraaf wil zijn waaier doortrekken naar het onderzoek in het hbo en mbo
Fel debat over internationalisering tekent zich af in hoger onderwijs
