‘Bewezen effectief onderwijs? Wat betekent dat eigenlijk?’
In het hoofdlijnenakkoord dat de PVV, VVD, NSC en BBB vorige week woensdag presenteerden wordt een ‘Herstelplan Kwaliteit Onderwijs’ voorgesteld. Ze noemen daarbij elf elementen die onderdeel moeten uitmaken van dat herstelplan. Een aantal daarvan klinkt plausibel; andere roepen vragen op, bijvoorbeeld “De methodes om te toetsen moeten beter”. Als onderwijsonderzoeker viel me ook op dat het herstelplan onderwijsmethodes moet bevatten die ‘bewezen effectief’ zijn.
De roep van sommige beleidsmakers en onderwijsdeskundigen om onderwijs uitsluitend – of ten minste zoveel mogelijk – te baseren op ‘bewezen effectieve’ aanpakken is allerminst nieuw. Internationaal is het debat daarover alle minimaal enkele decennia gaande; er valt namelijk nogal wat tegenin te brengen. De meeste argumenten die worden aangevoerd, zijn terug te brengen tot verschillen in visies op onderwijs en onderzoek.
Onduidelijk of bewezen effectieve aanpak leerprestaties verhoogt
Hoewel het hier om een politieke beleidskeuze gaat, zou ook kunnen worden nagegaan wat wetenschappelijk onderzoek hierover te melden heeft. Is uit onderzoek bekend wat er gebeurt met de leerprestaties van leerlingen als leraren hun werk baseren op onderzoeksbevindingen (‘evidence-based’ of ‘evidence-informed’ onderwijs)? Zo’n analyse zou zeker enig gewicht in de schaal moeten leggen. Voorstanders van bewezen effectieve aanpakken zouden tenminste geïnteresseerd moeten zijn in het antwoord op die vraag, lijkt me.
De wekelijkse nieuwsbrief is nog korte tijd gratis te ontvangen. De voorwaarden vindt u hier.
Tegelijkertijd is het een rare vraag; hoe kunnen bewezen effectieve aanpakken immers ineffectief zijn? Het bewijs is er toch al? Die gedachte vormt het startpunt bij het pleidooi voor meer gebruik van die bevindingen in de onderwijspraktijk.
Toch is dat niet meer dan een aanname. Hoewel het heel aannemelijk lijkt, is het vooralsnog de vraag of leerlingen daadwerkelijk beter presteren als leraren in de klas precies doen wat volgens wetenschappelijk onderzoek effectief is.
Contact met bewezen aanpak verandert gedrag docenten zelden
Een onderzoeksgroep onder leiding van de Brit Stephen Gorard probeerde enkele jaren geleden antwoord te vinden op bovenstaande vraag. Wat bleek? Ten eerste is er tot dusver heel weinig goed onderzoek gedaan naar dit onderwerp. Er is volgens Gorard maar één onderzoek dat een positief verband laat zien, en in dat onderzoek waren de effecten miniem. De vijf andere onderzoeken die in het artikel worden genoemd, toonden ofwel een negatief verband ofwel geen enkel verband tussen leerprestaties en ‘bewezen effectieve aanpakken’.
De ‘evidence’ die onder evidence-based onderwijs ligt is nihil. Weg dus met evidence-based onderwijs? Dat is dan weer iets te snel geconcludeerd. Gorard en zijn collega’s onderzochten ook of leraren hun professioneel handelen überhaupt veranderen als ze met ‘evidence’ in aanraking komen. Als een andere aanpak de leerlingen niet zichtbaar bereikt, reikt het dan in ieder geval wel tot in de praktijk van het klaslokaal? Van de 22 studies die worden opgevoerd, tonen slechts zeven dat effect. Veel activiteiten om ‘evidence’ de school in te krijgen, blijken dus geen invloed te hebben op het gedrag van leraren. Tsja, dan is het niet natuurlijk niet raar dat de leerprestaties van leerlingen niet veranderen.
Laat docenten zelf praktijkonderzoek doen
Wat kunnen we hieruit concluderen? In ieder geval dat onderzoekers, beleidsmakers en anderen er goed aan om niet al te stellig te zijn over de beloften van onderwijs dat gebaseerd is op ‘bewezen effectieve aanpakken’. Het ontbreekt aan onderzoeksbevindingen om pleidooien in die richting te ondersteunen. We weten simpelweg niet in hoeverre evidence-based onderwijs de soms hooggespannen verwachtingen kan inlossen. Om daarover op termijn meer zinnigs te kunnen zeggen, is onderzoek nodig naar manieren waarop onderzoeksbevindingen wél tot effectieve veranderingen in het denken en handelen van leraren leiden, en zodoende tot impact hebben op de leerprestaties van leerlingen. Gorard noemt dat proces “evidence into use” en beschrijft bovendien een aantal denkrichtingen die daaraan zouden kunnen bijdragen.
Ik denk dat de interessantste aanbeveling is om leraren actief te ondersteunen bij het kennisnemen van, en in de praktijk aan de slag gaan met, onderzoeksbevindingen. Dat kan bijvoorbeeld door hen zelf praktijkonderzoek te laten doen in leergemeenschappen met collega’s en onderzoekers. In ons eigen lectoraat onderzoeken we hoe dat proces zo effectief mogelijk gemaakt kan worden. Het alleen simpelweg beschikbaar maken van onderzoekbevindingen – al dan niet in versimpelde vorm –voor leraren is volgens Gorard een slecht idee.
N.B. Voor de leesbaarheid heb ik hierboven studies met ‘inconclusive impact’ buiten beschouwing gelaten.
Bronnen
Gorard, S., Huat See, B., & Siddiqui, N. (2020). What is the evidence on the best way to get evidence into use in education? Review of education, 8, 2, 570-610. https://bera-journals.onlinelibrary.wiley.com/doi/pdf/10.1002/rev3.3200
Rutger van de Sande is lector Learning Design en trekker van het kenniscentrum Youth Education for Society bij Fontys Hogescholen.