Opmerkelijk Nobel-trio

De keuze van het Nobelcomité “is altijd weer verrassend.” Eijffinger wijst er op, dat de drie gelauwerden wel op hetzelfde thema hun verdiensten hebben, maar de verschillen tussen die merites zijn buitengewoon groot. “Het gaat bij alledrie om wetenschappelijk werk rond ‘asset prices’, dus hoe de prijsstelling rond aandelen, obligaties en dergelijke tot stand komt.”
“Dat Eugene Fama hem kreeg is een grote verrassing. Ook na mijn recente bezoek aan Harvard had ik uit de gesprekken met de collega’s daar de sterke indruk, dat hij niet meer ‘aan de beurt’ zou komen. Fama is van de oude Chicago-school en zijn theorie van de efficiënte markten is door de kredietcrisis enorm onderuit gegaan.”
Buitengewoon relevant
Het idee van perfect werkende, doelmatige markten dankzij volledige informatie bleek door het optreden van ‘black swans’ ernstig ondermijnd. Eijffinger ondersttreept dat dit aspect juist het werk van Robert Shiller en zijn collega Richard Thaler kenmerkt. “Die hebben juist de behavioural finance ontwikkeld, waarin zij de anomalieën in de markten gingen analyseren. En daar heeft de crisis natuurlijk alles mee te maken gehad. Hun werk is dus buitengewoon relevant geleken. Dat Richard Thaler nu niet ook de prijs heeft gekregen, vind ik heel jammer.”
Hansen is weer iemand van een andere richting. “Hij is een echte econometrist, ook vanuit de Chicago-school. Hij is een belangrijke theoreticus op het punt van de techniek van de ontwikkeling van de instrumentatie van economische mechanismen.” Het hele plaatje van deze drie winnaars noemt Eijffinger daarom “nogal opmerkelijk en verrassend.”
Meest Gelezen
