“Internationalisering begint in de Schilderswijk.”

Koninklijke onderscheiding voor Susana Menéndez aan Haagse Hogeschool

Verslag | door Ingeborg van der Ven & Esther Baar
20 juni 2018 | "Door naar Nederland te komen heeft u het onderwijs hier verrijkt en een onmiskenbare bijdrage geleverd aan onze samenleving.” Met deze woorden motiveerde minister Ingrid van Engelshoven de benoeming van Susana Menéndez tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Menéndez ontving de onderscheiding vorige week tijdens haar afscheidssymposium dat in het teken stond van leiderschap en internationalisering.
Susana Menéndez bij haar afscheid Foto: De Haagse Hogeschool

Susana Menéndez heeft zich de laatste jaren met name ingezet om het internationale karakter van de Haagse vorm te geven. Op de dag van haar afscheid van het College van Bestuur stond internationalisering en leiderschap dan ook centraal. Bij het speciaal voor haar georganiseerde symposium Leadership in Internationalization of Higher Education waren sprekers aanwezig die het afgelopen jaar vanuit verschillende hoeken zich in de discussie rondom internationalisering hebben gemengd.

Menéndez krijgt onderscheiding

Susana Menéndez heeft zich ruim tien jaar ontfermd over de onderwijsvisie en onderzoekstrategie op de Haagse Hogeschool. Leonard Geluk, collega bestuurder, roemt de lijst van functies die zij in haar periode bij de Haagse heeft vervuld: “Er is niks waar je geen verstand van hebt, alles binnen het hoger onderwijs heb je meegemaakt. Zo breed ontwikkeld als jij bent zie je zelden een bestuurder.”

Net voor de afronding van het symposium gaf Geluk het woord onaangekondigd aan minister Ingrid van Engelshoven (OCW). De minister ging kort in op het belang van internationalisering: “Het accent ligt doorgaans op ons – wat hebben wij eraan? Terwijl het juist ook zou moeten gaan over de studenten van hier die naar het buitenland gaan en de studenten die hierheen komen.” Het ‘brandpunt’ van het werk van Menéndez lag volgens Van Engelshoven op de plek waar onderwijs en diversiteit samen komen: “je hebt er met je persoonlijke inzet voor gezorgd dat brede toegankelijkheid en gelijke kansen een trits vormen met kwaliteit – want die staat voor jou altijd voorop.”

De reden van het bezoek van minister Van Engelshoven is de benoeming van Susana Menéndez tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Zij ontvangt de onderscheiding voor de “onmiskenbare bijdrage” die ze heeft geleverd aan de samenleving en haar verrijking van het onderwijs. Susana Menéndez vluchtte veertig jaar geleden van Argentinië naar Nederland. “Door naar Nederland te komen heeft u het onderwijs hier verrijkt en een onmiskenbare bijdrage geleverd aan onze samenleving”, aldus de minister die vanuit haar periode als wethouder Onderwijs in Den Haag warme banden met de Haagse heeft en daarom Menéndez dan ook persoonlijk kwam ridderen.

Economische groei niet de enige maatstaf van succes

Welke rol speelt leiderschap van bestuurders, danwel van iedereen binnen het onderwijs, in de lopende discussie rondom internationalisering? Verschillende experts uit het veld, zowel vanuit het wo en hbo, spraken hierover op het symposium.

“Onze veranderende maatschappij heeft leiderschap nodig dat oog heeft voor zowel de behoeften van de global society als die van de huidige en toekomstige studenten.” Nienke Meijer, voorzitter van het CvB van Fontys, ziet een grote rol weggelegd voor een nieuw type leiderschapsstijl. “Managers geven de richting aan en geven docenten en andere medewerkers de ruimte om deze doelen te bereiken.”

Daarom houdt Meijer een pleidooi voor servant leadership, dienend leiderschap, leiderschap dat gebaseerd is op wat anderen nodig hebben. “De gehele onderwijssector moet het hoofddoel dienen: maximale ontwikkeling van onze studenten en het uitbreiden van de contributie van deze talenten aan de wereldwijde gemeenschap.”

Meijer vindt dat economische groei niet de enige maatstaf van (studie) succes zou moeten zijn maar dat het vaker zou moeten gaan over waarden als geluk, inclusiviteit, en duurzaamheid. Volgens Meijer gaat “internationalisering niet alleen maar om uitwisseling, studenten, of taalbeleid, maar om een bredere blik naar de wereld en de globale/werelddoelen die we samen moeten behalen.” Volgens de collegevoorzitter gaat leiderschap nu te vaak over controle, macht en eigen belang.

Kritisch debat 

“Terrorisme en verschuivende migrantengroepen zijn nadelen van globalisering. Mensen hebben het idee dat hun nationale identiteit onder druk staat. Dit kan een verklaring zijn voor het huidige kritische debat over internationalisering in het hoger onderwijs.” Ook Marijke van der Wende is van mening dat internationalisering veel meer moet gaan om inclusiviteit en diversiteit, in plaats van de winstgevende aspecten. Van der Wende schreef al eerder over de invloed van populisme op het publieke debat over internationalisering.

Thom de Graaf, voorzitter van de Vereniging Hogescholen, benadrukt de relativiteit van het beleid: “Internationalsering is altijd gelinkt aan het instituut en de context. Het werkt op de Haagse bijvoorbeeld heel anders dan op de Zuyd Hogeschool – andere studenten met een andere achtergrond. Om deze reden zou er meer aandacht moeten zijn voor de achtergrond voor onze studenten.”

Van De Wende reageert op De Graaf: “We leven in een land met zwarte en witte scholen en gesegregeerd onderwijs.” Volgens haar betekent deze segregatie dat er werk aan de winkel is voor iedereen, “zeggen dat het voor sommige scholen wel belangrijk is maar voor andere niet, daar ben ik het niet mee eens.”

“Het is nog niet te laat”

Volgens Jos Beelen, lector Global learning aan de Haagse Hogeschool ontbreekt er binnen het internationaliseringsbeleid een duidelijke strategie vanuit instellingen. “Het is nog niet te laat, maar we moeten er wel voor zorgen dat hetgeen dat we doen effectief is en dat we duidelijk hebben wat er op het spel staat.” Ook vindt hij dat internationalisering iets dat is hier “bottom-up moet gebeuren en verschillend is bij elk studieprogramma”. Volgens Beelen speelt de docent hierbij een centrale rol en is een effectieve strategie dan ook het geven van expertise aan docenten zodat zij internationalisering kunnen integreren in hun curricula.

Uit de zaal komt van Freddy Weima, directeur van Nuffic, de vraag voor Susana Menéndez zelf: ‘staat zij positief tegenover de toekomst van internationalisering in Nederland?’ “Ik ben niet louter optimistisch. Uitspraken als ‘Onze Nederlandse studenten eerst’ baren mij zorgen. Het past niet bij de Nederlandse manier van openheid. Je blik open houden naar de wereld en naar anderen. Ik hoop dat gezond verstand uiteindelijk de overhand heeft in dit debat.”

Menéndez zelf heeft het laatste woord en heeft het in haar speech over wat ze bij de Haagse ‘wereldburgerschap’ noemen: “Hoe bereiden we studenten voor op een wereld die wij nu nog niet kennen?” Bij deze ‘waarde’ staat persoonsvorming centraal: “Als je jezelf kent dan snap je waarom je geneigd bent het ene nieuws geloofwaardiger te vinden, dan de andere.”

De uitdaging die Menéndez voorlegt aan de zaal is hoe we de biculturele studenten in Nederland en al hun kennis en vaardigheden naar voren halen: de verschillende talen die deze studenten spreken wordt nu niks mee gedaan… “Internationalisering begint in de Schilderswijk.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK