Oudheid anno nu

Geen vastliggende grootheden
Ineke Sluiter blijft nuchter onder de lof en eer voor haaronderzoek. “Ik ben nu opeens een topwetenschapper. Maar ja, als iknu top ben, was ik gisteren ook top. Als ik gisteren niet top was,ben ik nu ook niet top.” Sluiter ziet de prijs meer alsaanmoediging dan als bevestiging. Ze gaat met het geld samen metjonge talentvolle onderzoekers relaties leggen tussen verschillendewetenschappelijke disciplines. “Ik geloof echt ininterdisciplinariteit, het gebeurt op de raakvlakken van dewetenschap.”
Door de geesteswetenschappelijke disciplines samen te brengenmet disciplines als antropologie, filosofie en de evolutieleer wilSluiter in de landelijke onderzoeksschool Klassieke Studies OIKOSop zoek gaan naar synthese. Ze hoopt zo beter te begrijpen hoemensen omgaan met normen en waarden en identiteitsvraagstukken. Inhaar eerdere onderzoek analyseert Sluiter de omgang met zulkevraagstukken in de Klassieke Oudheid en past die analysevervolgens toe op problemen in de huidige maatschappij.
Zo verdiept de Leidse classica zich in het gebruik van woordenvoor ‘moed’ in de oudheid. “Het Griekse woord Andreiazowel moed als mannelijkheid. Maar ja, hoe zeg je het dan als jeeen vrouw moedig wilt noemen? Is die dan kennelijk meteen ook inzekere zin mannelijk?” Er zijn veel overeenkomsten tussen deOudheid en onze hedendaagse samenleving.
Waarden en normen waren toen en nu volgens Sluiter geenvastliggende grootheden. Het is veel meer een kwestie vanbeïnvloeding, het is niet altijd zoals het is. “Dit zie je mooiterug in hoe het CDA onder Jan Peter Balkenende normen en waardenop de agenda heeft gezet. Dat klonk alsof het om vaststaandegrootheden ging, die objectief gedrag beschrijven. Maar zo werkthet discours van waarden en normen in de praktijkniet.”
Empathie als perspectief
Er is nog veel meer wat we vandaag de dag kunnen lerenvan de oude Griekse en Romeinse samenlevingen. De zoektocht van demens naar zijn eigen identiteit is van alle tijden. “Er warenbijvoorbeeld Romeinen in de 4e eeuw na Christus dieworstelden met hun identiteit: kon je tegelijkertijd eenintellectueel zijn en de klassieke pagane (heidense) tekstenbestuderen en toegeven dat je Christen was?”
Sluiter trekt met haar team onderzoekers parallellen tussen identiteitsvraagstukken in de Oudheid en bijvoorbeeldhedendaagse ‘coming-out’ vraagstukken en de zoektocht naaridentiteit onder de tweede en derde generatie allochtonen. Haaranalyses van de situatie in de Oudheid zijn “hopelijkoverdraagbaar” op onze moderne maatschappij. “Dezeoverdraagbaarheid van de manier van analyseren maakt mijn onderzoeknu zo interessant.”
Sluiter noemt het inleven in hoe mensen worstelen met hunidentiteit ‘het empathisch perspectief’. Dit perspectief ontbreektnogal eens bij beleidsmakers is haar overtuiging.Geesteswetenschappers in het algemeen staan volgens Sluiter dan ookvoor de uitdaging “hoe krijg ik mijn kennis bij de mensen die eriets mee moeten”. Bewustwording bij wetenschappers van deze’publieksoverdracht’ kan volgens haar nog behoorlijk wordenversterkt.
V.l.n.r. NWO-bestuursvoorzitter Jos Engelen,Staatssecretaris Marja van Bijsterveldt, Spinozawinnaars NaomiEllemers, Marijn Franx, Ineke Sluiter en Piet Gros tijdens deuitreiking van de Spinozapremies 2010 op maandag 27 septemberi.Foto: NWO/Arie Wapenaar Meer over de uitreiking en de overigeSpinoza-laureaten leest u
