Dittrich: ‘Heertje mist kans’

Nieuws | de redactie
9 januari 2007 | Teleurstellend en een gemiste kans. Anders kan ik de reactie van Arnold Heertje en Anne Marie Oudemans op ScienceGuide (8 januari) op mijn eerdere betoog niet karakteriseren. Onder het mom van het aandragen van bewijzen voor de teloorgang van het hoger onderwijs verwijzen beide auteurs voornamelijk naar hun eigen artikelen en opvattingen en poneren en passant enige grove onwaarheden. Laat ik mij beperken tot de opmerkingen over de NVAO.

De NVAO heeft bij wet en verdrag de taak gekregen een uitspraak te doen over het al dan niet aanwezig zijn van de basiskwaliteit van opleidingen in het Nederlandse en Vlaamse hoger onderwijs. De NVAO baseert haar uitspraken op rapporten van deskundigen (waaronder veel huidige en voormalige collega’s van Heertje) die de kwaliteit van de opleidingen moeten beoordelen. Vanzelfsprekend wordt door die deskundigen een oordeel uitgesproken over het niveau van eindwerkstukken, de inhoud van het onderwijs, de toetsing, de kwaliteit van de docenten. Daarnaast wordt onder andere ook een oordeel gegeven over de kwaliteitszorg, de voorzieningen, doelstellingen en de onderwijskundige benaderingen.

Om tot beredeneerde en gemotiveerde oordelen te komen, spreken de deskundigen uiteraard met docenten en studenten, en ook met het verantwoordelijke management. Inmiddels heeft de NVAO al meer dan 1000 uitspraken gedaan. Die zijn allemaal gepubliceerd, met de onderliggende rapporten van de deskundigen erbij. Zouden Heertje en Oudemans nooit de moeite hebben gedaan eens één van deze rapporten te bestuderen? Dan zouden ze weten dat deze beoordeling niet alleen maar “bureaucratische procescontrole” is, zoals zij (blijven) beweren. Ik heb het accreditatiestelsel overigens in september 2005 ook toegelicht in het Financieele Dagblad als reactie op het artikel van Berkhout en Oudemans.

Natuurlijk worden in de beoordelings- en accreditatierapporten kritische noten gekraakt over het onderwijs: er is zorg over de tijdbesteding van studenten, er is zorg over de kwaliteit van het in het onderwijs ingezette personeel, er worden kritische opmerkingen gemaakt over de diepgang van het onderwijs en een gebrek aan contact tussen gekwalificeerde docenten en studenten. Dat is allemaal waar, maar er worden ook veel positieve opmerkingen gemaakt over dezelfde onderwerpen over de inzet van docenten en studenten, over de zorgvuldigheid waarmee de kwaliteit bewaakt wordt, over de wijze waarop bijvoorbeeld competenties worden getoetst. Het beeld is dus genuanceerd en daar zou ik het graag over willen hebben! Niet omdat niets deugt, wèl omdat van alles nog beter kan!

De NVAO is een binationale organisatie. De ministers van Onderwijs van Nederland en Vlaanderen houden gezamenlijk toezicht op het reilen en zeilen van de NVAO. De Inspectie van het Onderwijs houdt daarnaast in Nederland toezicht op het stelsel en heeft daarover al vier rapporten gepubliceerd. Bovendien kunnen studenten, docenten, bestuurders, politici en elke belangstellende kennis nemen van de oordelen van de NVAO en de panels van deskundigen. Als dat geen verantwoording afleggen is!

Beter Onderwijs Nederland verdient respect, omdat de kwaliteit van het onderwijs hoog op de politieke en maatschappelijke agenda is gekomen. De zorg over de kwaliteit van het onderwijs wordt door velen gedeeld, maar de kwaliteit van het debat daarover komt maar niet van de grond. De bijdrage van Heertje en Oudemans is geschreven vanuit de loopgraven en dat is juist datgene waar ik me tegen verzet.

Karl Dittrich
voorzitter NVAO


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK