USA schrikt ook van PISA
De USA scoort bij PISA altijd ver onder toppers als Finland,Korea en -nog altijd ook nog- Nederland. Ook beduidend lager danzorgelijke landen als het na de ‘PISA-Schock’ forsinvesterende
Dit werd voorheen weggewuifd met de redenering; ‘Natuurlijk is datzo. Wij zijn een land vol immigranten die de melting pot nog moetenondergaan. Maar de instellingen die vergelijkbaar zijnmet zulke ‘witte scholen’ als die in van Finland ofNederland, die zijn echt top.’ Maar is dat wel zo? Waar blijkt datuit? Dat vroeg de onderwijseconoom Eric Hanushek van Stanford zichaf.
50 staten in plaats van één USA
Haalden die migrantenkinderen het totale gemiddelde ondanks diesupergoede scholen dan zó ver omlaag? Kan dat wel? Hanushek haaldede ‘nationale cijfers’ van de USA weg uit de PISA-rankings en gingde 50 staten met hun grote diversiteit separaat scoren, als warenzij OECD-lidstaten als Korea of Finland en Nederland. Qua bevolkingen omvang kan dat ook best.
De beste onderwijsstelsels binnen de USA zouden dan net zomoeten scoren als de besten wereldwijd op onderwijsprestaties.Bovendien zou dan ook een bruikbare vergelijking vankwalteiten met andere grote immigratielanden als Canada en NieuwZeeland mogelijk zijn.
Het viel tegen, bittter tegen. De
De mediocere kopgroep
De grootste tegenvaller zit chter bij de kopgroep van Amerikaansestaten qua onerwijsprestaties. Zelfs die staten die uitblinkenbinnen de USA blijken in OECD-verband niet tot de voorhoede tebehoren. De nummer 1 in de USA, de staat Massachusetts met Bostonals centrum, komt niet op het niveau van toonaangevende landen alsFinland of Korea. Op hun best bereiken de sterkste van de 50 statenhet tweede echelon van ‘onderwijsstaten’ binnen de OECD. Zij reikenaan de prestaties van landen als Slovenië, Frankrijk en Polen. endaarmee staan zij nog onder Duitsland, Australië, Canada en NieuwZeeland.
Hoe kan dit? De kennissector van de USA is toch the envyof the world, met zijn Harvards, Stanfords en Silicon Valleys?”People will find it quite shocking that even our most-advantagedstudents are not all that competitive,” zegt Hanushek in ‘theAtlantic’. Want zelfs op het nivau van verder verfijnde data oververschillende sociale groepen vond hij dat de Amerikaanse scholenduidelijk lager presteren dan de beteren binnen de OECD en veelminder dan de besten.
Belangrijkste oorzaak lijkt te zijn dat in Massachusetts een beleidis doorgevoerd in de voorbije tien jaar, waarin heldereoutcomes van elke geleding in en rond de school vooropzijn gezet. Dit is elders in de USA nog vaak taboe,ondanks de vooruitgang op dit terrein dankzij de No Child LeftBehind wetgeving. Zo werden alle docenten verplicht eentaalbeheersingstest te doen voordat zij in een school aan het werkmochten. Een derde haalde deze de eerste keer niet.
Geld verklaart niet alles
Pijnlijk voor de USA is het feit dat andere naties meteen kenmerkende ‘migrantenidentiteit’ het beduidend beter doen inhet onderwijs. Nieuw Zeeland en Canada behoren zelfs tot dekopgroep binnen de OECD. Ook is pijnlijk dat de hoeveelheid geldvoor het onderwijs op zich niet zoveel lijkt te zeggen. want de USAgeeft per leerling meer uit dan bijna elk land binnen de OECD. Destaat New York is binnen de USA de koploper en ook dat vertaaltzich allerminst in een hoge score: het reikt nauwelijks boven hetgemiddelde van de 50 staten qua prestaties en dus onder Polen,Litouwen of Ierland.
De Canadezen hebben dan ook nauwelijks verholen leedvermaak over defeitelijke kwaliteit van de grote en vaak dominante zuiderbuur. Depremier van Ontario wees er op dat Canada de USA nu op de meestfundamentele norm vooruit is en blijft: “We are out-teaching themtoday.” Obama’s onderwijsminister Arne
U kunt