Wetenschapscommunicatie over veiligheidsvraagstukken belangrijker dan ooit

Op 3 april jl. is de Veiligheidsstrategie voor het Koninkrijk der Nederlanden (hierna: Veiligheidsstrategie) aan de Tweede Kamer aangeboden. Die moet de nationale veiligheid voor de komende zes jaar (2023-2029) versterken.
Polder in de fik
Hoewel we in Nederland in één van de veiligste landen ter wereld zouden leven, groeit tegelijkertijd het aantal dreigingen, aldus het rapport. Internationaal veranderen de geopolitieke machtsverhoudingen snel. Denk hierbij aan de oorlog in Oekraïne. Daarnaast nemen cyberaanvallen toe, grijpt de georganiseerde criminaliteit om zich heen en is polarisatie aan de orde van de dag.
De nieuwsbrief is exclusief toegankelijk voor medewerkers van onze partners.
Het leest net alsof de polder in de fik staat. De ambitieuze veiligheidsstrategie moet daarom veel gaan bewerkstelligen en het hoofd bieden aan zeer uiteenlopende veiligheidsvraagstukken. Een beleidsmatige verweving van binnenlandse en buitenlandse veiligheid, om zo nieuwe dwarsverbanden te kunnen leggen, moet daaraan bijdragen.
Wetenschap moet weerbaarder worden
En de wetenschap? Die moet weerbaarder en beter beschermd worden, stelt de Veiligheidsstrategie. Corona-onderzoekers die bedreigd worden of ongewenste kennisoverdracht naar landen die niet het beste met Nederland zouden voorhebben – dat willen we niet meer. Verder zou de wetenschap ondersteunend kunnen zijn aan de Veiligheidsstrategie door kennis en informatie te leveren om zo “strategisch te kunnen anticiperen op toekomstige ontwikkelingen en om tijdig bij te sturen”, wordt gesteld (p. 35).
Wat betreft communicatie spreekt de Veiligheidsstrategie in het bijzonder over risicocommunicatie. Daarbij gaat het over de wijze waarop de overheid aan de samenleving vertelt hoe ze omgaat met risico’s en welke maatschappelijke gevolgen dat heeft. Zeker in tijden van desinformatie wordt dit belangrijk geacht.
Behoefte aan kritische wetenschapscommunicatie
Maar wetenschapscommunicatie? Daarover wordt niks gezegd. Toch is er wel behoefte aan kritische diagnoses vanuit de wetenschap die duidelijk maken welke oplossingen er zijn voor velerlei veiligheidsvraagstukken, menen wij. Ook als die diagnoses en oplossingen soms een beetje pijn doen. Misschien wel júist dan. Daar zitten veiligheidsbeleidsmakers en bestuurders immers niet altijd op te wachten.
In de maand april doet ScienceGuide onderzoek naar de ervaringen met en opvattingen over het Erkennen en Waarderen-programma. Alle wetenschappers van universiteiten en kennisinstellingen worden uitgenodigd de enquête in te vullen. Klik hier voor de enquête (en hier voor de Engelstalige versie).
Toch kan relevante wetenschapsbeoefening anno 2023 niet beperkt blijven tot het kritisch beschrijven van het veiligheidsbeleid en onmacht daarin. Er is behoefte aan proactief, toegankelijk en kritisch meedenken, gevraagd én ongevraagd. Bovendien – en dat is volgens ons het allerbelangrijkste – moet juist wetenschapscommunicatie over veiligheidsvraagstukken de samenleving kritisch informeren. Niet alleen via dreigingsbeelden en met instrumentele voorlichting, maar door burgers daadwerkelijk toe te rusten met wetenschappelijke inzichten. Zo kan de samenleving zelf meedenken en meedoen.
Wetenschappers moeten vaker uit leunstoel komen
Wij wetenschappers mogen dan zelf weleens uit de leunstoel komen door wat meer en proactiever te handelen richting beleid en samenleving. Net zoals we van politie verwachten dat ze wat doen met concrete signalen of informatie die men vanuit een andere club met ze deelt, zouden ook wetenschappers meer mogen en kunnen doen met hun opgedane kennis.
Dat kan door het gesprek met de onderzochte praktijk aan te gaan, samen onderzoeksvoorstellen te schrijven, die uit te voeren en vervolgens samen met een rapport op zak te reflecteren op feilen of verbeteringen. Het kan ook buiten de symposiahallen gebeuren, in debatcentra of in de media. Misschien zijn de media juist de plaats daarvoor, want via nieuwskanalen op radio, tv en online, of door een podcast te maken, bereikt kritische kennis professionals en beleidsmakers – personen die onderzoeksaanbevelingen weten te vertalen naar praktische slagkracht. Wacht als veiligheidsonderzoeker dan niet tot journalisten vragen om commentaar. Nee, stel je proactiever op door zelf wetenschapscommunicatie te initiëren.
Wetenschapscommunicatie middels podcast
Wij hebben een poging gedaan. In samenwerking met BNR laten we een proactief, kritisch maar constructief geluid horen in een podcast over veiligheidsvraagstukken. Onder de titel “Polder in de Fik” gaan we in gesprek over criminaliteit, polarisatie en hybride oorlogsvoering, begeleid door radioprogrammamaker Mirthe van der Drift. In die vorm maken we empirisch-ingegeven inzichten over veiligheidsvraagstukken toegankelijk voor beleidsmakers en praktijkmensen, maar juist ook voor het bredere publiek dat vooral veel hoort over de “alsmaar falende aanpak” van veiligheidsvraagstukken.
Reageren op dit stuk middels een ingezonden bijdrage? Neem contact op met de redactie via redactie@scienceguide.nl.
Gelet op de Veiligheidsstrategie, in het bijzonder met betrekking tot de georganiseerde criminaliteit, de polarisatie en de hybride oorlogsvoering, denken wij dat een toegankelijker platform zodoende ook nodig is – juist voor een beter, kritisch begrip van en een stevigere grip op deze veiligheidsvraagstukken. Laagdrempeligheid verenigen met complexe materie die veel uitleg behoeft, is wel lastig. Het vreet tijd en vraagt veel geduld. Wij zien de podcast daarom als een kans om een nieuw soort kennisvalorisatie te realiseren. Het zal de Veiligheidsstrategie alleen maar ten goede komen.
Meest Gelezen
