Hadewychs minne in klank

Nieuws | de redactie
30 maart 2009 | De oudste liederen in onze taal, van een van de grootste dichteressen bovendien, zijn voor het eerst getoonzet op de muziek die voor hen bedoeld was. Louis Peter Grijp, bijzonder hoogleraar Nederlandse liedcultuur aan de UU, werkte mee aan een nieuwe uitgave van het dichtwerk van Hadewijch, de 13e eeuwse mystica en dichteres. 19 melodieën zijn gevonden bij de 45 mystieke gedichten die Hadewijch rond 1250 dichtte. Zij waren vooral te vinden bij liefdesliederen van de Franse trouvères.

Daarmee zijn deze teksten de oudste Nederlandstalige liederen waarvan we de muziek kennen. Beluister een fragment. Alle liederen zijn ook te horen in de nieuwe uitgave op 4 luister-cd’s, waarvoor Grijp de artistieke leiding op zich nam. Ze worden gezongen door de Vlaamse zangeressen Els Janssens, Agnes de Graaff en Els Van Laethem. De teksten waarvan geen muziek is gevonden zijn ingesproken.

Hadewijch is de eerste vrouw in Europa geweest, zoals Frits van Oostrom het zegt, die het heeft gewaagd de mystieke minne uit te zingen in pure liefdespoëzie. Hadewijch is een gepassioneerd en compromisloos dichteres, haar poëzie is complex, gevoelig en ingenieus, haar lied is direct en intens. “Altoes mag men van minnen singhen. Eest herfst, eest winter, eest linten, eest zomer.” In haar poëtische minneliederen bezingt ze liefde en wanhoop, ellendige verlatenheid en het verlangen naar vereniging.

De uitgave van de Liederen, het eerste deel van het Verzameld werk van Hadewijch, is vervaardigd naar het oudst bekende handschrift. De editeurs, Frank Willaert en Veerle Fraeters van de Universiteit Antwerpen, hebben de oorspronkelijke Middelnederlandse tekst vertaald. De geheel eigen wereld en passies van Hadewijch worden zo toegankelijk voor de mensen van nu.







«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK