Zo onthullen universitaire rankings koloniale structuren 

Nieuws | door Janneke Adema
3 april 2023 | Universiteiten uit lage- en middeninkomenslanden worden door rankings gedwongen om volgens Westerse regels te spelen, ten koste van hun bijdrage aan hun eigen maatschappij. Methodologische en conceptuele gebreken leiden tot de versterking van de gevestigde orde, een koloniale orde.
Beeld: Krzysztof Hepner

Het mondiale rankingssyteem moet fundamenteel anders of helemaal afgeschaft worden, schrijven onderzoekers van de United Nations University, de mondiale denktank en postdoctorale onderwijsorganisatie van de VN. Rankings bevatten verschillende biases en geven onterecht de indruk dat de prestaties van een universiteit objectief beoordeeld kunnen worden. Daarnaast leggen rankings koloniale structuren bloot. Universiteiten uit de Global North hebben aanzienlijke middelen en een historische reputatie wat alleen maar versterkt wordt door rankings, terwijl universiteiten uit de Global South moeite hebben op het internationale toneel te concurreren en tegelijkertijd aan de ontwikkeling van hun eigen maatschappij bij te dragen.   

Inaccuraat, twijfelachtig en misleidend  

Rankings worden opgesteld volgens vaste methoden en kwantitatieve variabelen, wat de indruk wekt dat ze een objectieve weergave zijn van de waarde van een universiteit. Echter, er zijn vele methodologische beperkingen en gebreken in de manier waarop de lijsten worden opgesteld.  

Ten eerste is de kwaliteit van de gebruikte data niet zeker. Universiteiten leveren in veel gevallen zelf de data aan, waar vaak geen extra controle van kwaliteit en validiteit overheen gaat. Zo kunnen instellingen het systeem manipuleren voor gunstigere resultaten als ze hier de kennis en middelen voor hebben. Colombia University verloor recentelijk de tweede plek in de US World en US News rankings nadat uit onderzoek bleek dat de data achter de ranking inaccuraat, twijfelachtig en misleidend zou zijn. 

Per definitie ten koste van anderen 

Daarnaast bestaat er een reputation bias; vooral als gebruik wordt gemaakt van enquêtes, komen universiteiten die historisch gezien aanzien hebben positiever uit de bus. Dit heeft vervolgens invloed op gegevens rondom publicaties en citaties omdat recensenten en redacteuren vaak gaan voor instellingen met goede reputaties. Ook hebben instellingen uit Engelstalige landen een voordeel vanwege de focus op het Engels in veel bibliometrische systemen. 

Verder ligt de nadruk van de meest populaire rankings op onderzoek, terwijl universiteiten ook een sociale en onderwijsfunctie hebben. Toch kijken rankings niet naar factoren als onderwijskwaliteit, de invloed op maatschappelijke normen en waarden, open access promotie, gelijkheid en diversiteit in de wetenschap, het versterken van de democratie door het publieke debat te infomeren of het controleren van machtsstructuren door gedegen onderzoek. Ook bestaat er een voorkeur voor ‘cutting edge’ onderzoek, terwijl er nauwelijks wordt gekeken naar praktijkgericht onderzoek. 

Bij inschrijving ga je akkoord met onze privacy-voorwaarden. Deze voorwaarden zijn hier te lezen.

De wekelijkse nieuwsbrief is nog korte tijd gratis te ontvangen. De voorwaarden vindt u hier.

Bovendien kan de prestatie van één onderzoeker enorme invloed hebben op de score van een instelling; als iemand aan een onderzoek heeft gewerkt met weinig papers die heel vaak geciteerd zijn, schiet de citatiescore omhoog. Zo kan een kleine bijdrage van een persoon de indruk geven dat de kwaliteit van de hele universiteit omhoog is gegaan. 

Tot slot draaien rankings om de prestaties van individuele universiteiten ten opzichte van anderen in plaats van dat ze algemene vooruitgang voor het hele onderwijsdomein promoten. Als een universiteit in de lijsten klimt, gaat dat per definitie ten koste van andere instellingen. 

Nog steeds exploitatie 

Historisch gezien domineren universiteiten uit de westerse wereld – ook wel de Global North – in de rankings, omdat ze daarvoor de juiste middelen hebben en van een historische reputatie genieten. Door die hoge ranking krijgen de instellingen vervolgens nog meer aanzien en middelen om hun positie te handhaven. Ondertussen moeten universiteiten uit de Global South met deze instellingen concurreren, waardoor ze gedwongen worden om middelen te besteden aan dataverzameling en andere praktijken die goed zijn voor de ranking, terwijl die middelen beter besteed zijn aan hun eigen onderwijs en wetenschap. 

Deze ongelijkheid krijgt een morele lading doordat historisch gezien bepaalde westerse universiteiten hun rijkdommen deels te danken hebben aan de waarde die uit voormalige koloniën is gehaald. Bovendien bestaat er tegenwoordig nog steeds een vorm van exploitatie doordat hooggewaardeerde universiteiten intellectueel talent uit de Global South halen, ter bevordering van hun eigen internationale positie. Veel van deze internationale studenten besluiten ook na hun studie te blijven en hun opgedane kennis in te zetten op de arbeidsmarkt van hun studieland. 

Maatschappelijk verantwoorde ontwikkeling 

Instellingen die hoog in de hiërarchie staan hebben daarnaast meer invloed op mondiaal politiek beleid. Deze instellingen hebben meer gelegenheid om bewijsstukken en aanbevelingen voor te leggen aan organisaties met mondiale invloed. In het geval van wereldwijde gezondheidszorg hebben vooral universiteiten uit het VK en de VS een buitenproportionele invloed. 

Landen met lagere inkomens waar het nationale onderwijssysteem jonger is hebben meer baat bij een coherente en sector brede ontwikkeling, wat moeilijker is als instellingen gestimuleerd worden om zich als competitieve en op zichzelf gerichte marktspelers te gedragen. Het rankingsysteem maakt het moeilijker en minder interessant voor overheden om hun onderwijssysteem op een maatschappelijk verantwoorde manier te ontwikkelen. 

Gesegmenteerde rankings 

De onderzoekers erkennen dat het wellicht onmogelijk is om rankings volledig af te schaffen, mede doordat universiteiten het zich niet kunnen veroorloven ze te verwerpen. In dat geval moet men zich richten op de mogelijke verbeteringen van het rankingsysteem. Volgens de schrijvers moeten rankings beter corrigeren voor bias, meer gewicht geven aan de sociale functie van universiteiten en methoden aannemen die rekening houden met historische ongelijkheid. 

Dit kan onder andere door minder gebruik te maken van algemene rankings en meer van gesegmenteerde rankings. Dit soort gespecialiseerde rankings kunnen zich focussen op een regio of op instellingen uit landen met vergelijkbare inkomens. De ‘Young University’ ranking van Times Higher Education (THE) vergelijkt bijvoorbeeld alleen universiteiten die minder dan vijftig jaar oud zijn. 

Er bestaan al initiatieven met de bedoeling om een meer divers scala aan rankings populair te maken. De THE en QS hebben al een lijst ontwikkeld die universiteiten beoordeelt op hun bijdrage aan de 17 Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties. Echter, volgens de schrijvers leiden ook deze rankings aan bovengenoemde conceptuele en methodologische gebreken.  

Gelijkheid en toegang tot onderwijs 

Een andere optie is om mondiale rankingsystemen wel volledig af te wijzen. Het is namelijk onmogelijk om de prestaties van universiteiten te meten op een nauwkeurige, begrijpelijke en gepaste manier en bovendien hebben de rankings een negatieve invloed op gelijkheid en de toegang tot onderwijs. Daarnaast zijn er andere manieren om kwaliteit van onderzoek en onderwijs te beoordelen en te stimuleren. 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK