Nieuwe Rotterdamse CvB-voorzitter wil van toekomstbestendig naar toekomstbepalend hbo

Bij de opening van het hogeschooljaar was reikhalzend uitgekeken naar de nieuwe voorzitter van de Hogeschool Rotterdam. Al lange tijd waren er geen plekken meer te verdelen in de zaal, want de medewerkers en studenten waren erg benieuwd wat de nieuwe bestuurder voor ogen heeft met de hogeschool. Sarah Wilton-Wels is hiervoor werkzaam geweest bij Avans Hogescholen en de Erasmus Universiteit. Daarvoor was zij manager bij ABN AMRO en ING.
Ik vind het leuk om de touwtjes in handen te hebben
Wilton-Wels zei dat ze het heel eervol vond om deze nieuwe uitdaging aan te gaan, die past bij haar karaktereigenschappen. “Ik vind het mooi en leuk om de touwtjes in handen te hebben; om de leiding te nemen, om beweging te creëren en impact te maken. Ook heb ik een grote interesse in de ontwikkeling van mensen. Voor mij is niets mooiers om dat te doen in Rotterdam, de stad die ik zo liefheb.”
Ook vertelde zij waarom ze de bankenwereld zeven jaar geleden ingeruild heeft voor het hoger onderwijs. “Ik heb twintig jaar bij twee grote banken gewerkt in het hardcore Angelsaksische smaldeel; mijn laatste rol was bij olie en gas. En toch, na twintig jaar ben ik daarmee gestopt.”
Op en neer naar Londen voor een borrel
“Op en neer naar Londen voor een borrel, businessclass vliegen, de zogenaamde 60-urige werkweek, waar we af en toe al wat uurtjes bijplusten; en vooral elkaar daarin bevestigden hoe gaaf dat was. Dat was ook gaaf, maar voor mij begon het me minder voldoening te geven”, zei de nieuwe Rotterdamse bestuurder.
“Bij ABN AMRO heb ik in tien jaar tijd vijf keer een reorganisatie geleid. En ik was ook vijf keer lijdend voorwerp. En elke keer solliciteerde ik dan op mijn eigen baan of op iets anders. En elke keer voelde ik mij daarna leger. Ik dacht: wat brengt mij dit, maar wat breng ik aan de maatschappij?”
Voldoende ruimte voor eigenheid
De Raad van Toezicht heeft Wilton-Wels geselecteerd als voorzitter mede ook om de strategische agenda uit te voeren, zo vertelde zij. “Het is een prachtig document, je kan voelen en lezen dat er meerjarig aan gewerkt is. Er is voldoende ruimte voor eigenheid, maar ook voor samenwerking. Intensivering van praktijkgericht onderzoek is een van de speerpunten. En dat vind ik ontzettend mooi. Ik heb dat natuurlijk ook gezien op de universiteit. Ik denk dat het beroepsonderwijs een hele grote rol van betekenis kan en zal moeten voeren en vormen in praktijkgericht onderzoek.”
Daarnaast heeft de kersverse voorzitter ook ambities voor de hbo-sector als geheel. Die moet meer naar buiten treden. “Wij als sector en school moeten onszelf beter positioneren: in actie komen, mouwen opstropen, niet wachten. Ik heb met enige verbazing, maar ook wel met bewondering, de afgelopen tijd gekeken naar minister Dijkgraaf. Hij heeft het mbo omarmd tegen veel verwachtingen in. En dat heeft nogal wat effect gehad; een heel positief effect. Je ziet waarlijk dat het mbo geëmancipeerd is. Je ziet de kracht van het omarmen van de sector, maar wij moeten natuurlijk niet wachten tot de minister ons omarmt. We staan echt op een kantelpunt als sector. Ik ervaar dat zelf ook.”
‘Toekomstbestendig’ is wat defensief
Daarom vindt zij de vaak gebezigde term ‘toekomstbestendig hbo’ ook een wat ongelukkige. “We hebben het heel vaak over een toekomstbestendig hbo; mijn droom is dat het een toekomstbepálend hbo wordt. Toekomstbestendig is oké, maar het is wat defensief. Ik zou het zo mooi vinden als we het met hetzelfde gemak hebben over toekomstbepalend hbo. Wij moeten echt het heft in handen nemen en mede bepalen. We moeten niet afwachten. We mogen meer van de daken schreeuwen wat wij zijn en wat onze rol is.”
In dat kader heeft zij ook met veel belangstelling gekeken naar de ideeënvorming bij universiteiten over de toekomst van het hoger onderwijs. “Wat ik heel interessant vind, is het recent uitgebrachte rapport-Sterken van de Universiteiten van Nederland. De universiteiten stellen zelf dat vijftien procent van hun studenten bij ons in het hbo thuishoort. Ik bedoel maar, zij zeggen het nu ook, en wij moeten het ook vooral zeggen. Het hbo heeft goud in handen.”
Aan het slot typeerde de nieuwe bestuursvoorzitter haar bestuursstijl als afspreken, uitspreken en aanspreken. “Ook al werk ik niet meer in die Angelsaksische wereld, het zit nog wel een beetje in mij. Dus ik spreek graag af, spreek mij ook wel uit en soms spreek ik ook wel aan, waarbij ik ook echt wel oog heb voor de mens. Ik ben ook wel een beetje een Rijnlander geworden, dankzij het hoger onderwijs.”

Frans van Heest :
Meest Gelezen
De student als consument maakt vrouwelijke docenten extra kwetsbaar
Bekostiging per student in het hbo en wo gaat dalen
Dijkgraaf wil zijn waaier doortrekken naar het onderzoek in het hbo en mbo
Fel debat over internationalisering tekent zich af in hoger onderwijs
VVD ruilt kennisgeld Groeifonds in voor fossiel belastingvoordeel
