‘Neoliberaal economie-onderwijs leidt tot conformiteit’ 

Nieuws | de redactie
27 maart 2023 | Het hoger economisch onderwijs is verre van waardenvrij, beargumenteert Remko van der Pluijm van de Hogeschool Rotterdam. Door het neoliberale paradigma niettemin als objectief te presenteren, worden studenten onvoldoende geïnformeerd over bestaande waardenparadigma’s en kunnen ze zich minder goed verhouden tot maatschappelijke opgaven.
Beeld: Kristina Paparo (Unsplash)

In de economie klinkt al jaren de roep om maatschappelijk bewustzijn. Het hoger economisch onderwijs moet zich verhouden tot maatschappelijke opgaven, zoals ook Thomas Lans van de HAN betoogt. Dit staat echter op gespannen voet met de overtuiging dat de economie een waardenvrij domein is en dat het onderwijs dus ook waardenvrij gegeven moet worden. Van der Pluijm, lector aan de Hogeschool Rotterdam, betoogt dat waardenvrij onderwijs niet alleen onmogelijk, maar ook onwenselijk is. 

Politieke discussie in de collegezaal 

Het neoliberale gedachtegoed overheerst in het Nederlandse hoger onderwijs, schrijft Van der Pluijm. Opleidingen concentreren zich op praktijkvakken en de maximalisatie van financiële winst, net zoals bedrijven alleen een verantwoordelijkheid zouden hebben naar hun aandeelhouders en werknemers.  

Volgens de Vereniging Hogescholen (VH) gaat de maatschappelijke verantwoordelijkheid van instellingen echter verder dan dat. “We kunnen geen sectorplannen meer maken zonder een bijdrage te leveren aan maatschappelijke opgaven”, prijkt het op de VH-website. Volgens Van der Pluijm sluipt er zo een politieke discussie in de collegezaal, terwijl het economisch onderwijs juist claimt waardenvrij te zijn, zoals blijkt uit onderzoek van Proctor. 

Grijs gebied 

De notie van waardenvrij onderwijs is echter problematisch in de pedagogiek. Volgens de theorie van Gert Biesta heeft een docent in feite drie rollen. De docent is in de eerste plaats een ‘kennisoverdrager’; in deze rol brengt de docent slechts de inhoudelijke kennis en vaardigheden bij die iemand nodig heeft in de beroepspraktijk. Het onderwijs heeft naast de taak om kennis over te brengen echter ook een maatschappelijke component. De docent brengt hierbij ook een waardenparadigma over; Biesta noemt deze rol ‘de prediker’. Tot slot heeft de docent ook de rol van ‘coach’, waarin die de student de mogelijkheid biedt om zelf een positie in te nemen in het politieke debat. Volgens Van der Pluijm moet een docent alle drie de rollen aannemen voor goed economisch onderwijs. 

Het is namelijk onmogelijk om waardenvrij kennis over te dragen, stelt Van der Pluijm. Als een docent tegen een student zegt dat een bepaald boek, een bepaalde film of een ander stuk media een goede uitleg geeft van een theorie of situatie, schijnt het waardenparadigma van de docent door. Tussen “het willen benoemen van een feit en het willen overtuigen van een luisteraar” ligt een grijs gebied, aldus Van der Pluijm. 

Meer dan een feit 

Als voorbeeld noemt Van der Pluijm een situatie uit een van zijn cursussen aan de Hogeschool Rotterdam. Tijdens een van de lessen lieten Van der Pluijm en zijn collega’s ‘We Feed the World’ zien, een documentaire over de effecten van massaproductie. Daarna vroegen ze aan de studenten om uit te leggen in hoeverre de methode van het systeemdenken helpt om de structuren uit de documentaire te begrijpen. Wanneer een student antwoordt dat de documentaire laat zien hoe kapitalisme tot vergaande problemen kan leiden, knikken de docenten instemmend. 

Door in te stemmen met wat de student zegt, laten de docenten duidelijk een waardeoordeel zien. Zelfs door slechts de documentaire te laten zien, verraden de docenten echter al hun achterliggende waarden. De zin “De film ‘We Freed the World’ geeft goed weer hoe de wereld werkt” is immers meer dan slechts een uiting van een feit.  

Volgens Van der Pluijm gaat het nog verder dan dat. Hij beargumenteert dat een docent die een documentaire presenteert tijdens een college, dat doet met de intentie om bepaalde waarden over te brengen. Zo vervagen ook de verschillen tussen de rollen van Biesta. De ‘coach’ en de ‘prediker’ versmelten omdat de docent het eigen waardenparadigma meegeeft, terwijl die de student de mogelijkheid wil geven om een mening te vormen. Het verschil met de ‘kennisoverdrager’ verdwijnt omdat iedere uiting van een vermeend feit stamt uit het waardenparadigma van de docent. 

Conformiteit 

In andere woorden, het is eigenlijk onmogelijk voor een docent om waardenvrij les te geven. Van der Pluijm vraagt zich echter af of dit wel zo problematisch is. Voorstanders van waardenvrij onderwijs betogen dat waarden-geladen onderwijs leidt tot conformiteit. Het neoliberale onderwijs positioneert zich volgens Van der Pluijm dan ook als een positivistische wetenschap, die zou streven naar een objectieve en feitelijke omschrijving van de wereld. 

“Maar de opvatting dat economie een waardenvrij vakgebied is, is zelf een opvatting die niet waardenvrij is”, merkt Van der Pluijm op. Het probleem is niet zozeer dat een docent de eigen mening meegeeft, het is eerder dat de waardenvrije economiestudie als feit wordt gepresenteerd. Zo blijft er geen ruimte voor andere visies, wat juist leidt tot conformiteit. 

Het is daarom beter om toch de ruimte te geven aan economische waardenparadigma’s, aldus Van der Pluijm. Die ruimte zorgt voor transparantie, waardoor docenten én studenten zich bewust worden van verschillende paradigma’s en studenten goed geïnformeerd worden over de verschillende opvattingen binnen hun vakgebied. 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK