Grote verwachtingen, klein vertrouwen

Nieuws | de redactie
5 maart 2014 | Geen institutie krijgt zoveel vertrouwen als ‘de wetenschap’. Maar die verwachtingen blijken ook kwetsbaar. “Zou het universiteiten echt iets kunnen schelen?” WRR en Rathenau Instituut zoeken het debat over waarom, hoe en ‘wat dan?’ bij schaliegas, jeugddelinquenten en gezond voedsel.

Rathenau-directeur Jan Staman zag de verschillende documenten en discussies ineens gelijktijdig langs komen. ‘Lerende economie’ van de WRR, Science in Transition, integriteitskwetsuren, ‘Kennis als de nieuwe olie’ van de AWT en zijn eigen rapport over ‘vertrouwen’. “Veel van de vragen en thema’s herken je daarin meteen. Ze lijken sterk met elkaar verbonden. Maar is dat zo en zo ja, waar zijn die verbindingen relevant of doorslaggevend?”

Drie debatten in het Amsterdamse Nemo – op 11 en 24 maart en 14 april -van 20u tot 22u- zullen samen met de bewindslieden van OCW zulke vragen verkennen en die naar het vertrouwen in de wetenschap nieuwe antwoorden pogen te geven. “Ons onderzoek liet zien dat geen institutie zo’n vertrouwen geniet als de wetenschap in ons land. Tegelijk zie je dat zodra wetenschap in de buurt komt van ‘de macht’, van overheden of van bedrijven, bij burgers de twijfel meteen toeslaat.”

Dubbel gevoel manifest

Staman trekt hier twee conclusies uit. “Allereerst gaat het blijkbaar zo slecht nog niet met de wetenschap in ons land en met haar waardering. We doen iets goed. Ten tweede zie je dat als het niet om het vorsen naar de sterren of het kleinste nano-deeltje gaat het besmettingsgevaar snel groot is. Vooral als onderzoek geraakt wordt door het publieke domein, als overheden er op zeggen te willen bouwen.”

Zelfs dan is er toch ook sprake van een dubbel gevoel, want de argwanenden en critici zoeken ook hun legitimatie in de wetenschap. “NGO’s beroepen zich net zo goed weer contra beleidsmakers op resultaten van onderzoek bijvoorbeeld. Waardering voor de wetenschap is er dus enerzijds wel, maar anderzijds ook niet als ‘de macht’ haar benut als ‘showstopper’ voor het maatschappelijk debat.”

Het eerste debat van WRR en Rathenau – op 11 maart – gaat daarom over de verwachtingen van de wetenschap. Staman zoekt naar de mensen die deze verwachtingen in de wetenschap weten te expliciteren. “Het vertrouwensprobleem ontstaat waar verwachtingen teleurgesteld raken. Dus daarover moeten we het gaan hebben. Wat weten we eigenlijk daarvan?”

Zou het wetenschappers interesseren wat burgers, bedrijven en sociale organisaties van hun werk verwachten? “Mijn hypothese is: geen bal,” zegt Staman met een grijns. “Zou het universiteiten echt iets kunnen schelen? Weten ze wat de verwachtingen zijn? Wat doen de externen in hun Raden van Toezicht hier bijvoorbeeld aan? Expliciteren zij die verwachtingen? Wat ze zeker wel weten is welke verwachting legitimeert welke opleidingen ze aan kunnen bieden voor studenten en onderzoekers. Een verdere betrokkenheid bij die vraagstelling is al een stuk minder vanzelfsprekend.”

Vergelding of goed spoor?

Het is natuurlijk niet zó zwart-wit, erkent Staman graag. TU’s kijken naar hun partners in de technologiesector en de farmaceutische industrie trekt ook aan de bel in het WO. “Maar vraagt de wetenschap om feedback bij de verwachtingen die worden geëxpliciteerd? De vraag is dan meer dan ‘wat wil jij?’ en ‘wat begrijp ik daarvan voor mijn werk?’”

Zoiets zien we in de criminologie, bijvoorbeeld. Dat is een thema dat in het eerste debat naast gezonde voeding op tafel komt. “Over jeugdige delinquenten weten we veel, de criminologie heeft uitgediept wat je met zulke jongeren zou moeten doen om hun leven weer op een goed spoor te brengen. De overheid wil dat liever niet weten, omdat zij vergelding en gevoel van veiligheid voorop moet plaatsen. Ook als dat niet werkt voor een maatschappelijk en persoonlijk beter resultaat met die jongeren. De mensen in de praktijk van de aanpak van jeugddelinquentie weten dat natuurlijk. Zij richten zich in hun werk daarom toch maar liever op de kennis die henzelf en die jongeren op weg helpt om er het beste van te maken.”

 In het tweede debat komt een nieuwe studie op basis van cases over zulke dilemma’s en de lessen daaruit op tafel. “Denk aan schaliegas of aan vaccinatie. Wat zijn eigenlijk de ‘begincondities’ voor wetenschappers als zij zich bij zulke thema’s inzetten voor onderzoek dat overheden nodig hebben voor goede besluitvorming? Onder welke voorwaarden kunnen ze tevoren al vermoeden, dat hun werk en hun rol hopeloos in de knel komt te zitten en wanneer niet?”

Met je vingers tussen de deur

Zo wordt de vraag bij zulke thema’s en besluitvorming wezenlijk naar het ‘wanneer hebben we genoeg onderzoek verzameld en wat doen we dan?’ Ook de rol van wetenschap bij de ‘framing’ van thema’s en opdrachten daarvoor moet aan de orde komen. “Prostitueer ik me of speel ik de heilige onschuld? Of zit daar nog iets tussen in? En wanneer kom je met je vingers tussen de deur en wat gebeurt er als dan heel je discipline deuken gaat oplopen?”

Het verschil tussen kwetsbare thema’s en ‘Stapel’-verschijnselen moet dan scherp op het netvlies komen. “Er is het systeem en er zijn de Jansen-Steurs van een discipline. Je hebt verdwaalden en rampzalige exoten die aandacht trekken als een soort aliens. Zij zijn niet het bestel zelf.”

Uiteindelijk komt het ‘en wat dan?’ aan de orde. De dynamiek van de vragen vanuit Science in Transition, of uit de bijsluiter die Frans van der Reep van Inholland zou willen formuleren, zal zich verbinden met de vertrouwensvraag. “De normen die de wetenschap zichzelf oplegt, zijn die het die leiden tot zo’n pervertering die ze bij Science in Transition zoveel zorgen baart? Is dat een excellentiebegrip – bijvoorbeeld – dat de samenleving geacht wordt te hanteren? Maar wie zegt eigenlijk dat dat zo en is en of dat ook goed is?

De vragen naar vertrouwen en kennis komen zo dicht bij de recente oratie van Roel in ’t Veld over ‘knowledge democracy’. Staman zet daar iets naast, of tegenover. “Als we maar terug gaan naar de vraag ‘wat weet je van de verwachtingen die burgers van je hebben en de normen die we daarbij stellen?’ Spinoza zei ooit over heersers die met die vraag worstelden: ‘Weet je dat niet, hoedt je dan’.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK