Jet schrijft Kees: wel of niet zelf voor de klas?

Nieuws | de redactie
21 december 2016 | Iedere twee weken delen Kees Boele (HAN) en Jet de Ranitz (Inholland) hun visie op het besturen van beider hogescholen. In de laatste briefwisseling voor de Kerst is het de beurt de Jet de Ranitz. “ik geef geen les, maar ik leer elke dag.”

U leest de brief van Jet de Ranitz aan Kees Boele hieronder:

Den Haag, 21 december 2016

Beste Kees,

In je laatste brief raakte je een teer puntje bij me. Je schreef: “Daarom begrijp ik ook niet (om nog even een knuppeltje in het hoenderhok te werpen) dat er leidinggevenden zijn die zelf zelden of nooit lesgeven dan wel een student begeleiden.” Ik voelde me persoonlijk aangesproken. Ik geef namelijk geen les. Mijn eerste gedachte was “betrapt!”. En toch: dat ik geen les geef, is uit overtuiging. Laat me uitleggen waarom.

Ik kan best wel een verhaal vertellen aan een groep. Vanuit die redenatie kun je denken dat ‘voor de klas staan’ tot mijn competenties zou behoren. Maar het vak van docent bestaat natuurlijk uit veel meer dan een blijde boodschap zenden of een inhoudelijk verhaal uiteen zetten. Onze docenten hebben nog veel meer te doen. Zij moeten vanuit de visie van de opleiding (waarover ze eerder met elkaar keuzes hebben gemaakt) de les invullen zodanig dat die past bij de beoogde doelstellingen. Vervolgens krijgen zij te maken met een zeer gedifferentieerde klas.

Daarin dienen zij niet alleen hun kennis over te brengen, maar ook rekening te houden met alle variatie die zij tegenkomen: nog los van alle persoonlijke kenmerken en situaties (dat zou ik nog wel kunnen, want dat heb je met collega’s natuurlijk ook), is het noodzakelijk om de slimme types voldoende uit te dagen, degenen die meer moeite hebben erbij te houden en de ‘gemiddelde’ studenten eveneens het gevoel te geven dat ze gezien worden en voldoende begeleiding krijgen. Is dat allemaal gelukt dan moet via een goede manier van toetsen worden vastgesteld of de doelen worden behaald en de studenten in hun ontwikkeling de juiste voortgang hebben geboekt.

Ik ben getrouwd met een leraar; mijn stiefvader is leraar; mijn zus is hogeschooldocent; ik heb honderden collega’s bij Inholland dit dagelijks doen. Volgens mij heb ik best een aardig beeld van wat het vraagt, wil je het goed doen. Dus ik beken het maar eerlijk: ik kan het niet. Ik heb er niet voor geleerd en het zou me veel moeite kosten om het onder de knie te krijgen op het niveau dat wij van onze mensen verwachten. Ik heb groot respect voor wat onze docenten dagelijks presteren en zou het aanmatigend vinden als ik dat ‘er even bij zou doen’ met het gebrek aan scholing en ervaring dat ik heb.

Toen ik nog bij de AHK werkte ben ik twee keer gevraagd om iets in het onderwijs te doen; een keer meelezen bij een scriptie (die ging over kunstmanagement; daar had ik wel ervaring mee) en een keer een les verzorgen. Ik zal je zeggen, Kees, ik lig niet vaak wakker. Maar van die les heb een slapeloze nacht gehad. Ik ben zelden zo nerveus geweest over iets wat ik moest doen. Ik was erg onzeker over wat er van me gevraagd werd, of ik wel kon voldoen aan de verwachtingen en hoe ik de les zo kon voorbereiden dat het niet verschrikkelijk saai was. Ik geloof niet dat het heel slecht is gegaan, maar het was ook zeker niet mijn beste prestatie. En bevestigde mij in mijn overtuiging: les geven is iets heel anders dan een goed verhaal vertellen. Leraar zijn is een vak en het is niet het mijne.

Gezien de enorme diversiteit van onze studenten realiseer ik me maar al te goed hoe belangrijk het is om onze docenten te ondersteunen bij hun pedagogisch-didactische opdracht. Het hebben van een visie van hoe je dat doet, vind ik van groot belang. Bij Inholland hebben we op centraal niveau een aantal uitgangspunten geformuleerd, passend bij onze missie. Ik ben het niet eens met Jet Bussemaker dat wij een centrale onderwijsvisie met hoofdletters zouden moeten hebben. Juist in het hbo worden de keuzes die je maakt immers sterk gedefinieerd vanuit het beroep. Wat je aan de orde stelt in het kader van bijvoorbeeld zoiets als bildung, is noodzakelijkerwijs iets anders binnen verpleegkunde, tuinbouwmanagement of finance. Ik ben daarom altijd vooral nieuwsgierig naar de keuzes die opleidingen hierin maken. Er zijn vele antwoorden mogelijk, geredeneerd vanuit de ontwikkeling van het vak, de regio en de studenten.

De gesprekken die ik hierover heb zijn enorm inspirerend. De maatschappelijke betrokkenheid die ik tegenkom, is meestal groot. Het gaat lang niet alleen over onderwijs en over wat een student in les X of Y geleerd moet hebben, maar over opvattingen die we hebben over de rol van het vak in onze samenleving; de hoop die we koesteren over hoe onze alumni de wereld gaan verbeteren en niet zelden grote betrokkenheid bij het wel en wee van een individuele student die we op weg proberen te helpen.

Kortom, ik geef geen les, maar ik leer elke dag. Wie weet dat ik op een dag zelf nog eens een behoorlijk college kan geven, maar tot die tijd maak ik vooral een hele diepe buiging voor onze docenten.

Jou en de jouwen, iedereen bij Inholland en de HAN en al wie met ons meeleest, wens ik een hele mooie tijd met de feestdagen en een heel gelukkig 2017.

Fijne vakantie, Kees! Tot in januari.

Jet


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK