Is er nog toekomst voor medezeggenschap in het hoger onderwijs?

Opinie | door gastauteurs
30 januari 2023 | Het is code rood voor de medezeggenschap in het hoger onderwijs, schrijven LOVUM en de VMH. Zij roepen de minister en bestuurders op om het medezeggenschapswerk aantrekkelijker te maken. Zo moet medezeggenschapswerk niet hinderlijk zijn voor een academische carrière en moet de medezeggenschap daadwerkelijke invloed hebben.
Deelnemers aan het congres van LOVUM en VMH.

De medezeggenschap in het hoger onderwijs staat onder zware druk. Opkomstcijfers bij verkiezingen laten al jaren een daling zien – bij sommige hogescholen en universiteiten zelfs tot ver beneden de tien procent. Bovendien kost het steeds meer moeite studenten en medewerkers te vinden die een deel van hun tijd en energie aan de medezeggenschap willen wijden. Steeds vaker blijven zetels onbezet. 

Serieuze zorgen over medezeggenschap 

Serieuze zorgen over de staat en de toekomst van de medezeggenschap vormde de aanleiding voor een eerste gezamenlijk congres van LOVUM en VMH, de overlegorganen van medezeggenschappers in respectievelijk het WO en het HBO.  

Snelle en brede actie van velen is geboden, aldus de in groten getale opgekomen deelnemers aan het congres. De medezeggenschap verkeert in zwaar weer, terwijl op hetzelfde moment haar rol en belang toenemen vanwege extra bevoegdheden waarmee de Tweede Kamer en de minister haar bedelen. 

Gezonde tegenspraak is cruciaal voor het goed functioneren van universiteiten en hogescholen. Zonder schuring geen glans. Dat geldt te meer in een tijd waarin grote sommen extra geld naar het hoger onderwijs gaan en thema’s zoals sociale veiligheid, de toegankelijkheid en kwaliteit van het onderwijs, werkdruk en het welzijn van studenten en medewerkers hoog op de agenda staan.  

Het is juist nu essentieel de medezeggenschap de positie en de ruimte te geven om geluiden en ideeën vanuit alle lagen en groepen binnen de instellingen te vertolken. Nog regelmatig klinkt het geluid dat medezeggenschap overbodig en lastig is, maar zo’n uitspraak is, zacht uitgedrukt, onverstandig.  

Meer aandacht nodig 

Tijdens het genoemde congres werd vooral nagedacht hoe we het belang en de rol van medezeggenschap beter voor het voetlicht kunnen brengen. Dat moet leiden tot hogere opkomstcijfers bij verkiezingen en een grotere bereidheid om actief te worden in de medezeggenschap. 

Bij inschrijving ga je akkoord met onze privacy-voorwaarden. Deze voorwaarden zijn hier te lezen.

De wekelijkse nieuwsbrief is nog korte tijd gratis te ontvangen. De voorwaarden vindt u hier.

Zichtbaarheid en effectiviteit zijn essentieel voor een gezonde medezeggenschap. Er moet aandacht zijn voor betere presentatie en communicatie, allianties met belangengroepen in het hoger onderwijs (zoals vakbonden en studentenbonden, vrouwen in de wetenschap en het promovendi platform), expliciete erkenning van en waardering voor medezeggenschappers door onze eigen bestuurders en managers, gesprekken met het ministerie en met politici over onderwerpen die de medezeggenschap raken en over de medezeggenschap zelf. Het werk moet bovenal weer leuk en aantrekkelijk worden. 

Medezeggenschap aantrekkelijk maken doe je zo 

De aantrekkelijkheid van de medezeggenschap is afhankelijk van meerdere factoren. In elk geval moet het medezeggenschapswerk zelf geen praktische hindernissen opwerpen. Zo moet er moet voldoende compensatie (vergoeding voor studenten en tijd voor medewerkers), adequate ambtelijke ondersteuning, gerichte training en tijdige en volledige informatievoorziening zijn. Zulke zaken zijn nog lang niet overal goed geregeld, zeker niet op decentraal niveau.  

Minstens zo belangrijk voor de aantrekkelijkheid is dat de medezeggenschap(per) gezien, gehoord en gewaardeerd wordt. Weten studenten en medewerkers dat je bestaat, wat je voor hen kunt betekenen en weten ze je te vinden? Worden we gehoord door onze bestuurders en managers? Hebben we impact? Volgens de laatste medezeggenschapsmonitor heeft slecht een derde van de ondervraagde medezeggenschappers het gevoel dat ze invloed hebben.  

Daarnaast heerst binnen instellingen nog vaak een cultuur die medezeggenschapswerk niet bevorderlijk maakt voor een carrière, vooral niet voor jonge academici, promovendi en docenten. Deze groepen zijn dan ook ondervertegenwoordigd in de raden. Niet zelden wordt medewerkers expliciet ontraden actief te worden in de medezeggenschap.  

Een poging om actieve medezeggenschap als expliciete taak mee te nemen in het Erkennen en Waarderen-programma is helaas gestrand. De stuurgroep vond het niet nodig; het zou beter zou zijn dit op het niveau van de instellingen zelf af te spreken. Hier schuilt een van onze kernproblemen: we hebben volgens de wet eigenstandige rechten en bevoegdheden, maar zijn voor het optimaal uitoefenen daarvan in sterke mate afhankelijk van onze bestuurders. Zolang zij niet ten volle het nut van een kritische en constructieve medezeggenschap inzien en daarin extra willen investeren, blijft het voor medezeggenschappers zelf lastig om zichtbaarder, effectiever en aantrekkelijker te worden. 

Medezeggenschap kan het niet alleen 

Het moge duidelijk zijn dat de medezeggenschap dit niet in haar eentje voor elkaar gaat krijgen. We hebben de politiek, de minister en vooral onze eigen bestuurders hard nodig.

Vandaar onze oproepen: 

  • Politici en minister: praat met ons en niet alleen over ons. 
  • Bestuurders in het hoger onderwijs: koester uw medezeggenschap. 
  • Medezeggenschappers: laat zien wie we zijn en wat we betekenen voor studenten en medewerkers. 

Alleen als we alle handen ineenslaan hebben we nog toekomst! 


Rien Wijnhoven

Voorzitter LOVUM

Werner Eussen

Voorzitter VMH


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK