Tegenwerking door OCW en de VH frustreert Leven Lang Ontwikkelen

Nieuws | door Frans van Heest
22 mei 2019 | “De ambtelijke top van OCW knikt vanzelfsprekend ja als de VH iets zegt.” OCW stopt met het geslaagde experiment vraagfinanciering, dat komt omdat het bekostigde hbo tegen uitbreiding is, zegt Hans Hillen, de voorzitter van de koepelorganisatie voor het private onderwijs NRTO.
Hans Hillen, voorzitter NRTO

In de week voor Pasen werden er tussentijdse evaluaties naar de Kamer gestuurd over experimenten met Leven Lang Ontwikkelen. Een experiment was het flexibel onderwijs, een ander het experiment met vraagfinanciering in deeltijdonderwijs, waarbij hogescholen ook in modules onderwijs mochten aanbieden. Deze experimenten waren bedoeld voor opleidingen in de techniek, ICT en zorg en welzijn-sectoren waar veel arbeidsmarkttekorten zijn.

In het private hbo is het experiment met vraagfinanciering een succes. In de tussenevaluatie van ResearchNed werd ook gezegd dat dit experiment vooral voortgezet moet worden. Toch stopt OCW met dit experiment omdat het ministerie zegt geen geld te hebben. Het bedrag dat studenten via vraagfinanciering mochten uitgeven was minder dan de huidige reguliere bekostiging in het hbo. ScienceGuide sprak met Hans Hillen en Ria van ‘t Klooster, de voorzitter en directeur van de NRTO, de koepel van private onderwijsaanbieders.

Private onderwijs de ruimte geven

Beiden willen het gesprek positief beginnen en verwijzen naar een brief van afgelopen september waarin ministers Van Engelshoven (OCW) en Wouter Koolmees (SZW) schrijven dat zij een doorbraak willen forceren in het taaie dossier rondom Leven Lang Ontwikkelen. “In de brief die in september aan de Kamer is gestuurd zegt het kabinet dat ze de eigen regie bij de mensen wil neerleggen. Dat is goed aan die brief maar daar zullen mensen wel aan moeten wennen en daar moeten de werkgevers de werknemers ook een rol in geven.”

Volgens Hillen is het daarbij wel belangrijk dat het private hoger onderwijs ook die ruimte krijgt. “Waarbij ik ook wel weer gezegd wil hebben dat het niet moet lijken of dat de overheid via wetgeving en regelgeving onze problemen moet oplossen. Terwijl wij het natuurlijk zelf moeten doen. Maar wij moeten daar dan wel toe in staat worden gesteld en dan moet de overheid niet met regelgeving en financiering dusdanig gaan sturen dat je niet uitkomt waar je uit zou willen komen.”

Wat betreft het Leven Lang Ontwikkelen zijn er de afgelopen jaren tal van rapporten en adviezen verschenen. Een van die rapporten is het rapport van Rinnooy Kan uit 2015. Dat rapport bood handvatten legt Ria van het Klooster uit. “Rinnooy Kan zei dat er te weinig deeltijdstudenten waren. Het onderwijs moest flexibeler, daarom zijn de experimenten met flexibilisering gestart. Aan de andere kant moest het onderwijs vraaggerichter dus kwamen er experimenten met vraagfinanciering. En tegelijkertijd moest ervoor gezorgd worden dat dit met een gelijk speelveld tussen privaat en bekostigd onderwijs gerealiseerd zou worden.”

“Op die flexibilisering wordt nu volop ingezet, daar is iedereen positief over. Echter de vraagfinanciering dat ook heel erg past in de eigen regie die het kabinet wil gaat men nu stopzetten. Terwijl in de opleidingen in de ICT, techniek,zorg en welzijn deze manier van financiering juist heel goed werkt. Wij zouden daarom ook willen dat deze financiering uitgebreid zou worden. Juist ook omdat er zulke grote tekorten zijn in deze twee sectoren.”

Onthutst door het besluit van de minister

“Maar wat gaat men doen? Het experiment stopzetten.” Zegt van ’t Klooster die tijdens het interview meermalen haar ongeloof uit over dit besluit. “Er worden geen nieuwe studenten meer aangenomen. Ik was echt onthutst door de brief van de minister. Het stopzetten van de financiering kwam ons koud op het dak, het is puur een financiële kwestie zegt het ministerie.”

Het voortzetten van de experimenten met vraagfinanciering zou drie jaar lang nog €10 mln. per jaar kosten. Ondanks dat het beloofd is, zegt OCW nu dat dit geld er niet is. Het gaat ook om een bedrag waar Hillen niet van onder de indruk is. “Wij waren niet alleen onthutst dat dit experiment voortijdig stopt, maar het gaat ook om zo weinig geld. Als je nu zegt het gaat om €100 of €200 miljoen dan kun je nog zeggen: dat is een begrotingsprobleem. Maar hallo zeg, dit bedrag valt in de plooien van de jas.”

Dat het experiment met vraagfinanciering voortijdig stopt vindt Hillen ook onbestaanbaar en wijst daarbij naar het bekostigd onderwijs. “Waarom stop je daar nu mee? Dat is ook ons probleem met het bekostigd onderwijs. Wij zien een enorme toevloed aan studenten komen, maar het bekostigde onderwijs zegt: vraagfinanciering is te duur voor ons.”

Hillen heeft wel een verklaring voor het feit dat het bekostigde hoger onderwijs dit te duur vindt. “Waarom komen ze er financieel niet uit? Omdat ze vanuit een bekostigingsvraagstuk denken. Wij zeggen altijd tegen de bekostigde hogescholen: voor dit segment in de markt moeten jullie je gaan opsplitsen in een bekostigd gedeelte dat opleidt voor het initiële onderwijs en daarnaast een privaat deel oprichten volgens de regels van een private onderneming.”

Directeur NRTO Ria van ‘t Klooster

Van ’t Klooster vult aan. “Contractactiviteiten kunnen bij ons lid worden, maar dan moet er wel een gelijk speelveld zijn. Dan moet niet publiek en privaat geld door elkaar heen gaan lopen. Dus je moet het apart organiseren, in een aparte entiteit. Wij vinden het hartstikke goed als er spelers bijkomen, die samen met ons werken aan een betere arbeidsmarkt.”

Volgens de NRTO-voorzitter is modulair aanbieden iets anders dan een heel curriculum verzorgen. “Dat hoeft niet publiek gefinancierd te worden. Als de overheid dat faciliteert via vraagfinanciering of trekkingsrecht dan heeft de overheid zijn deel gedaan en zoeken de studenten zelf wel uit wat zij voor scholing willen hebben. De onderwijsinstellingen moeten dat vervolgens ook aanbieden. ”

Volgens Hillen is het private onderwijs momenteel veel beter in staat om dit type onderwijs aan te bieden. “Wij vanuit de particuliere sector zijn daar heel snel en adequaat in. Je ziet dat men dat aan de hogescholenkant erg lastig en vervelend vindt. Zij willen wel modulair, maar dan via de bekostiging. Wij vragen ons af of daar de reguliere overheidsbekostiging voor bedoeld is.”

Van ’t Klooster wijst erop dat dit experiment juist modulair onderwijs makkelijker wilde maken voor bekostigde instellingen. “Wat ik helemaal niet snap is dat uit een eerdere analyse bleek dat bekostigde instellingen niet genoeg studenten voor de deeltijdopleidingen konden aantrekken. Dit kwam omdat ze niet modulair mochten aanbieden. Nu mogen ze modulair aanbieden met het experiment vraagfinanciering en doen ze niet meer mee. Dat vinden wij ook heel raar.”

Studenten die zelf betalen zijn de dupe

Volgens Van ’t Klooster is het wel duidelijk wie de dupe van zijn. “We hebben dit ook onderzocht en het zijn vooral studenten die zelfstandige zijn en studenten die zich (om)scholen en geen werkgever hebben die de opleiding meefinanciert. Wij hebben aan ze gevraagd: ‘zou je ook deze opleiding volgen als je het zelf moet betalen?’ En dan zegt 50% nee, want dat kunnen ze niet financieren, 30% twijfelt daaraan.”

Hillen merkt bovendien op dat het bekostigd hbo veelal niet openstaat voor samenwerking. “Wij zouden bijvoorbeeld ook hier en daar graag gebruik willen maken van hun faciliteiten die toch leeg staan. Maar het bekostigde onderwijs met al zijn voordelen die blijven een muur bouwen om zichzelf. Daar kun je natuurlijk nooit tussenkomen. Wij vragen alleen een gelijk speelveld. Net zoals wij met het mbo goed in staat zijn en in goed overleg en met respect voor elkaars eigenheden om tot gemeenschappelijkheid te komen. Zo moet dat in het hoger onderwijs ook mogelijk zijn. Wij zijn niet de vijand van de bekostigde hogescholen. Wat wij zoeken is samenwerking.”

Een andere verklaring dat dit ook vanuit het ministerie wordt tegengewerkt is onwil volgens Hillen. “Wij concluderen dan ook dat het onwil is van de overheid en gewoon onwil van OCW. Kennelijk is de druk vanuit de bekostigde hogescholen, of de druk intern binnen het ministerie zo groot. Met als gevolg dat men denkt hoe men nu eenmaal gewend is om te denken. Daardoor ziet men niet meer wat er feitelijk in de praktijk aan het gebeuren is.”

Een voorbeeld nemen aan het mbo?

Waarom die samenwerking tussen publiek en privaat in het hbo zo slecht gaat in vergelijking met de goede samenwerking in het mbo, daar heeft Hillen wel ideeën over. “Wat ons betreft hadden we dit experiment ook het liefst uitgebreid, maar hogescholen zijn aan alle kanten gaan tegenstribbelen. Wij werden altijd met nieuwe voldongen feiten geconfronteerd. Bij het mbo zijn de verhoudingen dusdanig dat als de MBO Raad een andere kant op wil – die voor ons niet altijd even plezierig is – dan laten ze het ons wel weten. Als de Vereniging Hogescholen een andere kant op wil dan laten ze het ons gewoon niet weten.”

De NRTO wordt nooit ingelicht over wat de VH vindt of doet. “Wij moeten altijd vanuit het ministerie horen dat er een bepaald experiment niet doorgaat of het vertraagd is. Soms horen wij wel uit de geruchtensfeer dat er op een bepaalde manier gestuurd wordt vanuit de VH. “

De ambtelijke top knikt vanzelfsprekend ja als de VH iets zegt

Ik heb om die reden ook weleens een brief geschreven aan voormalig minister Bussemaker waarin ik voorspelde hoe het zou gaan lopen en dat was ook precies hoe het ging. Vervolgens gingen ambtenaren op het ministerie de mooie jongen uithangen en zeiden: ‘wij wisten niet dat het zo zou lopen, dit is voor ons ook een verrassing.’ Terwijl wij dit allang voorspeld hadden. En waarom gaan dingen zo? Omdat de hbo-instellingen dat willen. De ambtelijke top knikt vanzelfsprekend ja als de VH iets zegt.”

De invloed van de VH op het LLO-beleid is daarom te dominant zegt Hillen. Een oorzaak daarvan ligt onder andere in de personele bezetting bij zowel OCW als de VH. “Als je kijkt naar de doorstroming van personeel, soms zitten ze hier en dan zitten ze weer daar. Het gaat voortdurend over en weer tussen hetzelfde groepje. Ik ga niet op de man spelen, maar hiervoor was Ron Minnee directeur op OCW en nu is hij directeur bij de VH. Misschien is hij straks wel weer directeur-Generaal. Terwijl de onderwijsmensen die bij ons werken natuurlijk niet zo dichtgebakken op het ministerie zitten, dat zijn ondernemers.”

Hoop op een koerswijziging

Toch hoopt de leiding van de NRTO dat met de nieuwe voorzitter bij de VH, Maurice Limmen die jarenlang voorzitter is geweest van CNV het Leven Lang Ontwikkelen een nieuwe weg in zal slaan. Hillen houdt nog wel een slag om de arm. “De voorzitter is niet de enige die het beleid bepaalt. Je zou kunnen zeggen dat er bij de VH twee stromingen zijn. Je hebt een stroming die ook behoorlijk naar ons kijkt en naar wat wij doen, ik zou dat de progressieve stroming willen noemen. En er is een stroming die er voornamelijk verdedigend inzit. Ik kan niet beoordelen wat in het bestuur van de VH een meerderheid heeft. Maurice Limmen zal ongetwijfeld zijn best doen, maar hij moet natuurlijk wel zijn bestuur meekrijgen.”

Maar de verwachtingen zijn wel hooggespannen. “Omdat Limmen als vakbondsman uit de arbeidsmarkt komt, neemt hij Leven Lang Ontwikkelen veel serieuzer. Hij is niet zoals de theoretische die nooit tussen de werkenden hebben gestaan op de werkvloer.” Ook Ria van ’t Klooster is hoopvol over Limmen. “Bij het CNV heeft hij ook heel erg gepleit voor leerrechten, wat dat aan gaat hopen wij op een zonnige toekomst.”

Het interview met de leiding van de NRTO vindt plaats in aanloop van een heidag voor de leden van de NRTO later die dag. Het onderwerp dat dan op de agenda staat en ook maatschappelijk zeer relevant is: hoe krijgen we meer werkenden aan het studeren en welke rol speelt HR-beleid van bedrijven hierbij.

Volgens Van ’t Klooster is het stimuleren van scholing geen prominent onderwerp bij bedrijven. “Dit is bij HR is een beetje van de agenda geraakt en de vraag die vanmiddag voorligt is hoe krijg je zoveel mogelijk mensen weer aan het leren? Wij vinden daarom dat HR ook echt een rol moet nemen, zodat mensen zich ook veel meer moeten voorbereiden op de nieuwe ontwikkelingen die eraan komen. Mensen starten altijd veel te laat met een opleiding.”

Aandeelhouderswaarde is belangrijker dan ontwikkeling personeel

Hillen vindt dit ook en ziet dat werkgevers om die reden slecht omgaat met haar eigen personeel. “Het probleem is dat de bedrijven met name in de IT en techniek veel en veel te weinig investeren in het personeel. Ze melken hun personeel leeg en worden er dan vervolgens uitgegooid. Maar je moet je toch doorontwikkelen en je moet er toch voor zorgen dat jonge mensen tussen de 25 en de 40 die in hun ontwikkeling van de carrière zitten en niet volledig leeglopen in functies waar ze dag en nacht gebruikt worden. Om ze vervolgens over de heg te gooien met de boodschap: zoek het zelf maar uit.”

Een belangrijke oorzaak van dit denken komt volgens Hillen door het belang dat gehecht wordt aan aandeelhouderswaarde. “We zien toch de afgelopen jaren dat aandeelhouderswaarde steeds belangrijker is geworden. En aandeelhouderswaarde gaat langs kosten en opbrengsten en gaat niet langs het investeren in het personeel. Als aandeelhouderswaarde doorslaggevend is dan wordt het bedrijf de vijand van zijn werknemer. Dan wordt de werknemer gebruikt om de aandeelhouderswaarde te optimaliseren. De enige die ervan profiteert is de staf via bonussen. Dat is toch een angstaanjagende ontwikkeling geweest van de afgelopen 10 á 15 jaar.”

“China jat hoogstens je kennis”

Op de vraag of internationalisering nog een belangrijke rol speelt in het private onderwijs, zoals dit ook voor een nieuwe dynamiek heeft gezorgd in het bekostigde onderwijs is Hillen ook helder. “Ten eerste zou ik op willen merken dat het aantrekken van buitenlandse studenten naar Nederland ook een vorm is van werkverschaffing voor het bekostigd hoger onderwijs. Je kan er van alles over zeggen, maar als de helft van je studenten Chinees is kun je mij niet wijsmaken dat je samen met China een ontwikkelingspact aan het maken bent. China jat hoogstens je kennis. Als je ook de demografische ontwikkelingen ziet in Nederland dan wordt het ook vaak gebruikt om jezelf als instelling in stand te houden. Als de koek kleiner wordt en je gaat Chinezen aantrekken dat is iets anders dan internationaliseren.”

De markt van private onderwijsaanbieders richt zich veel meer op skills. “Waar wij als private aanbieders hard op inzetten is bijvoorbeeld het taalonderwijs. Waar wij met ons onderwijs ook op inzetten zijn ook de sociale skills. Hoe onderhandel je en wat voor technieken gebruik je daarvoor?”

Tot slot hopen Van ’t Klooster en Hillen dat minister Wouter Koolmees van sociale zaken wellicht nog over de brug komt in de kwestie rondom vraagfinanciering en daar is de houding ten aanzien van LLO ook veel constructiever. “Bij sociale zaken wordt er wel behoorlijk geïntegreerd gekeken naar het vraagstuk van onderwijs en arbeidsmarkt. Wij hebben daar ook goed overleg met hen over. Zij kijken met dezelfde blik naar de arbeidsmarkt als wij en stellen ook de vraag: wat is nodig om mensen aan het werk te krijgen en om mensen aan het werk te houden? Als ik bij sociale zaken kom heb ik altijd het gevoel dat ik thuiskom, maar als ik naar OCW ga dan moet ik het weer voor de zoveelste keer gaan uitleggen. OCW verdedigt gewoon een belang en sociale zaken is bezig met de arbeidsmarkt.”

Dat er nu twee D66-ministers op beide ministeries zich buigen over Leven Lang Ontwikkelen stemt de oud-minister van Defensie voor het CDA ook niet altijd even hoopvol. “D66 als zodanig is geen garantie. Ze hebben onderwijs als speerpunt gekozen na de staatshervorming, maar dat doen ze alleen door voortdurend te roepen dat er geld bij moet komen. Ik heb van D66 nooit echt een werkelijke analyse van de onderwijswereld gehoord. Het is altijd: er moet meer geld bij. Alexander Rinnooy Kan komt natuurlijk uit D66-kringen en heeft met zijn rapport een goede bijdrage geleverd aan leven lang ontwikkelen, maar dat is zijn eigen bijdrage en nog geen integraal D66-beleid.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK