‘Praktijkopleiders hanteren vaak eigen beoordelingscriteria’ 

Nieuws | de redactie
16 augustus 2023 | De beoordeling van leren op werkplekken (zoals een stage) vraagt van hogescholen een andere definitie van kwaliteit dan nu wordt gehanteerd. Praktijkopleiders beoordelen individueel en vanuit de relatie met de student, terwijl hogescholen criteria hanteren die eerder voortkomen uit een traditionele toetscultuur van objectiviteit en meetbaarheid. Die criteria sluiten meestal niet goed aan bij de werkplek, waardoor praktijkopleiders vaak eigen criteria hanteren. Dat blijkt uit het proefschrift van Marlies de Vos.
Beeld: Olivier Huisman

Wie een beroepsopleiding volgt, leert niet alleen in het klaslokaal maar evengoed in de beroepspraktijk. Dit ‘werkplekleren’ gebeurt in de regel middels stages bij bedrijven of organisaties, waar studenten worden begeleid door praktijkopleiders. Aangezien deze praktijkopleiders dag aan dag met de student werken, hebben zij vaak veel meer zicht op de voortgang van de student dan docenten vanuit de opleiding. Daarmee zijn ze belangrijk voor het beroepsonderwijs en hebben zij als begeleider tevens een beoordelende rol. 

Praktijkopleiders beoordelen echter op een andere manier dan hogescholen typisch doen, blijkt uit het proefschrift van Marlies de Vos. Zij promoveerde bij de Open Universiteit op de vraag hoe praktijkopleiders het functioneren van studenten op de werkplek beoordelen en wát ze dan beoordelen. Daartoe ondervroeg en volgde ze praktijkopleiders in meerdere domeinen. 

Beoordeling door praktijkopleiders is gesitueerd 

Hbo-opleidingen zijn gericht op vooraf afgesproken leeruitkomsten. De beoordelingscriteria gedurende de opleiding hangen daarom samen met die leeruitkomsten – ook tijdens stages. Hogescholen zijn immers verantwoordelijk voor de kwaliteit van de studenten die ze afleveren. “Hieruit volgt dat het beoordelingsproces veelal wordt gestuurd door de school, en de werkplek hier minder invloed op heeft”, schrijft De Vos.  

Het is echter nauwelijks mogelijk om vooraf criteria te formuleren waarlangs het functioneren van een student op de werkplek moet worden beoordeeld. Leren op de werkplek is sterk verbonden met de sociale context van bijvoorbeeld de specifieke organisatie, praktijkopleider en student. Daarmee is ook het beoordelingsproces ‘gesitueerd’ en wordt pas tijdens de stage volledig duidelijk wat beoordeeld moet worden.  

Bij inschrijving ga je akkoord met onze privacy-voorwaarden. Deze voorwaarden zijn hier te lezen.

De wekelijkse nieuwsbrief is nog korte tijd gratis te ontvangen. De voorwaarden vindt u hier.

Beoordelingscriteria vanuit opleidingen sluiten vaak niet goed aan bij het leren op de werkplek, blijkt uit het onderzoek. Praktijkopleiders zijn daardoor geneigd eigen, eveneens gesitueerde criteria te gebruiken. “Zo hebben ze persoonlijke standaarden (“Zou ik deze student als collega willen?”) of wordt hun eigen professionele gedrag een standaard (“Zou ik het zelf ook zo doen?”)”, schrijft De Vos. 

Beoordelen en begeleiden nauw met elkaar verwerven 

Het beoordelen van werkplekleren is geen afzonderlijke handeling, blijkt uit zowel de praktijk als de theorie. Praktijkopleiders zijn voortdurend bezig om de voortgang van de student te evalueren en de activiteiten die ze uitvoeren daarop af te stemmen. Aan studenten die snel voortgang boeken tijdens hun stage, zal een praktijkopleider andere klussen toebedelen dan aan studenten die meer moeite hebben. Begeleiden en beoordelen zijn dus nauw met elkaar verweven. 

“Het beoordelingsproces van de praktijkopleider is een amalgaam van beoordelen, beredeneren en handelen”, concludeert De Vos daarom. “Dit beoordelingsproces is niet lineair, maar moet gezien worden als een samenhangend systeem. Beoordelen, beargumenteren en handelen zijn in het proces geen losse onderdelen, maar voortdurend met elkaar verbonden.” 

Beoordeling door praktijkopleiders verschilt per situatie 

Wat praktijkopleiders precies beoordelen, verschilt per opleider, student en beroepsgroep, blijkt uit ondervraging van vijftien praktijkopleiders. In het algemeen kijken alle opleiders naar het werken en leren van de student, maar per beroepsgroep ligt de nadruk op andere eigenschappen.  

“Zo wordt zichtbaar dat praktijkopleiders in het domein van grafische vormgeving veel aandacht hebben voor hoe een student in het team en het bedrijf past, terwijl dit bij het domein Social Work nauwelijks naar voren komt”, geeft De Vos als voorbeeld. Bij Social Work is juist veel meer aandacht voor persoonlijke ontwikkeling en zelfreflectie. 

Ook per student kan de beoordeling door een praktijkopleider verschillen. “Zo benoemt een opleider uit het domein communicatie een specifiek kenmerk bij de ene student als problematisch, terwijl dit bij de andere student geen moeilijkheden oplevert. Dit past bij het sociale en ingebedde karakter van het beoordelingsproces – elke individuele student is anders en elke stage vormt zo een uniek traject voor zowel de praktijkopleider als de student”, aldus De Vos.  

Nieuw perspectief op kwaliteit blijft achter 

Hogescholen moeten anders naar de kwaliteit van beoordeling bij werkplekleren kijken, concludeert de promovenda. “De traditionele kijk op de kwaliteit van beoordelen komt voort uit een meer traditionele toetscultuur waar objectiviteit en meetbaarheid beoogd worden”, schrijft De Vos. De beoordeling van studenten door praktijkopleiders kan echter worden gezien als een gesitueerd en sociaal proces. Wil men daaraan recht doen, dan moet het perspectief op kwaliteit van beoordelen daarbij aansluiten, betoogt ze. 

Het inzien dat een beoordelingsproces op de werkplek gesitueerd is, past ook bij de ontwikkeling richting een cultuur waarin beoordeling meer als onderdeel van leren wordt gezien en de lerende daarin een actieve rol krijgt, aldus De Vos. “Een nieuw perspectief op kwaliteit blijft enigszins achter bij deze ontwikkelingen.” 

Het beoordelen van werkplekleren moet ook meer aandacht krijgen in onderwijskundig onderzoek naar het beroepsonderwijs, betoogt ze. “In dit domein is beoordelen een onderbelicht vraagstuk, terwijl het voor het leerproces van studenten zeer relevant is.” 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK