Nederland scoort matig op burgerschapsonderwijs

Verslag | door Ingeborg van der Ven
12 februari 2018 | “Als je het in fietstermen zou stellen dan fietsen wij vanaf 2009 ergens in de middenmoot van het peloton. Het hele peloton is in de afgelopen zes jaar iets harder gaan fietsen en wij zijn mee gaan fietsen, maar wij blijven in het midden.” Geert ten Dam deelde vorige week in De Balie de bevindingen van internationaal onderzoek naar burgerschapsonderwijs.

De studie, het ICCS, International Civic & Citizenship education Study, geeft een beeld van de stand van het burgeronderwijs in 24 landen. De studie wordt een keer per zes jaar gehouden en het laatste meetmoment was in 2016. In Nederland wordt de studie uitgevoerd door de Universiteit van Amsterdam en het Kohnstamm Instituut. Het onderzoek is gefinancierd door het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek en het Ministerie van Onderwijs, Cultuur & Wetenschap.

In Nederland is er gekeken naar 2800 leerlingen uit de tweede klas van het voortgezet onderwijs. Zij zijn in de leeftijd van 15 en 16 jaar. Nederland scoort in deze studie dus in de middenmoot, maar als je Nederland vergelijkt met de landen die wat betreft cultuur en sociaaleconomische achtergrond op ons lijken dan scoren wij slecht.

Geert ten Dam Geert ten Dam is naast voorzitter van het CvB aan de UvA Hoogleraar onderwijskunde en is op verschillende manieren actief betrokken bij burgerschap. Voorheen als lid van de Onderwijsraad en op dit moment als Projectleider Civic and Citizens Education. gaf de voorzet voor een verkennende middag in De Balie. Op initiatief van de Gemeente Amsterdam en Diversion sprak een zaal vol docenten, docenten in opleiding en docentenopleiders door over de waardenbotsingen in het onderwijs. Experts uit het onderwijs waren uitgenodigd om vanuit hun ervaring mee te discussiëren.

Onduidelijke opdracht

De matige score van Nederland om het ICCS onderzoek is volgens Ten Dam met name toe te schrijven aan de onduidelijke opdracht voor scholen. “Scholen zijn sinds 2006 verplicht om ‘iets aan burgerschap te doen’, dit moet op een gerichte en visierijke manier en je moet de vorderingen checken. Dit ‘iets’ is verder niet gespecificeerd.”

In 2012 heeft de Onderwijsraad al geadviseerd om duidelijker te zijn. Ten Dam geeft hier nogmaals een samenvatting van. “Geef scholen een inhoudelijk kompas en zeg gewoon dat leren en functioneren in een democratische samenleving een gemeenschappelijke opdracht is voor alle scholen, ongeacht de visie of levensovertuiging van de school, ongeacht de leerlingen die zij op school hebben.”

Daarbij is het volgens Ten Dam wel erg belangrijk dat er ruimte blijft voor de eigen accenten van scholen. “Al is het wekelijks staand het Wilhelmus zingen of een bezoek aan de Tweede kamer, maatschappelijke stages, lessen in conflictoplossing. Het kán allemaal, maar het hoeft niet.” Het is volgens de hoogleraar belangrijk om de scholen vrijheid te geven in de invulling zodat het burgerschapsonderwijs kan stromen met de pedagogische aanpak op de school. Daarnaast is er volgens Ten Dam geen gezamenlijke visie op wat goed burgerschap is, naast het begrip van de democratische rechtstaat.

Dit is een goed gegeven, volgens Ten Dam, omdat er een gevaar schuilgaat achter een te strenge invulling van het begrip. “Het gaat snel over het gelijktrekken van burgerschap aan het volgen van de Nederlandse normen en waarden. Herman van Gunsteren, hoogleraar politieke filosofie, zei al jaren terug ‘Als je daar erg tamboereert dan worden leerlingen met een migrantenachtergrond, leerlingen met een andere achtergrond, de risicoburgers.’”

Burgerschap uitdaging op vmbo

Nederland fietst dus achter in het peloton als wij het hebben over het geven van burgerschapsonderwijs. De resultaten van het ICCS laten met name grote verschillen zien tussen de verschillende lagen van het middelbaar onderwijs. De leerlingen die veel kennis hebben van de manier waarop de democratische samenleving in elkaar zit en de principes die hieronder liggen zitten met name op het havo en vwo.

“En tenslotte is er een derde van de leerlingen die  zeer weinig kennis heeft op het gebied van burgerschap en democratie en zij zijn met name te vinden op het vmbo. En de kennis van deze groep is de afgelopen zes jaar niet omhooggegaan. Dit terwijl de rest van het peloton dus wel harder is gaan fietsen”, aldus Ten Dam. “Binnen de verschillen in schooltypen zien wij dus echt de grote verschillen in kennis over burgerschap. Dit vind ik zelf echt een alarmerend gegeven. Met name dat de kloof tussen de schooltypen in Nederland groter is geworden.”

Steven Tan, schoolleider van het Marcanti College in Amsterdam, haakt in op dit punt. “Wij kunnen het verschil in kennis op burgerschap niet inlopen. Ik heb een school in Amsterdam West, die voor tachtig procent bestaat uit vmbo-leerlingen. En ik krijg eenzelfde bekostiging als een collega-school in Amsterdam Zuid, die dezelfde opdracht heeft wat betreft leerresultaten. En er is niemand die mij extra geld gaat geven als het gaat om de doelstellingen die ik te realiseren heb op dat sociale domein. Dat gaat scheef.”

Naast dat er geen bekostiging is voor de extra socialisatie taak die er ligt voor de verschillen in burgerschapskennis ziet Tan ook een tegenstrijdigheid in de opleidingen voor docenten. “Het is heel bijzonder, met name naar bestuurders en beleidsmakers, dat wij hier met elkaar constateren dat de algemene pedagogiek en het naleven en nastreven van de open Nederlandse democratie van het allergrootste belang is. Het is zelfs dominanter dan de leerresultaten binnen een bepaald vakgebied. En lerarenopleidingen en toezichtskaders zijn helemaal niet op ingericht.”

“Het werkt niet als wij ons niet gaan realiseren dat het voeren van moeilijke gesprekken in de klas, een van de kerntaken is van het docentschap voor de socialisatiefunctie van het onderwijs”, aldus Steven Tan. Deze constatering van een schoolleider komt ook terug in de resultaten van het ICCS. De didactische vaardigheden van Nederlandse docenten is beperkter dan die van docenten uit andere landen. “Nederlandse docenten maken gebruik van leermiddelen en verwerkingsopdrachten, als deze voorhanden zijn. Zij zeggen zelf dat zij zich minder bekwaam voelen als het gaat om burgerschapsonderwijs”, aldus Geert ten Dam.

Het komt niet vanzelf goed

De wijze waarop het ICCS is ingericht maakt het niet mogelijk om harde oorzaak en gevolg uitspraken te doen over de taak van het onderwijs. Geert ten Dam heeft het in dit verband dus over concepten die met elkaar samenhangen. “Leerlingen vinden in vergelijking met andere landen dat hun school relatief weinig aan burgerschap doet. Er is ook een aantal schoolleiders dat, net als leerlingen en ouders, aangeeft dat er weinig ruimte is voor inspraak van leerlingen.”

“Als we naar de ICCS dan zeggen leerlingen en docenten dat het klassenklimaat heel weinig open is voor discussie.” Schoolleider Tan legt tijdens de bijeenkomst in De Balie uit hoe hij in zijn school zijn docenten voorbereid voor deze lastige gesprekken. “Wij zijn van mening dat de open Nederlandse democratie iets is wat een plek moet krijgen binnen alle vakken. Dit doen wij onder anderen door docenten goed voor te bereiden. Als er een aanslag is geweest dan geven wij collega’s een factsheet en praten wij ze bij.”

Hierbij gaat het Tan niet alleen om de informatie. Het half uur is ook bedoeld om ruimte te geven voor de emoties van de docenten. “Dit hebben wij bijvoorbeeld gedaan na de aanslagen in Parijs, maar ook tijdens de Turkse staatsgreep toen er spanningen waren in de Turkse gemeenschap. We willen de docenten voorbereiden, zodat zij niet blind de klas inlopen, zonder dat zij weten wat er speelt. Hierbij nemen wij ook verschillende media mee, voor verschillende geluiden rondom een dergelijke aanslag.”

Voor Geert ten Dam is de les die wij kunnen trekken uit de Internationale studie naar burgerschapsonderwijs dat het niet vanzelf goed gaat komen in Nederland. “De inspectie zegt dat elk jaar opnieuw. Eigenlijk is de boodschap: het blijft kwakkelen en schommelen en we zien een enorme variëteit en er wordt weinig gericht vorm aan gegeven.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK