Welzijn van studenten licht verbeterd sinds coronacrisis
De gegevens voor de Monitor werden in april en mei van dit jaar middels een digitale vragenlijst verzameld onder 32.558 studenten van dertien hogescholen en elf universiteiten. De gehanteerde werkwijze en de groep respondenten laten niet toe om te spreken over een duidelijk beeld van welzijn en middelen in de breedte van het hoger onderwijs, maar de resultaten geven wel een goede indruk, schrijven de onderzoekers.
De mentale gezondheid van studenten is middels negen indicatoren in beeld gebracht. Een derde van de studenten gaf hun leven in 2023 een 7 als rapportcijfer; ruim een kwart gaf zelfs een 8 of hoger. De gemiddelde beoordeling van het eigen leven door studenten was een 6,7. Dat is significant hoger dan de 6 gemiddeld die studenten in 2021 gaven.
“Vrouwen, studenten die zich niet identificeren als man of vrouw, internationale studenten en voltijdstudenten hebben een minder goede mentale gezondheid”, schrijven de onderzoekers. Het ervaren van sociale steun, tijd hebben voor ontspanning of een baan voor meer dan zestien uur per week hebben draagt juist bij aan de mentale gezondheid.
Studenten zijn nog steeds eenzaam
Het aantal studenten dat kampt met emotionele uitputting, veelvuldige prestatiedruk of eenzaamheid is significant afgenomen, aldus de onderzoekers. Ervoer in 2021 nog 54 procent van de respondenten vaak prestatiedruk, in 2023 was hun aandeel met tien procentpunt gedaald tot 44 procent. Het aantal studenten dat eenzaam is daalde met zeventien procentpunt van 79 procent naar 62 procent. Dat betekent echter wel dat bijna twee derde van de respondenten enigszins of sterk eenzaam is.
De wekelijkse nieuwsbrief is nog korte tijd gratis te ontvangen. De voorwaarden vindt u hier.
De verschillen tussen 2021 en 2023 op het gebied van veerkracht, ‘floreren’, depressie- of angstklachten, levensmoeheid en een overmaat aan stress waren niet significant. Wel was er in de meeste gevallen een verbetering ten goede waarneembaar.
“De meting in 2021 was tijdens de coronacrisis. In 2023 blijkt iets minder dan de helft van de deelnemende studenten geen invloed van de coronacrisis meer te ervaren op hun mentale gezondheid (41 procent) en eenzaamheid (46 procent)”, schrijven de onderzoekers. De reden daarvoor zoeken zij in het einde van de coronacrisis, de verbeterde toegang tot hulp en de vergrootte aandacht voor de mentale gezondheid van studenten.
Bijna helft studenten heeft depressie- of angstklachten
Niettegenstaande de verbeteringen ervoer zo’n 84 procent van de respondenten in het afgelopen jaar tenminste enigszins hinder door psychische klachten. Zo’n 32 procent ervoer zelfs veel of heel veel hinder op het gebied van studie, werk, sociale contacten of persoonlijke relaties.
Bijna de helft (44 procent) van de respondenten had in de vier weken voorafgaand aan het invullen van de vragenlijst depressie- of angstklachten ervaren. Bij een derde van het ging het om matige klachten, bij negen procent betrof het ernstige klachten. Dat betekent dat bijna vier procent van de respondenten (1.289 van de 32.558) in de afgelopen vier weken ernstige depressie- of angstklachten ervoer.
Hun studie is de belangrijkste bron van deze depressie- of angstklachten onder studenten, gevolgd door de kosten van het dagelijks leven. Ook de woningmarkt en het klimaat bezorgden ongeveer een kwart van de respondenten depressie- of angstklachten in de vier weken voorafgaand aan het onderzoek.
Toegang tot hulp verbeterd
Een derde van de studenten met psychische klachten in de afgelopen twaalf maanden vond daarvoor hulp binnen de eigen instelling. Dat is tien procentpunt meer dan in 2021 (23 procent). In totaal vond bijna twee derde (65 procent) van de respondenten met psychische klachten hulp binnen of buiten de eigen hoger-onderwijsinstelling – 14 procentpunt meer dan in 2021 (51 procent).
“Mogelijk komt dit door het einde van de coronapandemie (waardoor contact met advies- of hulpgevers eenvoudiger werd) en meer aandacht voor de mentale gezondheid van jongvolwassenen”, schrijven de onderzoekers.
Tien procent studenten is overmatige drinker
Studenten blijven overigens voldoen aan de stereotyperingen rond alcoholgebruik. Zestien procent van de respondenten gaf aan een zware drinker te zijn. Tien procent zag zichzelf als een overmatige drinker. Daarnaast vertoonde zo’n veertig procent van de respondenten die in de afgelopen twaalf maanden alcohol gebruikte riskant drinkgedrag. Vier procent van deze groep rapporteerde een mogelijke verslaving aan alcohol.
Meest Gelezen
“Ik zal niet de meest populaire onderwijsminister zijn”
Masterstudenten in het hbo worstelen met academisch schrijven en onderzoek
“Langstudeerboete raakt kern van hoger onderwijs”
CvB Erasmus Universiteit weigert tweetalig te vergaderen met medezeggenschap
Nederlands hoger onderwijs “negatieve uitschieter” op kansengelijkheid, toont OESO-rapport