Zomer op maan van Neptunus

Nieuws | de redactie
8 april 2010 | Op Triton is het volop zomer op het zuidelijk halfrond. ESO-astronomen ontdekten voor het eerst met een telescoop methaan in de ijle atmosfeer. Deze varieert per seizoen en wordt dikker als het opwarmt. “We hebben bewijs gevonden dat de zon invloed heeft op deze ijzige maan. Zelfs met seizoenen zoals wij die op aarde kennen, alleen veranderen ze veel langzamer.”

Dit zegt Emmanuel Lellouch, eerste auteur van een paper over hetonderzoek die wordt gepubliceerd in Astronomy & Astrophysics,over Triton, waar de gemiddelde oppervlaktetemperatuur rond de-235 graden Celsius ligt. Daar is het momenteel zomer op hetzuidelijk halfrond en winter op het noordelijk halfrond. Hier eenfilmpje van deze zomer op 2 miljard kilometervan de aarde.

Nu Tritons zuidelijk halfrond opwarmt, gaat een dun laagje bevrorenstikstof, methaan en koolmonoxide op het oppervlak direct over inde gasfase, waardoor Tritons ijzige atmosfeer langzaam dikker wordtgedurende Neptunus’ 165-jarige baan om de zon. Een seizoen duurt opTriton iets meer dan 40 jaar, en het zomersolstitium (wanneer dagen nacht even lang zijn en de zon boven de evenaar staat) was in2000.  

Op basis van de hoeveelheid gemeten gas schatten Lellouch encollega’s dat de luchtdruk van Triton met een factor vier isgestegen na de metingen die de Voyager 2 in 1989 deed toen het opde reuzenmaan nog voorjaar was. De luchtdruk op Triton ligt nutussen de 40 en 65 microbar, 20.000 keer lager dan die op aarde. 

De aanwezigheid van koolmonoxide op Tritons oppervlak was albekend, maar Lellouch en zijn team hebben ontdekt dat zich op hetoppervlak tien keer zo veel CO bevindt als in de diepere lagen, endat het dit laagje is dat de atmosfeer voedt. De atmosfeer vanTriton bestaat overwegend uit stikstof, vergelijkbaar met desituatie op aarde, maar methaan blijkt ook een belangrijke rol tespelen.

Voyager 2 ontdekte dit methaan, en de aanwezigheid is nu voor heteerst bevestigd. “De klimaatmodellen van Triton moeten wordenherzien”, zegt co-auteur Catherine de Bergh, “nu we koolmonoxidehebben gevonden en het methaan opnieuw hebben gemeten.” Tritonis veruit de grootste van de 13 manen van Neptunus en, met eendiameter van 2700 kilometer (driekwart van onze maan), de zevendemaan in grootte van ons zonnestelsel.

Sinds zijn ontdekking in 1846 heeft Triton astronomen gefascineerdvanwege zijn geologische activiteit  en de vele variaties inijs op zijn oppervlak, zoals bevroren stikstof, water en droogijs(bevroren CO2), en vanwege zijn unieke retrograde beweging. 

Het bestuderen van de atmosfeer van Triton, die zo’n 30 keer zo vervan de zon staat als de aarde, is niet gemakkelijk. In de jaren ’80dachten astronomen dat de atmosfeer van de Neptunus-maan zo dik zouzijn als die van Mars (7 millibar). Pas toen Voyager 2 de planeetin 1989 passeerde kon de atmosfeer van stikstof en methaan gemetenworden (14 microbar, 70.000 maal minder dicht dat deaardatmosfeer).

Uit observaties van sterbedekkingen in de jaren ’90 bleek dat dedruk op Triton toenam. Pas met de CRIRES-spectrograaf op de VeryLarge Telescope (VLT) kon de atmosfeer van Triton in veel groterdetail worden bestudeerd. “We hadden de gevoeligheid enmogelijkheden van CRIRES nodig om de atmosfeer van Triton tebestuderen”, zegt co-auteur Ulli Käufl. De waarnemingen zijnonderdeel van een groter onderzoek, waarin ook Pluto wordtbestudeerd. 

Pluto, vaak gezien als het neefje van Triton, is weer eeninteressant studieobject nu op Triton koolmonoxide is gevonden.Astronomen proberen dat nu ook te vinden op deze nog verder wegstaande dwergplaneet.   Dit is slechts een eerste stap voorastronomen om CRIRES te gebruiken om de fysica te ontrafelen vanverweg gelegen objecten in ons zonnestelsel. “We kunnen nu beginnenmet het volgen van de atmosfeer en de seizoenen op Triton overlangere perioden”, zegt Lellouch.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK