Senaat wil ruimere compensatie vanwege gestegen rente op studieschuld
In nog geen half jaar tijd heeft de Eerste Kamer er twee keer bij het kabinet op aangedrongen voor een ruimhartige compensatie voor studenten die zijn gedupeerd door het leenstelsel. Hoewel de premier het allemaal maar onzin vindt om over de pechgeneratie te spreken, denkt de Senaat hier anders over, zo werd duidelijk bij het tweede deel van de Algemene Politieke Beschouwingen in de Senaat. Daarmee lijkt de rente een nieuw onderdeel te worden in het debat over de studiefinanciering, zeker nu de rente en inflatie veel meer zijn gestegen dan eerder dit jaar werd verwacht.
Het kabinet heeft geen meerderheid
Kort na het aantreden van het kabinet werd in de Eerste Kamer al een motie ingediend die opriep om studenten ruimhartiger te compenseren. De gereserveerde 1 miljard voor de pechgeneratie vond de senaat niet genoeg. In die motie werd ook geconstateerd dat een studieschuld meeweegt bij het aanvragen van een hypotheek. Deze motie kreeg steun van alle oppositiepartijen in de Eerste Kamer, waar het kabinet geen meerderheid heeft.
Bij het eerste deel van de Algemene Politieke Beschouwingen kwam men twee weken geleden ook al over studieschulden te spreken, maar in het tweede deel kwam er ook een nieuwe component in de discussie: de plots gestegen rente op de kapitaalmarkt, die doorwerkt in de rente op studieschulden.
Onverteerbare flexibele rente
Niko Koffeman, de fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren in de Eerste Kamer, wees erop dat studenten in de problemen komen door de plots gestegen rente op studieschulden. “Het is onverteerbaar dat de pechgeneratie studenten is opgezadeld met een flexibele rente, waardoor een hele generatie door banken met argusogen bekeken zal worden bij het aanvragen van een hypotheek. Is het kabinet bereid deze generatie te vrijwaren van de flexibele rente, zodat hun toekomst niet méér overschaduwd zal worden?”, zo vroeg Koffeman aan de minister-president.
De wekelijkse nieuwsbrief is nog korte tijd gratis te ontvangen. De voorwaarden vindt u hier.
Rutte reageerde toen als door een wesp gestoken en verdedigde als leider van het kabinet vol vuur het VVD-standpunt ten aanzien van het leenstelsel. “Het is eigenlijk heel links, hè”, herhaalde hij opnieuw. “Je gaat inkomensafhankelijk afbetalen. Dus ik heb eigenlijk nooit zo begrepen wat het bezwaar was tegen het sociaal leenstelsel. Ik vond het altijd heel sociaal.” Hij voegde daaraan toe dat hij helemaal niet van plan was om studenten extra te compenseren nu de rente op de studieschulden stijgt.
Er was geen verplichte bijsluiter
Koffeman kondigde twee weken geleden al een motie aan om het kabinet op andere gedachten te brengen. Die motie diende hij nu in omdat studenten een studielening zijn aangegaan zonder dat ze gewaarschuwd werden voor de gevolgen zoals de renterisico’s. Er was geen verplichte bijsluiter, er waren geen risicoprofielen en er was geen kennis van de gevolgen voor het aangaan van hypotheken, zo zei de fractievoorzitter van de PvdD.
Ook wordt er in de motie op gewezen dat dat er niet of nauwelijks onafhankelijk toezicht is geweest op de voorwaarden waaronder de leningen aan studenten zijn verstrekt. Daarnaast is er niet gewaarschuwd is voor mogelijke bestedingsrisico’s in de toekomst.
Rente doorberekenen aan studenten is redelijk
In een reactie op deze motie en op eerdere vragen van Mei Li Vos van de PvdA liet Rutte weten het redelijk te vinden om rente op studieschulden te vragen. “Hierbij geldt dat wij leningen aangaan om vervolgens de leningen aan studenten te kunnen betalen. Daar betalen wij als overheid dus ook weer rente over. Het kabinet vindt het dus redelijk om daarbij een beperkte rente voor studenten te berekenen. Daarbij zien we dat de rente op de studielening lager is dan wat een student zou betalen bij een normale kredietverstrekker omdat de overheid op de kapitaalmarkt gunstig kan lenen.”
Het loskoppelen van de rente zou onbetaalbaar worden volgens de premier. “Als je het helemaal loskoppelt van die staatsleningen, zou dat ook een flinke som extra geld kosten. Daarbij is de terugbetaling natuurlijk ook heel sociaal. Er wordt namelijk gekeken naar het inkomen, en mocht er aan het einde van de looptijd nog een bedrag openstaan, dan wordt dat bedrag kwijtgescholden. In die zin is het dus niet iets waar je eeuwig aan vastzit.”
Iedereen wist dat je rente moest betalen
Rutte voegde daar nog aan toe dat het volgens hem bij iedereen bekend is dat lenen niet gratis is, ook niet als je leent voor je studie. “Volgens mij was het iedereen bekend dat je een lage rente betaalt, gebaseerd op de gunstige leningsvoorwaarden van de overheid. Ik geloof dus niet dat mensen niet wisten dat ze rente moesten betalen.”
Deze argumenten van de premier overtuigde niet genoeg, want de ingediende motie werd door een meerderheid van de Eerste Kamer gesteund. Wel stemden zowel de coalitiepartijen als FvD, SGP en FvD-afsplitser Frentrop tegen.
Rente onderdeel van basisbeurs debat geworden
Met de gisteravond aangenomen motie lijkt het renteaspect op studieschulden een nieuw element te zijn geworden bij de herinvoering van de basisbeurs en de compensatie voor studenten. Tot voor kort sprak namelijk niemand over rente. Oud-studenten die nog onder het oude stelsel van de basisbeurs vallen moeten 1,78 procent rente gaan betalen; voor nieuwe leningen is de rente voor 2023 vastgesteld op 0,46 procent. Dat is op basis van een jaargemiddelde van september 2021 tot september 2022 van de vijfjaarsrente op staatsleningen.
Deze rente is begin dit jaar gestegen van minder dan nul procent naar inmiddels ruim twee procent. Daarmee is de kans groot dat de rente op studieschulden volgend jaar verder zal stijgen. Alleen een spectaculaire daling van de rente op de kapitaalmarkt kan dat voorkomen.
Veel studenten weten leenvoorwaarden niet
Uit onderzoek van het Nibud uit 2021 – toen de rente nog op nul procent stond – blijkt dat veel studenten niet weten dat ze ook rente gaan betalen vanaf de eerste euro die ze bij DUO gaan lenen. Ruim één op de drie studenten weet dat niet en denkt dat de rentekosten pas gaan lopen bij de terugbetaling na het afstuderen, zo stelde het Nibud vorig jaar vast. In 2017, het jaar waarin de rente op studieleningen voor het eerst nul procent bedroeg, was het nog ruim een kwart van de studenten die dit dacht.
Ook het CPB heeft in de renteloze periode al gewaarschuwd voor een stijgende rente en benadrukt dat dit gevolgen kan hebben voor de financiële houdbaarheid van het studiefinancieringsstelsel. Bij de invoering van het leenstelsel is namelijk afgesproken dat oud-studenten niet meer dan vier procent van hun inkomen kwijt mogen zijn aan aflossing bij DUO, de zogenoemde draagkrachtregeling. Als de rente stijgt, dan betekent dit dat terugbetalen duurder wordt en meer oud-studenten in aanmerking komen voor de draagkrachtregeling. Daardoor zal er minder afgelost worden, waarschuwde het CPB in 2020. Overigens blijft die studieschuld wel bestaan, dus als een debiteur er qua inkomen op vooruitgaat, dan moet de nog openstaande schuld alssog afgelost worden – plus de extra rente.
Overigens wordt het door de gestegen rente ook minder aantrekkelijk om een aflossingsvrije periode in te lossen. De rente blijft dan immers doorlopen, waardoor er uiteindelijk meer rentelasten betaald moeten worden.
Gunstige rekenvoorbeelden kunnen van tafel
Ook toen minister Dijkgraaf begin dit jaar zijn contouren voor de nieuwe basisbeurs naar de Kamer stuurde leken de rente en de gevolgen voor de hypotheekmarkt geen punt van zorg te zijn bij de meeste partijen. De minister gaf toen aan dat er weinig te zeggen was over toekomstige rente op studieschulden. In antwoord op vragen over hypotheken en studieschulden werd door de minister in rekenvoorbeelden rekening gehouden met een hypotheekrente van twee procent. Die is nu, slechts een half jaar later, geen twee maar ruim vier procent.
Ook blijkt uit deze schriftelijke behandeling van dit voorjaar dat men ervan uitging dat de inflatie van 6,4 procent in december 2021 gedaald zou zijn naar gemiddeld drie procent over heel 2022. Inmiddels staat die inflatie niet op drie maar op 16,8 procent.
Meest Gelezen
‘Free riding brengt het hoger onderwijs in de problemen’
Vrouwen houden universiteit draaiende, maar krijgen daarvoor geen waardering
Hbo-docent wil wel rolmodel zijn, maar niet eigen moreel kompas opdringen
‘Sluijsmans et al. slaan de plank volledig mis’
Aangepast wetsvoorstel internationalisering dient vooral samenleving in plaats van student