Aantal internationale studenten toegenomen, totale instroom gedaald

Het aantal internationale studenten bij universiteiten is dit studiejaar gegroeid met 7,3 procent. Dat blijkt uit de definitieve instroomcijfers voor het hoger onderwijs van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Ongeveer een derde van de instromers bij universitaire bachelor- en masteropleidingen is internationaal. Bij hogescholen groeide de instroom van internationale studenten ten opzichte van vorig met 7,5 procent tot 11.921 studenten.
Het totale aantal internationale studenten is ook gestegen. Volgens het CBS stonden in studiejaar 2021/2022 respectievelijk zo’n 80.400 en 34.800 internationale studenten ingeschreven bij het wo en hbo. Opgeteld waren dat er meer dan 115.000. In 2022/2023 hebben universiteiten gezamenlijk ruim 85.000 internationale studenten, schrijft UNL. Ook het aantal internationale studenten bij hogescholen is dit jaar gestegen.
Lagere instroom bij zowel wo als hbo
De totale instroom in zowel het wetenschappelijk onderwijs als het hbo nam wel af. Universiteiten ontvingen gemiddeld 4,6 procent minder bachelorstudenten dan vorig jaar. Die daling wordt over bijna alle sectoren gedragen, behalve bij natuurwetenschappelijke opleidingen, schrijft koepelorganisatie Universiteiten van Nederland (UNL). Bij deze opleidingen nam het aantal eerstejaars studenten toe met 6,5 procent.
De instroom bij universitaire masteropleidingen is met een minus van 11,3 procent nog harder gedaald. Het aantal beginnende masterstudenten ligt echter nog wel hoger dan voor coronatijd, schrijft UNL.
Vooral de Universiteit Twente (-24 procent), de Universiteit van Tilburg (-12 procent) en de Universiteit Leiden (-10 procent) laten fiks dalende instroomcijfers noteren. De Tilburgse universiteit behoort ook tot de grootste dalers (-14 procent) als het om de instroom bij masteropleidingen gaat, na de TU Eindhoven (-18 procent) en de Universiteit Maastricht (-15 procent).
Enorme daling van instroom bij verpleegkundeopleidingen
In het hbo daalde de instroom dit jaar met 5,4 procent. Vorig jaar begonnen nog 113.824 studenten met een hbo-opleiding; dit jaar zijn dat 107.715 studenten – ruim zesduizend minder.
Hoewel het hbo over de breedte krimpt, is vooral de grote krimp bij de verpleegkundeopleidingen opmerkelijk. Dit jaar startten slechts 6075 studenten met een verpleegkundeopleiding. Dat zijn er 1307 minder dan vorig jaar. Daarmee krimpen verpleegkundeopleidingen met gemiddeld 17,7 procent. Dat is slecht nieuws voor de toekomst; in 2031 zal de Nederlandse zorg naar verwachting een tekort van 131.000 werknemers tellen. Ook de instroom in de hbo-sectoren bètatechniek (minus 2633) en economie (minus 8386) is aanmerkelijk gekrompen.
De nieuwsbrief is exclusief toegankelijk voor medewerkers van onze partners.
Van de grote hogescholen laten Fontys (-10 procent), Saxion (-9 procent) en Inholland (-7 procent) de grootste dalingen in instroom noteren. Het Bredase BUAS heeft dit jaar, tegenin de trend, juist zeventien procent meer eerstejaarsstudenten.
Groei instroom bij pabo’s en Associate degree
Ten aanzien van het lerarentekort is er iets beter nieuws: het aantal nieuwe pabo-studenten nam met 2,7 procent toe. Die 146 extra eerstejaars pabostudenten zullen het huidige lerarentekort van 9700 arbeidsplaatsen niet zomaar lenigen, maar er is sinds 2018/2019 (met uitzondering van coronajaar 2020/2021) wel een gestaag groeiende instroom.
Ook de Associate degree-opleidingen (Ad) van publieke hogescholen zijn gegroeid. De instroom aldaar nam ten opzichte van vorig jaar toe met 908 studenten, wat leidt tot een totaal van 21.606 Ad-studenten. Zij vormen zo’n 4,5 procent van het totale aantal hbo-studenten. Het aantal Ad-studenten ligt overigens nog wel tweeduizend lager dan het ministerie van OCW voor dit jaar had voorspeld.
Opnieuw minder havisten naar hbo
Binnen het hbo wordt geregeld gewezen op het feit dat gediplomeerde havisten minder vaak dan vroeger voor het hbo kiezen. De instroomcijfers voor het hbo bevestigen dat beeld. Ten opzichte van vorig jaar nam het aantal studenten dat instroomde via de havo af met 2411. Dat is 5,3 procent minder dan in 2021/2022 en maar liefst 11,7 procent minder dan in 2019/2020.
Ook de instroom vanuit het mbo kent ten opzichte van vorig jaar een forse min van 3292 studenten, oftewel minus negen procent. De krapte op de arbeidsmarkt maakt het voor deze groep aantrekkelijker om na afronding van hun mbo-opleiding aan het werk te gaan, draagt de Vereniging Hogescholen (VH) als verklaring aan. Het aantal vwo’ers in het hbo steeg wel met 6,5 procent (506 studenten).
Waar blijven de vwo’ers?
Bij universiteiten kwamen juist relatief minder vwo’ers binnen. Koos in voorgaande jaren nog tussen de 72 en 75 procent van de gediplomeerde vwo’ers voor een universitaire studie, dit jaar is dat maar 67 procent. UNL oppert een verband met de verwachte herinvoering van de basisbeurs, die per 2023/2024 moet plaatsvinden.
SP-Kamerlid Peter Kwint waarschuwde al voor dit effect, evenals ambtenaren van OCW. De minister weigerde destijds alarmbellen te horen voordat hij meer cijfers had gezien. Die cijfers liggen er nu.
Financiële gevolgen voor instellingen
De gedaalde instroom zal financiële gevolgen hebben voor universiteiten en hogescholen, wier financiering deels wordt bepaald aan de hand van het aantal studenten. Nu dat aantal daalt, daalt ook de publieke bekostiging. Om welke bedragen het gaat, zal de Voorjaarsnota verduidelijken.
Voor veel hoger onderwijsinstellingen is dat extra vervelend nieuws. Door de inflatie en de gestegen energiekosten hebben zij al te maken met financiële tegenvallers. Zo moet de Rijksuniversiteit Groningen de komende jaren 20 miljoen euro structureel bezuinigen.
Meest Gelezen
