“We moeten ons als wetenschappers continu afvragen of we wel de goede vragen stellen”

Verslag | door Ramon van Doorn
2 december 2020 | Om maatschappelijke impact te hebben moeten onderwijs- en onderzoeksinstellingen zowel van binnen als van buiten veranderen, zo bleek op het congres van ScienceWorks.
Saxion was ook vertegenwoordigd tijdens één van de sessies.

Op het congres van ScienceWorks over de maatschappelijke impact van alfa- en gammawetenschappen werd niet alleen het belang van impact besproken. Ook waren er een aantal deelsessies over interne en externe organisatie van impact georganiseerd waar ruimte was voor experts om met elkaar in gesprek te gaan.

Kunnen hogescholen zich meten aan universiteiten?

Hans Vossesteyn, directeur van Hogeschool Saxion, is van mening dat het meten van impact ook op hogescholen van belang is. “Saxion heeft meegedaan aan een experiment waarbij we hebben gekeken of het mogelijk is of een hogeschool zich kan meten aan universiteiten. Wij zijn geholpen door ScienceWorks hierbij, en we kwamen erachter dat het voor een deel mogelijk is. In sommige gevallen is impact zelfs nog wat meer divers bij ons dan bij universiteiten. Dat is vooral omdat wij voor een heel diverse arbeidsmarkt opleiden. Dat maakt het alleen ook lastig om de impact echt te kunnen meten.”

“Daarnaast zijn er nog veel verschillen tussen hogescholen en universiteiten, waardoor de methodiek niet altijd bruikbaar was. Desalniettemin is het voor ons interessant om te kijken of we zo’n vergelijking kunnen maken. Ten eerste hebben we gekeken naar impact op bedrijven. Saxion heeft hierin eigenlijk een hele goede score. Vervolgens gaan we meten of hogescholen een impact hebben op beleid en politiek. In eerste instantie scoort Saxion wat lager dan de meeste universiteiten, maar dat is deels gebaseerd op Europese politiek, waar hogescholen nauwelijks bekend zijn. Als je gaat kijken naar impact op beleid, doen we het toch wel redelijk goed.”

“Saxion scoort redelijk als het gaat om vermeldingen in landelijke dagbladen, maar wat minder als het gaat om radio en tv. Als we dat dan allemaal optellen krijgen we de algemene score voor valorisatie. In het algemeen scoren we redelijk goed vergeleken met universiteiten.” Vossesteyn geeft wel aan dat er nog wat gebreken aan de methodiek zitten voor hogescholen die de resultaten waarschijnlijk beïnvloed hebben.

“Ik vind dat hogescholen wel vaker mogen laten zien wat ze kunnen. Er kan ook meer gekeken worden naar hoe dit soort impactmetingen aandacht kunnen krijgen. Hogescholen zouden ook meer samen moeten werken met elkaar en met instellingen en bedrijven, en daar moet ook meer data over verzameld worden. Als laatste is het natuurlijk van belang dat we kijken naar impact op het onderwijs, wat nu nog niet kan met deze methode.” Vossesteyn nodigt andere hogescholen daarna uit om dit vooral zelf ook te doen, en te helpen met het verbeteren van de methode.

De wetenschap kan veel leren van partners

Eveline Crone, Hoogleraar Developmental Neuroscience in Society bij de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR), vertelt later in de deelsessie over co-creatie hoe externe partijen mee kunnen helpen met impact. “Wij doen onderzoek naar hoe jongeren in de samenleving staan. Zo hebben we bij een onderzoek gezien dat tijdens de adolescentie jongeren steeds minder geven aan mensen die ze niet als vriend zien. Waarom is dat zo? We onderzoeken dat eigenlijk op een heel fundamenteel niveau, maar het is heel belangrijk om je te realiseren dat zelfs dat hele fundamentele onderzoek soms een weg kan vinden naar vragen die leven in de samenleving.”

Nu biedt de coronacrisis bijzondere uitdagingen voor jongeren, en dit was voor Crone het moment om het onderzoek open te stellen aan de buitenwereld. “We zijn met jongeren om de tafel gaan zitten om in kaart te brengen tegen wat voor problemen ze aanlopen en wat voor oplossingen ze hiervoor zien. Wij doen dit niet alleen, er zijn heel veel van dit soort initiatieven. Daar proberen we aansluiting bij te vinden en met elkaar in gesprek te gaan. Dit heeft ertoe geleid dat we een nieuw platform zijn gestart, Young Experts.”

“We proberen weer te geven wat we al ontdekt hebben, en als we dat met jongeren bespreken, kunnen ze met ideeën komen voor wat ze hiermee kunnen doen. Wat voor acties kunnen ze ondernemen om beter door deze periode heen te komen? Dit doen we met allerlei verschillende partners, en we merken nu dat we door dit platform ook steeds vaker gevraagd worden om beleidsmakers te adviseren.”

De belangrijkste les die Crone hieruit meeneemt, is voor haar duidelijk. “In de wetenschap hebben we het heel vaak over hoe we onze bevindingen kunnen delen met de maatschappij, maar ik zou het omdraaien. We moeten ons als wetenschappers continu afvragen of we wel de goede vragen stellen en of we de juiste informatie hebben. We kunnen hierbij enorm leren van onze verschillende partners.”

Niet iedereen is het eens over de beste manier om impact te integreren

Na alle deelsessies komt er een panel van bestuurders bij elkaar om de geleerde lessen met elkaar te delen. Jeroen Chabot, Directeur van de Willem de Kooning Academie in Rotterdam heeft met verbijstering geluisterd tijdens het congres. Impact was voor hem altijd iets wat gewoon gebeurt tijdens het onderwijs, en geen speciale aandacht nodig heeft. “Het engagement hoort bij de studenten te zijn. Ik ontmoet nauwelijks jonge mensen die geen engagement hebben met maatschappelijke problemen en de wereld om hen heen. Dat voeden lijkt me onze hoofdtaak, en ik denk dat dat er ook al wel in zit.”

Inge Hutter, Decaan van het International Institute of Social Sciences aan de EUR, is het daar niet helemaal mee eens. “Ik denk dat dat in de academische wereld niet altijd het geval is geweest. Er werd van ons verwacht dat we objectief zouden zijn.” Wel merkt ze verandering, en ze geeft aan dat ze graag van Chabot en van zijn school zou willen leren. Chabot noemt daarop een voorbeeld van studenten die een leegstaand huis tot een kunstwerk veranderd hebben, en dat de buurtbewoners daar erg blij mee waren. Maar voor hem is dit geen unieke gebeurtenis. “Ik heb er nooit bij stilgestaan dat dat impact was.”

De andere panelleden discussiëren daarna of het meten van impact wel zo belangrijk is, maar Linda van Beek vindt van wel: “Er zijn ook andere instanties die proberen impact te hebben, zoals bedrijven en overheden. Maar die hebben ook gewoon data nodig om die impact te krijgen en te onderbouwen. En die data, daar beschikt de wetenschap over.” Arwin van Buuren, hoogleraar Bestuurskunde aan de EUR, voegt daaraan toe: “Dus eigenlijk kunnen we onze impact vergroten door anderen te helpen met onderzoek naar hun impact.”

Hogescholen en universiteiten kunnen elkaar meer helpen

Zakia Guernina, Lid van het College van Bestuur van de Hogeschool Rotterdam, voegt de verhalen van Chabot en Van Beek samen. “Eén van de dingen die we in de laatste jaren hebben geleerd is participatief onderzoek, onderzoek met meerdere partners. Ik hoop dat we juist die mooie verhalen vanuit hogescholen kunnen combineren met het lange termijnwerk van universiteiten en de wetenschap.”

Pieter Duisenberg, Voorzitter van de VSNU, is een fan van dit idee, maar ziet ook andere mogelijkheden. “Ik denk dat hogescholen en universiteiten elkaar inderdaad enorm goed kunnen aanvullen, maar ik vind ook wel dat je misschien andere functies moet toevoegen. Meer communicatie experts bijvoorbeeld. Je ziet in verband met de Tweede Kamer bijvoorbeeld dat wetenschappers wel willen, en politiek ook, maar ze staan allebei aan de andere kant van een rivier. Daar is dus een brug nodig. Op wat voor manier kunnen we dat voor elkaar krijgen? Dat is een hele nieuwe sport.”

Van Beek voegt er nog aan toe dat dit proces ook al kan beginnen in het onderwijs, door lessen van buitenaf mee naar binnen te nemen. Guernina vertelt dat het opleiden van reflectieve professionals in hogescholen altijd de hoogste prioriteit heeft, en dat dit ook van buiten naar binnen gebeurt. “Wat zijn nou de vragen van buiten, en hoe verplaatsen we dat naar onze opleiding?” Van Buuren is enthousiast geworden van de kennisuitwisselingen, en stelt voor dat het volgende congres gaat over hoe universiteiten en hogescholen elkaar kunnen helpen met het creëren van impact.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK