CDA bevreemd door houding minister richting promotiestudenten

Nieuws | de redactie
6 september 2021 | Het bevreemdt een deel van de Kamer dat de minister en de VSNU niet willen regelen dat studentpromovendi aanspraak kunnen maken op sociale voorzieningen.
Demissonair minister Van Engelshoven vindt een landelijke richtlijn voor promotiestudenten een inbreuk op de autonomie van universiteiten.

Buitenlandse promotiestudenten in Nederland moeten in de regel zelf voorzien in een private zorgverzekering, schrijft demissionair minister Van Engelshoven. Daarnaast hebben deze promotiestudenten vaak geen recht op toeslagen, iets waarover Pieter Omtzigt zich al eerder opwond. Volgens de minister kan zij echter niets veranderen aan de situatie van deze promovendi. 

VVD-, CDA- en SGP-Kamerleden uit de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap stelden demissionair minister Van Engelshovenopnieuw vragen over de zogeheten fictieve verloning.  

Geen recht op sociale voorzieningen 

In het geval van fictieve verloning treedt een promovendus niet als medewerker in dienst bij een universiteit, maar wordt een promovendus aangemerkt als student die een beurs krijgt voor een promotietraject. Deze zogeheten promotiestudenten staan zodoende niet op de loonlijst van universiteiten en kunnen daarom minder makkelijk aanspraak maken op allerlei sociale voorzieningen waarop medewerkers normaliter recht hebben. Daarnaast is er geen stelselbrede regeling voor promotiestudenten waaraan alle Nederlandse universiteiten zich moeten houden; de beurs die promotiestudenten ontvangen kan dus per instelling verschillen. 

Meld u hier aan voor de ScienceGuide Nieuwsbrief

 

Hoewel het CDA, evenals een nipte Kamermeerderheid, voorstander was van het experiment met promotiestudenten, heeft Pieter Omtzigt als Kamerlid van het CDA al eerder vragen gesteld over de situatie van deze promovendi. Zo vroeg hij meermaals waarom promotiestudenten, die niet in dienst zijn bij de universiteit, geen aanspraak kunnen maken op kinderopvangtoeslag. Verschillende, veelal buitenlandse promovendi hebben in het verleden zelfs te maken gekregen met terugvorderingen van de Belastingdienst; die was van mening dat aan deze promovendi uitgekeerde kinderopvangtoeslag onrechtmatig was verstrekt. Toen de betreffende promovendi bij de rechter probeerden hun gelijk te krijgen, werden zij in het ongelijk gesteld.  

Landelijk beleid te grote inbreuk op autonomie instellingen 

In eerdere antwoorden op vragen van Kamerleden gaf demissionair minister Van Engelshoven aan dat ze, hoewel ze daartoe werd opgeroepen in een breed gesteunde motie, geen landelijke afspraken met betrekking tot promotiestudenten wilde maken. Van Engelshoven vond dat te diep ingrijpen in de autonomie van de universiteiten. Daarnaast is er een ander bezwaar, lichtte de minister onlangs toe toen de VVD-fractie om een landelijke leidraad vroeg; de precieze situatie van promotiestudenten is namelijk niet overal gelijk, waarom het opstellen van zo’n landelijke regeling volgens de minister niet mogelijk is.  

Buitenlandse promovendi vallen buiten Wet langdurige zorg 

Of promotiestudenten aanspraak maken op bijvoorbeeld een ziektekostenverzekering lijkt afhankelijk te zijn van hun dienstbetrekking en hun woonplaats, blijkt uit antwoorden van de demissionair minister op vragen van de CDA-fractie. “Beurspromovendi zijn niet in dienst van de universiteit maar zij sluiten wel een promotie-overeenkomst met de universiteit”, schrijft zij. “De rechtspositie van deze categorieën promovendi is in de praktijk afhankelijk van de relatie met de universiteit en de wijze waarop hier feitelijk uitvoering aan wordt gegeven. Wegens het ontbreken van gezag is in de meeste gevallen geen sprake van een dienstbetrekking met de universiteit. Daarnaast woont deze persoon niet in Nederland, zodat deze evenmin verzekerd is voor de volksverzekeringen op grond van ingezetenschap, waaronder de Wet langdurige zorg. De persoon moet dan zelf een ziektekostenverzekering afsluiten.” 

Promovendi met koopwoning in Nederland hebben wel rechten 

Promotiestudenten moeten in de regel zelf voorzien in een private ziektekostenverzekering, geeft de minister voorts aan. Zij vallen namelijk buiten het wettelijk stelsel van verzekeringsplichtigen, zoals dat ook geldt voor veel Nederlandse promovendi aan buitenlandse universiteiten buiten de Europese Unie.    

Wel kunnen promotiestudenten een onderzoek van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) aanvragen, waarin wordt gekeken of een promotiestudent een basisverzekering mag afsluiten omdat diegene als ingezetene van Nederland kan worden gezien. Bij een dergelijke toets wordt onder andere bekeken of een promotiestudent nog banden heeft met het thuisland. Ook wordt gevraagd of de promotiestudent een koophuis in Nederland heeft.  


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK