Prestatiebekostiging niet pluis

Nieuws | de redactie
29 augustus 2012 | Zijlstra’s plannen voor prestatiebekostiging liggen onder vuur. Ook bij ten principale constructieve partijen. Onderwijsspecialist Elbert Dijkgraaf (SGP) noemt het zelfs “Sovjet-plannen”. De “vrije en volle ontwikkeling” van het HO raakt in de knel. “Juist de factor die kwaliteit doet bloeien.” Hij mist “een klassiek liberalisme”.

In een bijdrage aan het constitutionele debat over deprestatieafspraken en hun consequenties voor de bekostiging van hethoger onderwijs kijkt Dijkgraaf met zijn partij al enige tijd meteen lodderoog naar de plannen van de staatssecretaris. De SGP achthem eerder een doorgeschoten SP’er dan een waarachtige liberaal, zoblijkt uit de analyse ten principale uit reformatorischekring. 

Onderwijswoordvoerder Elbert Dijkgraaf draait en in zijn visiehierop niet omheen. “De enige harde conclusie is dan wellicht dater veel papier van de pers is gerold. In het slechtste geval is hetprofiel van het hoger onderwijs ingesnoerd tot datgene wat Den Haagbelangrijk vindt. Als Den Haag altijd weet wat belangrijk en goedis, is dat natuurlijk geen probleem.” U leest hieronder zijnbetoog. 

 

“Prestatiebekostiging zet in de hoger onderwijspolitiekmomenteel de wereld op z’n kop. Niet een socialist, maar eenstaatssecretaris van VVD-huize komt met voorstellen voor eenplan-geleid-hoger-onderwijs. De aanpak van Zijlstra doet denken aanplannen uit de voormalige Sovjet-Unie. SP-Kamerleden daarentegenuiten juist hun zorg over de geplande bureaucratie en de vergaandeinvloed van de overheid. Het kan verkeren. Voor de SGP is duidelijkdat het hoger onderwijs wel wat klassiek liberalisme kangebruiken. 

Simplistische onderwijsvisie 

De keuze voor voorwaardelijke bekostiging op grond vanprestaties lijkt op het eerste gezicht eenvoudig. Immers, wie kanvoorstander zijn van verspilling van overheidsgeld in het hogeronderwijs? Het risico daarop is onvermijdelijk wanneer instellingeneen zak geld uit Den Haag krijgen. 

Dat risico kan, zo denkt men, vermeden worden wanneer alleengeld wordt gegeven aan instellingen die aantoonbaar prestatieshebben geleverd. Daar zou iedereen voor tekenen, als het kan.Helaas getuigt die redenering van een simplistische visie oponderwijs. Zowel het wantrouwen tegen bestedingsvrijheid vaninstellingen als het vertrouwen in directe sturing door de overheidis namelijk ongegrond. 

De plannen voor prestatiebekostiging ademen een neoliberalegeest van maakbaarheid en meetbaarheid. Daarin wordt miskend datkwaliteit niet zo makkelijk te vangen is in een model. Het oordeelover kwaliteit vraagt persoonlijke keuzes en draagt een subjectiefkarakter. Wie kan bijvoorbeeld bepalen of plannen voldoendeambitieus zijn? Zelfs de intersubjectieve toetsing binnen hetexperiment doet niets af aan het problematische karakter van eenoordeel over zulke vragen. 

Bij de beoordeling van profilering speelt dat probleem nogduidelijker. Het is niet aan de bewindspersoon, maar aan deinstelling om zijn profiel te kiezen. Afwijken van dit uitgangspunten het loslaten van objectiveerbare kwaliteitscriteria betekentafwijken van de Grondwettelijke onderwijsvrijheid. Het experimentkent daarom drie fundamentele mankementen. 

Krakende grondslag 

Eisen aan het onderwijs moeten berusten op een helderewettelijke grondslag. De SGP is blij dat het advies van de Raad vanState definitieve invoering van prestatiebekostiging op grond vaneen ondeugdelijke basis voorkomen heeft. Dat hetzelfde systeem nuals experiment ingevoerd lijkt te gaan worden, is dubieus. Het isniet in lijn met de aangenomen Kamermotie op dit punt. 

Wat duur en omvang betreft, blijven de consequenties van deprestatiebekostiging namelijk ongewijzigd. De experimenteerbepalingin de wet is bovendien niet bedoeld om met een lichte procedure tekunnen experimenteren met zware Grondwettelijkebeschermingsbepalingen. 

Het experiment laat inhoudelijk ook te wensen over.Experimenteren kan nuttig zijn ten aanzien van criteria waarvan deeffectiviteit en wenselijkheid onduidelijk is. Dit experiment wordtechter ook gebruikt als een vergaarbak van allerlei criteriawaarover de wetgever nu al een heldere keuze kan maken.

Te denken valt aan de status van contacturen en overhead. Het isniet wenselijk instellingen zes jaar op eisen hieromtrent af terekenen, terwijl de basis wankel is. Over de wenselijkheid ervankan de wetgever nu al een knoop doorhakken. Ook vervuilen zulkeelementen een experiment dat juist de kwaliteit van het onderwijscentraal wil stellen. 

Basisbekostiging onder druk

In het onderwijsbeleid is vaak te leus te horen dat de basis oporde moet zijn en dat de lat omhoog moet. Binnen het voorgesteldebekostigingsmodel lijkt die vlieger niet op te gaan. Daarin wordteerder de lat omhoog getild door de basis onder druk te zetten. Dieconstructie is bouwtechnisch gezien niet aan te bevelen. Ookjuridisch en economisch gezien zijn hier vraagtekens bij teplaatsen. 

Op basis van de Grondwet moeten onderwijsinstellingen voldoendebekostiging krijgen om hun taak te kunnen uitvoeren. Door deprestatiebekostiging komt dat uitgangspunt onder druk te staan. Hetreguliere budget wordt namelijk met 7% beperkt, waardoor hetstudentafhankelijke deel van de bekostiging kleiner wordt. Zondernadere onderbouwing is dat een merkwaardige zet. 

Zo’n wijziging kan pas acceptabel zijn wanneer uit berekeningenblijkt dat het nieuwe bekostigingsniveau afdoende is om aan dewettelijke verplichtingen te kunnen voldoen. Daar kan dus nietzomaar op voorhand vanuit worden gegaan. Het risico ontstaat datinstellingen die naast de prestatiebekostiging grijpen straksonvoldoende middelen hebben om hun taak te vervullen. De Raad vanState wijst daarom terecht op de noodzaak van een additioneelbudget, bovenop de bestaande bekostiging. 

Dubbele verwarring 

Kwaliteitsbewaking van het hoger onderwijs moet helder endaadkrachtig zijn. De NVAO is de aangewezen instantie om dekwaliteit van het onderwijs te toetsen. Op twee manieren raakt datuitgangspunt de afgelopen tijd vertroebeld. Allereerst is deInspectie zich naar aanleiding van misstanden meer met de kwaliteitvan het onderwijs bezig gaan houden, terwijl haar toezicht zichvooral op de kwaliteit van het stelsel moet richten. 

Daarnaast introduceert de staatssecretaris nu nog een model, meteigen criteria. Dat werkt verwarring in de hand en zet delegitimiteit van het systeem onder druk. Het kan bijvoorbeeldgebeuren dat een instelling geen aanvullende bekostiging ontvangtomdat de staatssecretaris de plannen niet goed genoeg vindt,terwijl de NVAO excellente kwaliteit bespeurt. 

Het mag duidelijk zijn dat er een kleine kans is dat deverantwoordingslast voor instellingen binnen dit model zal afnemen.Met elk nieuw systeem komt bureaucratie kijken die veelal overbodigis, hoe onbedoeld ook. Dat geldt temeer wanneer systemen naastelkaar worden gebouwd.

De 40 pagina’s van het instellingsplan richting dereviewcommissie staan er symbool voor. Niet meedoen aan ditplancircuit levert een financiële afstraffing op. Instellingen doendaarom liever dubbel werk dan dat zij de boot missen. Dat ismoeilijk kwalijk te nemen. De enige beroepsgroep die hier wellichtgeen probleem in ziet, is de consultancy.

Tot slot

De stellige verwachting van de staatssecretaris is dat zijnplanmodel de komende jaren een grote sprong voorwaarts zalopleveren. Er zijn redenen te over om die verwachting te temperen.In het gunstigste geval zal het in 2017 lastig blijken ominhoudelijke conclusies te trekken. Data, doelstellingen enuitkomsten laten zich namelijk gemakkelijk kneden tot een mooi,maar tegelijk weinig zeggend verhaal. 

De enige harde conclusie is dan wellicht dat er veel papier vande pers is gerold. In het slechtste geval is het profiel van hethoger onderwijs ingesnoerd tot datgene wat Den Haag belangrijkvindt. Als Den Haag altijd weet wat belangrijk en goed is, is datnatuurlijk geen probleem. Helaas is dat niet het geval. De vrije envolle ontwikkeling van het hoger onderwijs raakt dan in de knel. Endat is juist de factor die kwaliteit doet bloeien. Dat is het hartvan de vrijheid van onderwijs.”

 

Elbert Dijkgraaf

Onderwijswoordvoerder SGP Tweede Kamer


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK