Ondanks bezwaren over rente en compensatie steunt de Senaat de basisbeurs

Minister Dijkgraaf wist vrij probleemloos zijn wetsvoorstel door de Eerste Kamer te loodsen. Alleen de Partij voor de Dieren en de SP bleken nog wat tegen te stribbelen. Zij blijven ontevreden met de compensatie van 1400 euro voor de pechgeneratie. Ook heeft laatstgenoemde partij bedenkingen over de stijgende rente op de studieschulden, maar de minister kon in beide gevallen geen toezeggingen doen omdat de bestaande financiële envelop beperkt is.
Een mooie geste
De minister herhaalde zijn eerdere antwoorden uit het debat in de Tweede Kamer, namelijk dat ook de Raad van State had gewaarschuwd voor een precedent door alsmaar burgers te compenseren voor eerder beleid. Daarom vond hij de compensatie van ruim 1 miljard al een mooie geste richting de pechgeneratie.
Onlangs werd ook bekend dat de minister zijn inzet voor een structurele verhoging van de basisbeurs met 140 euro niet heeft weten waar te maken. Dit leidde tot teleurstelling bij SP-senator Bastiaan van Apeldoorn. “Wat de SP-fractie betreft, zou die verhoging permanent moeten worden. Nu werd overwogen om dat bij de Voorjaarsnota te regelen, maar dat is dus niet gebeurd. Mijn fractie is daar erg teleurgesteld over en ik begrijp dat eerlijk gezegd ook niet. Immers, het is niet zo dat de prijzen intussen dalen. Nee, ze stijgen nog steeds en blijven dat ook doen.”
Beloftes zijn gebroken
Naast de SP hadden ook de combinatie GroenLinks/PvdA en de Partij voor de Dieren hierover vragen. Een paar weken geleden hebben leden van D66 het kabinet opgeroepen om deze verhoging permanent te maken. Dit was juist wenselijk omdat er rond de studiefinanciering de afgelopen jaren al zoveel beloftes zijn gebroken.
De minister gaf tijdens het debat aan dat hij zijn best heeft gedaan om deze verhoging wel te verlengen, maar dat is niet gelukt bij de onderhandelingen in het kabinet. “Ik heb me echt stevig ingezet om te kijken of we bij de Voorjaarsnota iets konden doen aan de verhoging voor de jaren na komend jaar. Nou, dat is in de stevige onderhandelingen rondom de Voorjaarsnota niet gelukt, omdat er ook een forse financiële opgave op mijn departement lag.”
Een motie van de Partij voor de Dieren die de minister opriep om deze verhoging alsnog te regelen, moest de minister ontraden.
Een andere onzekere factor in de studiefinanciering is de rente. Die is het afgelopen anderhalf jaar hard opgelopen en zorgt ervoor dat (oud-)studenten vanaf dit jaar voor het eerst in lange tijd weer een rente op studieschulden moeten gaan betalen van 0,46 procent. Deze rente wordt in het najaar opnieuw vastgesteld voor volgend jaar en zal naar verwachting oplopen naar ruim 2 procent.
Geen prospectus voor het lenen
Senator Koffeman van de Partij voor de Dieren vroeg aan de minister of hij de rente niet op nul zou kunnen zetten. “Is de regering bereid de rente op studieleningen te bevriezen? Kan de regering dat regelen bij de komende begroting? De Rijksoverheid heeft immers verzuimd om de studenten bij het aangaan van een studielening duidelijk voor te lichten over alle gevolgen van de lening, of ze een duidelijke financiële prospectus te geven met voorlichting over renterisico’s, risicoprofielen en precieze gevolgen voor het kunnen aangaan van een hypotheek.”
Ook daarvoor voelde de minister niet veel. “Die rente is nodig voor de stabiliteit. De overheid moet immers ook rente betalen. We zien in de overheidsfinanciën van dit jaar dat de gestegen rente al een extra verzwaring van 2,5 miljard geeft. Dus als iemand zou besluiten die rente op 0 procent te zetten, of te temperen, dan betekent dat in feite een extra belasting op de begroting van OCW. Dan ga je in zekere zin het onderwijs en de studenten van nu korten om uiteindelijk iets te doen met de aflossingen van mensen die al lang afgestudeerd zijn.”
Een ander knelpunt dat eerder ook in de Tweede Kamer werd genoemd, is het effect van de nieuwe studiefinanciering op internationale studenten. De vrees bij een aantal partijen is dat een nieuwe basisbeurs een aanzuigende werking zal hebben op internationale studenten. Ook D66 heeft vragen over de kosten die internationale studenten met zich meebrengen voor de OCW-begroting.
D66: internationale studenten leggen beslag op de begroting
Peter van der Voort, senator van D66, had hierover nog wel vragen. “Mijn fractie heeft nog wel een vraag over internationale studenten. De groei daarvan legt ook een beslag op de begroting van OCW. Kan de minister toelichten hoe de uitgave aan internationale studenten zich de komende jaren verhoudt tot die aan Nederlandse studenten?”
“De beste benadering is dat er in 2022 12.000 EER-studenten waren die in aanmerking kwamen voor studiefinanciering; dat is ongeveer 10 procent. Het aantal EER-studenten in de totale studiefinanciering was 1,5 procent. Maar we weten het niet precies,” moest de minister toegeven.
Volgens Dijkgraaf is het wel zo dat studenten uit de EER moeten werken voor hun geld en die basisbeurs niet voor niets krijgen. “Ongetwijfeld zal het voor sommige studenten een financieel aantrekkelijk perspectief zijn dat de basisbeurs er komt. Ze moeten er dan wel een flink aantal uren bijverdienen. Maar daarnaast zijn er weer andere middelen die we aan het overwegen zijn, ook in overleg met de universiteiten en hogescholen, die eventueel een remmend effect kunnen hebben.”
Meest Gelezen
De student als consument maakt vrouwelijke docenten extra kwetsbaar
Bekostiging per student in het hbo en wo gaat dalen
Dijkgraaf wil zijn waaier doortrekken naar het onderzoek in het hbo en mbo
Fel debat over internationalisering tekent zich af in hoger onderwijs
VVD ruilt kennisgeld Groeifonds in voor fossiel belastingvoordeel
